Levenslessen van een winterse woestijnervaring.
Er was eens een man die er eens uit wilde. Weg van de drukke, warrige wereld. Weg naar de stilte en de eenzaamheid van de woestijn. Waar was die woestijn te vinden? Echte woestijnen zijn zeldzaam, ze liggen ver weg en ze zijn nogal eens onveilig. Toen kwam hij op een eenvoudig maar goed idee. Hij boekte een reis naar een skioord in het hooggebergte. Daar zou hij zijn tocht beginnen.
Schoonheid is verleidelijk als een sirene
Geen heel goed idee, zouden velen denken. Want in een modieus skioord is het een drukte van jewelste, vol bontgekleurde toeristen en schreeuwerige reclames. Precies dat waar een woestijnzoeker vanaf wil. Maar deze woestijnzoeker wist beter. Hij moest zijn woestijn in de hoogte gaan zoeken. Hij nam de zetellift en in een mum van tijd had hij de drukte van de mensenwereld achter zich gelaten.
Maar toen begon zijn zoektocht pas echt. Hij stapte en stapte. Hij bereikte de sneeuwgrens en stond weldra op een schier eindeloze gletsjer. Hij wist dat hij daar een risico liep. Nee, niet het risico in een gletsjerspleet te vallen want hij was een ervaren bergwandelaar. Wel het risico overweldigd te worden door het landschap en daarbij ademloos van bewondering stil te vallen. Schoonheid is verleidelijk als een sirene. Daardoor mocht hij zich niet laten ophouden zo hij zijn eigenlijke bestemming wilde bereiken. Maar hij had geluk en zelfs sneller dan verwacht. Op de ongerepte witte sneeuw werd hij plots overvallen door een dichte, witte mist. Niets op aarde kan een meer intense woestijnervaring bieden.
Wie alleen is in de witheid van verse sneeuw en nevel weet niet meer waar de aarde eindigt en de hemel begint. Die heeft geen horizon meer om zich op te richten. Die weet niet meer waarheen hij loopt. Die vind geen spoor meer om te volgen. Die wordt als het ware omhelsd door ‘de wolk van niet-weten’. Aan die titel van het oude mystieke geschrift werd de man herinnerd.
Voorbij de woestijn ligt het land van belofte
Even dacht hij eraan zich daar neer te zetten om geduldig als een kluizenaar de kleurloze stilte rondom zich op te nemen. Maar al gauw werd die stilte rondom hem beklemmend. Een mens is gemaakt om even in de woestijn te verwijlen, om er door te trekken, niet om er te blijven. Zo was het al voor het volk dat Mozes gevolgd was. Dat moest hij nu aan den lijve ervaren. Zijn bestemming lag nog verder. Dat inzicht drong zich nu aan hem op. Maar waarheen? Had hij op de kaart niet gezien dat er verderop een berghut moest zijn met warme drank en nog iets verder een bergtop met een kruis? Toen stond hij voor de grote beslissing. Zou hij doorzetten naar nog hoger, met het risico helemaal verloren te lopen? Of zou hij voorzichtig op zijn stappen terugkeren?
Terug beneden was de hemel opgeklaard en stond hij opnieuw in de drukte van het skioord. Door zijn verrekijker kon hij nu duidelijk zien waar hij op de gletsjer rechtsomkeer had gemaakt. Iets verder was inderdaad een berghut te zien en nog verder een kruis op een bergtop. Die was hij misgelopen. Maar er was een troost. Hij had zijn woestijnervaring gehad, intenser dan hij die zich had durven dromen. Een moment van totaal verloren zijn buiten de wereld van de mensen. Dat moment had niet lang geduurd, maar het was een moment om nooit vergeten.
Zijn eerste mislukking heeft zijn verlangen nog versterkt. Bij een tweede poging is hij er wel geraakt, bij dat berghutje met warme drank en zelfs op de bergtop bij dat kruis. Het uitzicht was er prachtig. Dit kan een parabel zijn voor mensen die terugdeinzen voor sneeuw en nevel, voor stilte en eenzaamheid. Voorbij de woestijn ligt het land van belofte. Zo was het voor Mozes, zo is het voor alle mensen.