We binden ons niet graag, houden liever al onze opties open. Maar waarom eigenlijk? Een meditatie van Gregory Brenninkmeijer SJ over de verbintenis die wij op Sacramentsdag gedenken.
Verbonden zijn is van levensbelang. Maar waarom zijn mensen vandaag dan zo bang om zich te binden? Bindingsangst is een veel voorkomend verschijnsel. Wie z’n verstand gebruikt houdt alle opties open. Ik word niet lid van een partij. Ik bind me niet aan één bedrijf. Ik kies niet voor één geloof. Ongebonden in het leven staan! Vrij zijn! We gaan samenwonen zolang ons dat uitkomt. Zou één mens mij een leven lang kunnen boeien? In ons ‘ik-tijdperk’ klinkt het ‘wij’ erg bedreigend.
Maar dan Sacramentsdag. Op die dag gedenken we dat Jezus ons een nieuw verbond heeft aangeboden. Als er sprake is van een nieuw verbond dan houdt dat in dat er een eerder verbond aan is voorafgegaan. Toen het volk Israël na de slavernij in Egypte zijn vrijheid had hervonden en liep te dolen in de woestijn, bood God hen een verbond aan. Jullie worden mijn volk en Ik zal jullie God zijn. Ik geef jullie mijn richtlijnen voor goed leven en jullie laten je daardoor leiden. Dan zal Ik over jullie waken, je beschermen en jullie gelukkig doen leven in jullie land.
Het was een prima verbond. Waarom was er dan een nieuw verbond nodig? Omdat het eerste verbond het toch niet gehouden heeft. Dat lag niet aan God, maar het volk kon niet overweg met God als een onzichtbare Leider. Zij wilden een koning zoals al de andere volkeren. En toen ze die eenmaal hadden en diens geboden en wetten volgden, toen raakten ze hun God en zijn richtlijnen kwijt. En dat liep uit op de verwoesting van hun tempel, op ballingschap en crisis na crisis.
In Jezus is God zichtbaar geworden. God bleef zijn verbond trouw, bleef zijn volk nabij en toonde zijn trouw in de woorden die Jezus sprak en in de werken die hij deed. Onvermoeibaar bleef Jezus verkondigen: Ik ben niet voor mezelf aan het werk. Ik ben gezonden door mijn Vader, jullie God. Ik doe de werken van mijn Vader en wat ik zeg heeft de Vader mij te zeggen opgedragen. “Wie mij ziet, ziet de Vader.”
Een kleine groep, zijn leerlingen, hebben geloofd wat Jezus in woord en werk verkondigde. Zij hebben zich aan hem gebonden. U hebt woorden van eeuwig leven, zeiden zei, aan wie zouden wij ons anders moeten binden? Met U verbonden is goed verbonden. Met U verbonden doet ons niet stuurloos ronddwalen op zoek naar zin. Met U verbonden heeft het leven richting. Het voert mij naar mijn medemensen, het voert mij naar God, het voert mij naar de Liefde. “Zoals de Vader mij heeft lief gehad, zo heb ik u lief gehad. Blijf in mijn liefde.”
Om het mogelijk te maken, dat wij met Hem verbonden blijven in liefde, heeft Jezus op de avond voor zijn lijden met zijn leerlingen en met allen die door hun woord in Hem zouden geloven, een nieuw verbond gesloten. De evangelist Marcus heeft dat als volgt beschreven:
“Terwijl zij aten nam hij brood, sprak het zegengebed uit, brak het brood, deelde het uit en zei: ‘Neem hiervan, dit is mijn lichaam.’ En hij nam een beker, sprak het dankgebed uit en gaf hun de beker, en allen dronken eruit. Hij zei tegen hen: ‘Dit is mijn bloed, het bloed van het verbond dat voor velen vergoten wordt.”
Brood breken en de beker delen met elkaar is het teken van dat verbond. Teken voor allen die verbonden willen blijven met Jezus en zijn levensrichting, en door Jezus met de Vader. Telkens als ik deel heb aan dit teken gedenk ik met wie ik mij verbonden heb. En ik weet, ik ervaar steeds weer in mijn leven: met hem verbonden is goed verbonden.