Jan Bentvelzen SJ signaleert een vreemde paradox; we steken de wortels af waaruit onze maatschappij is gegroeid, maar zijn intussen wel trots op de vruchten.
“We teren op het kapitaal van het christendom, zonder dat aan te vullen.”
Deze woorden van Ernst-Wolfgang Böckenförde werden in Trouw van 13 oktober 2012 geciteerd door de filosoof Rémi Brague, aan wie onlangs de Ratzingerprijs voor Theologie werd toegekend door de Paus. Mij deed het denken aan woorden van theoloog Paul Tillich:
“Zonder cultus en mythe, zonder de gemeenschap waarin ze worden gebruikt, zou geloof verdwijnen en zou dat, wat voor de mens van ultiem belang is verborgen raken. Dan zou het korte uur van onafhankelijke moraal aanbreken.”
Een moraal die niet afhankelijk is van een hogere macht of van een waarheid die de mens te boven gaat, maar uitsluitend gestoeld is op de menselijke rede is het ideaal van praktisch iedere moderne filosoof. En het zijn niet alleen de filosofen. Katholieke scholen, ziekenhuizen, omroepen, kranten en maatschappelijke organisaties verkondigen luid hun christelijke normen en waarden en haasten zich dan te zeggen dat ze daarvoor het geloof in God of Waarheid niet meer nodig hebben. En dat geldt ook van de doorsnee katholiek die de kerk weliswaar niet verlaten heeft, maar er toch ook maar zelden heen gaat.
Ik zie dan een boer voor me die trots zijn appelen aanprijst en er ondertussen plezier in heeft de wortels van de boom af te steken. Dat gaat misschien één of twee jaar goed, maar dan zal de boom toch verwelken, met appels en al.
Kunstenaars parasiteren op meesterwerken uit vroegere tijd, die ze vervormen en desacraliseren. Is dat een uiting van nieuwe geestdrift of slechts het afsterven van oud elan? Met groot enthousiasme worden tegenwoordig eerbiedwaardige instellingen verguisd, die de hoogste waarden in de maatschappij vertegenwoordigden en hielpen verwerkelijken. Het is of men wil bewijzen dat de waarden die zij vertegenwoordigen niet boven de menselijke maat uitgaan. Is dat een krachtig teken van een nieuwe moraal of het cynisch proberen te verwijderen van alles wat naar een bovenmenselijke Waarheid verwijst? De Kerk, de rechterlijke macht, de medische stand, de universiteiten zijn hun gezag kwijt en in plaats dat men zoals vroeger treurt over de aberraties die een smet op de betreffende instellingen werpen, verheugt de huidige maatschappij zich over de teloorgang van ieder symbool van een hogere orde.
De maatschappij heeft de wortels nodig van Bijbelse verhalen en rituelen waarin gevierd wordt wat ons heilig is
De geschiedenis waaruit onze huidige maatschappij is voortgekomen speuren we af om te zien welke standbeelden we omver kunnen halen en welke excuses we kunnen uitspreken over vroegere wandaden. We wijzen voortdurend op het giftige karakter van de wortels waaruit onze maatschappij is gegroeid, maar we zijn ondertussen wel trots op de vruchten; we zouden onze maatschappij voor geen andere willen inruilen.
We zijn gaarne bereid om de rituelen mee te vieren van andere geloven onder het motto van de tolerantie, ook al zien we het als folklore en volstrekt niet als een expressie van een begerenswaardige variant op onze eigen maatschappij. Maar met de vormende verhalen die aan de wortel liggen van onze eigen maatschappij wil men niets meer te maken hebben en de christelijke rituelen staan zelfs als folklore tegen.
Moraal ontstaat alleen daar waar de mens zich bewust is verantwoordelijkheid te hebben voor de wereld en rekenschap te moeten afleggen van zijn daden in het licht van een Waarheid die hij niet zelf heeft geschapen. Dat is het kapitaal van het christendom en het heeft een maatschappij opgeleverd waarin wij graag willen wonen. Die maatschappij heeft instituties nodig die dat kapitaal intact houden. Die maatschappij heeft de wortels nodig van de Bijbelse verhalen en de rituelen waarin gevierd wordt wat ons heilig is.
Een maatschappij die dat niet doet gaat het tijdperk in van onafhankelijke moraal dat geen langere duur beschoren is dan een boom zonder wortels.