Dagelijks lezen we over christenen in het Midden-Oosten, die in het nauw worden gedreven door extremisten. Maar wie zijn die christenen eigenlijk? Vormen zij een eenheid?
Het christendom van het Midden-Oosten staat de laatste tijd vreselijk (een ander woord is er niet voor) in de belangstelling. Men kan erover twisten hoe ver het Midden-Oosten reikt, maar hieronder zijn naast de Arabische landen de niet-Arabische staten Iran, Turkije en Israël meegerekend.
Het christendom is er niet uniform, maar juist zeer divers. Het kent verrassend veel kerken. Ondanks confessionele, etnische of andere scheidslijnen en bestaande lastige rivaliteiten, zelfs tussen de verschillende katholieke ‘ritussen’, is er doorgaans ook een grote onderlinge solidariteit. Negatief gezegd: men zit in hetzelfde schuitje.
Kerken in het Midden-Oosten kan men indelen naar traditie én naar confessie – die vallen niet samen
Toch gaat het verder dan dat: er is een authentiek eenheidsbesef. Er is een Raad van Kerken in het Midden-Oosten. De praktische oecumene onder de gelovigen is vaak verrassend ver gevorderd. Zo is de parochie van wijlen pater Frans van der Lugt in Homs feitelijk multiconfessioneel te noemen en het klooster van de vermiste pater Paolo Dall’Oglio in Syrië eveneens.
Er zijn in het Midden-Oosten grofweg kerken van oosterse én van westerse tradities. Het autochtone christendom van het Midden-Oosten, dat teruggaat tot de begintijd, is van origine helemaal oosters.
Deze tradities zijn soms etnisch bepaald, met een eigen taal, waarvan de belangrijkste het Koptisch (uitgestorven, alleen nog in de liturgie) en het Aramees (Syrisch) zijn. Veel christenen zijn overigens Arabischtalig. De Armeense christelijke traditie kwam ooit min of meer van buiten, maar is al vanaf de Late Oudheid in groten getale aanwezig.
De oosterse kerken kan men indelen naar traditie én naar confessie. Beide vallen niet samen. Een kerk van de West-Syrische traditie (‘ritus’) kan zowel orthodox als katholiek zijn: Syrisch-orthodox respectievelijk Syrisch-katholiek.
Het christendom is er niet uniform, maar juist zeer divers.
De oudste confessionele verdeeldheid wortelt in de 5e eeuw, toen men het op de Concilies van Efeze (431) en Chalcedon (451) onderling maar niet eens kon worden over de verhouding tussen Christus’ mens-zijn en God-zijn. Latere onenigheden zorgden voor nieuwe schisma’s. Naar confessionele ‘familie’ zijn de oosterse kerken van het Midden-Oosten in te delen in de Assyrisch-apostolische kerken, die het Concilie van Efeze niet aanvaarden, de oriëntaals-orthodoxen, die het Concilie van Chalcedon niet erkennen, de oosters-orthodoxen, wier breekpunt met de kerk van het Westen ligt in het schisma tussen Rome en Constantinopel in 1054, katholieke kerken, behorend tot één van de oosterse tradities, maar geünieerd met Rome.
Er kwamen ook westerse tradities naar het Midden-Oosten. Het gaat soms om (afstammelingen van) rooms-katholieken en protestanten uit het Westen, maar vooral – ooit oosterse – christenen uit het Midden-Oosten zelf, die zich bij westerse kerken aansloten: kortom ‘westers’ en toch volledig autochtoon. Het betreft de rooms-katholieke kerk van de westerse (‘Latijnse’) traditie, met als belangrijkste kerkleider de Latijnse patriarch van Jeruzalem. Vanaf de 19e eeuw zijn er kerken uit de Reformatie (thans ettelijke honderdduizenden gelovigen).
Enkele belangrijke zijn: de Nationale Evangelische Synode van Syrië en Libanon, de Nationale Evangelische Unie van Libanon, de Episcopaalse Kerk in Jeruzalem en het Midden-Oosten (anglicaans), de Evangelische Lutherse Kerk in Jordanië, de Koptische Evangelische ‘Synode van de Nijl’ in Egypte en de Assyrische Evangelische Kerk in Iran. Israël kent naast de hele internationale keur aan kerken op de heilige plaatsen zijn eigen christelijke staatsburgers in de vorm van Arabische christenen, Hebreeuwse rooms-katholieken, Messias-belijdende joden, en anderen. Een bijzondere groep immigranten in het Midden-Oosten vormen joden uit Rusland en Oekraïne die naar Israël emigreerden, maar daar ontdekten dat ze toch niet zo Joods zijn, maar oosters-orthodox christen (Russisch-orthodox).
In het noorden, maar vooral in het zuiden van het Arabische Midden-Oosten (Saoedi-Arabië, Verenigde Arabische Emiraten, Jemen, Bahrein, Qatar, Oman, Koeweit etc.) zijn in de recente geschiedenis door arbeidsimmigratie grote groepen christenen neergestreken. Hoewel de meesten in de Golf er officieel op tijdelijke basis verblijven en niet tot de burgers van die landen behoren, maken zij feitelijk in hun totaal inmiddels een groot aandeel (> 3,5 miljoen) van het aantal christenen in het Midden-Oosten uit.
Het christendom dreigt door alle conflicten te verdwijnen in zijn oorsprongsgebied
Hun situatie varieert van geheel geen godsdienstvrijheid (Saoedi-Arabië) tot volledige (in Koeweit). Ze komen uit de Filippijnen (> 1 miljoen, vooral rooms-katholieken), India (oosterse en westerse katholieken, protestanten, Syrisch-orthodoxen,), Sri Lanka (katholieken, protestanten), Ethiopië en Eritrea (orthodoxen, oosterse en westerse katholieken, protestanten). Er zijn ook protestanten van Chinese, Zuid-Koreaanse of andere Aziatische komaf. Daarnaast werken in de Golf ook Arabische christenen van de bovengenoemde kerken. De meeste christenen nemen hun eigen kerkelijke structuren mee, terwijl er ook bijvoorbeeld een eigen ‘Nationale Evangelische Kerk in Koeweit’ is.
Voor deze zeer uiteenlopende groepen gelovigen komen de voortdurende politieke conflicten hard aan. Naast de humanitaire tragedie betekent de vervolging en verdrijving van christenen in het Midden-Oosten een mogelijk verdwijnen van een pluriforme, tweeduizend jaar oude aanwezigheid van het christendom in zijn oorsprongsgebied.
Leo van Leijsen is medewerker Oosterse Kerken van de Katholieke Vereniging voor Oecumene.