Wie kan echt iets veranderen aan de armoede in Egypte? Wat betekenen de vrije verkiezingen voor al die kinderen die hier leven en werken? Met een hoofd vol vragen en zorgen keerde Jan Peters SJ terug uit de stoffige sloppenwijken van Cairo.
Salam City (‘stad van vrede’), een immense sloppenwijk in het zuiden van Cairo. Het is een complete stad, met een inwoneraantal van een middelgrote stad in Europa. Het is er stoffig; het woestijnzand dat binnenwaait wordt hier niet opgeveegd. Het afval stapelt zich op. Veel mensen die van het platteland naar de stad zijn gekomen op zoek naar een beter leven zijn hier gestrand. Er zijn veel kleine bedrijven, naaiateliers, werkplaatsen, garages en sloopbedrijven.
Ik ben er op bezoek met mensen van de Evangelisch Koptische hulporganisatie (CEOSS), die zich onder meer bekommert om deze kinderen. Ze hebben er samen met groepen in de wijk een programma Children at Risk. Ze proberen de kinderen uit het werk te halen en naar school te laten gaan; als dat niet lukt zetten ze zich in voor betere arbeidsomstandigheden, een gezondere werkomgeving en een eerlijker loon. Op heel bescheiden wijze ondersteunen ze ook families, zodat meisjes die de capaciteiten hebben naar de middelbare school kunnen.
Ik was te gast bij een kleine organisatie die deze kinderen uitzicht op toekomst probeert te geven en ze voorbereidt op een rol in de maatschappij. Een paar kamers op de tweede verdieping van een flatgebouw. Een jongetje van zeven vertelde ons heel verlegen over zijn werk in de garage en hoe het nu toch beter ging dan tevoren.
Maar de show werd gestolen door een vijftal meisjes van dertien en veertien jaar. Zij zaten als een jeugdbestuur van het programma achter een tafel. Tegelijkertijd met de Egyptische verkiezingen hadden ze hier zelf verkiezingen georganiseerd voor hun eigen afvaardiging. Met verkiezingsprogramma’s, zelf gemaakte stembussen en echte geheime stemmingen. Daar zaten ze dan, trots op hun verantwoordelijkheid, maar vooral trots dat ze dankzij dit programma de kans hadden gekregen om naar een middelbare school te gaan. Ze vertelden over hun school, hoe hard ze werkten, hoe goed ze het deden en ook over hun toekomstdromen: de ene wil naar de universiteit en lerares kunstgeschiedenis worden, een tweede droomt over de echte politiek en een derde wil later stewardess worden bij de Egyptische Luchtvaartmaatschappij (zonder hoofddoek!, voegt ze eraan toe).
Natuurlijk, het is een druppel op een gloeiende plaat, en of ze het in het harde leven later ook lukt is nog maar de vraag. Maar als je hoort wat het programma voor de kinderen binnen dit centrum betekent…
Na afloop praatten we met de leiding en de burgemeester van Salam City door over de situatie in Egypte, in hun wijk en over de Arabische lente en de verkiezingen. Dan krijg je een heel ander, pessimistisch beeld: wie kan er hier echt iets veranderen aan de armoede? Wat betekenen de vrije verkiezingen voor de honderdduizenden armen, en voor de toekomst van al die kinderen die hier leven en werken? Geen Arabische lente, geen vrije verkiezingen, geen nieuwe president zal hierin echt verbetering kunnen brengen.
En dan rijd je terug van die paar hoopvolle kamers en een paar kinderen die dromen van toekomst, door eindeloze stoffige straten met een hoofd boordevol vragen, vragen naar de echte toekomst van dit arme en zo overbevolkte land en de miljoenen kinderen in deze wereldstad.
Afbeelding boven dit artikel: Een jongen in een koptische sloppenwijk in Cairo. Foto: Adam Jones/Flickr.com.