In Archipel van de hond gaat Philippe Claudel aan de slag met de migratiecrisis. Omdat maatschappijkritiek zijn wapen is, gaat het vooral over de onverschilligheid en lafheid van de autochtone bevolking.
Archipel van de hond lijkt op een profetische aanklacht, verteld in het genre van de gelijkenis of fabel zoals we die kennen uit het Oude Testament. Ooit was er een eiland waarop mensen een goed leven hadden. Daar woonden een burgemeester, een dokter, een leraar, enkele werklieden, een priester, een oude vrouw, vissers en kinderen. Ze waren gelukkig en leefden onder elkaar in vrede. Het eiland was vruchtbaar, de wijnstokken schonken een heerlijke wijn, de olijfgaarden boden royale oogsten.
Maar op een dag, terwijl een oude vrouw met haar hond op het strand loopt, ziet ze in de verte drie vormen die ze niet herkent. Is het drijvend hout dat door het getij wordt afgezet? Afval van voorbij varende schepen? Ze is oud en kan niet meer goed zien. Ze komt dichterbij. Het zijn dode lichamen van drie jonge zwarte mannen.
De mens die er altijd weer in slaagt de grenzen van het ergste te verleggen
De burgemeester wordt op de hoogte gebracht en de dokter is onderweg. De leraar die deze ochtend aan het hardlopen is, verschijnt op het toneel. Allen kijken ze naar de drie dode lichamen als in een Griekse tragedie. Wat staat hen te doen? Afhankelijk van hun sociale status op het ‘eiland’, reageren de protagonisten verschillend.
Het begin van het verhaal is wat bevreemdend, maar grijpt je onmiddellijk. Het sluit naadloos aan bij Claudels vorige roman ‘Onmenselijk’. Daarin keek de auteur in verschillende korte hoofdstukken met een koude, cynische en haarscherpe blik naar de huidige samenleving. Ook in zijn nieuwe roman functioneert Claudels blik als een scalpel waarmee hij de autopsie uitvoert van de mensheid. De mens die er altijd weer in slaagt de grenzen van het ergste te verleggen.
De auteur ziet deze neiging vandaag de dag vooral tot uiting komen in de manier waarop wij de ‘ander’ verwelkomen. Dit thema sneed hij al eerder aan in twee schitterende romans Het kleine meisje van mijnheer Linh en Het Rapport.
Sommigen zouden liever zien dat mijn boeken meer ‘roze’ zouden kleuren
Philippe Claudel linkt de waardigheid van het leven aan een sociaal-maatschappelijke kritiek en bouwt daar in zijn romans centrale thema’s rond. Zo plaatst hij zich in een rijtje boeiende, hedendaagse Franse schrijver als Eric Emmanuel Schmitt, Edouard Louis en Emmanuel Carrerre. Tegen de Nederlandse krant het Algemeen Dagblad zei Claudel daarover: “Veel mensen blijven liever onwetend of blind voor de waarheid. Sommigen zouden liever zien dat mijn boeken meer ‘roze’ zouden kleuren; ze vinden de confrontatie met het kwaad lastig.”
Met de keuze van de titel van zijn roman verwijst Philippe Claudel naar de eerste grote migratiestromen in de jaren 2000. Die vonden plaats op de Canarische Eilanden. De naam van deze eilanden komt van de Latijnse Canariae Insulae of eilanden van de honden. De titel van de roman herinnert ons aan de Latijnse uitdrukking “Cave canem” (pas op voor de hond); een Latijnse inscriptie om indringers buiten te houden, gevonden op een mozaïek bij de ingang van een romeins huis. Een metafoor allicht voor de waarschuwing aan de migranten die zich wagen onze gebieden te betreden.
Archipel van de hond is een roman die wakker schudt, lang blijft nazinderen en fascineren. Geschreven in poëtisch proza, die heel eigen stijl van Claudel.
Leo De Weerdt SJ is een Vlaamse jezuïet. Hij is werkzaam als gevangenisaalmoezenier.