Veel confessionele scholen worstelen ermee: hoe geef je vandaag de dag nog gestalte aan je religieuze identiteit? Fons Loogman, directeur van het Stanislascollege, vertelt over zijn ervaringen.
Het Stanislascollege is een organisatie met zeven scholen in Delft, Rijswijk en Pijnacker. Drie van de locaties hebben een rooms-katholiek signatuur, de vier andere locaties zijn interconfessioneel. De levensbeschouwelijke identiteit drukt volgens Loogman een duidelijk stempel op de school. Het meewerken aan de vorming van die identiteit is een benoemingsvoorwaarde voor leerkrachten. Dit wordt ook gewaardeerd en gerespecteerd, zelfs door leraren die zelf niet (meer) kerkelijk zijn. Loogman: “Men ziet het als iets dat waardevol is en erbij hoort.”
Juist in een tijd van economisch nutsdenken – ook in het onderwijs – is het volgens Loogman goed om de meerwaarde van een op christelijke waarden georiënteerde morele vorming te onderstrepen. Die vorming zorgt voor “betere, completere leerlingen”, aldus de schooldirecteur.
Meer over het Stanislascollege: www.stanislascollege.nl.