Het Vaticaan en de regering van China sloten onlangs een overeenkomst over onder meer de benoeming van bisschoppen. Critici verwijten het Vaticaan toegeeflijkheid en naïviteit. Waarom is de verhouding tussen China en de katholieke kerk zo moeizaam?
Jan Stuyt SJ volgt ontwikkelingen in China sinds vele jaren. In 1992 werkte hij in Hong Kong voor de Jesuit Refugee Service. In 2003 studeerde hij enkele maanden in Beijing.
Op zondag zitten er tegenwoordig in China meer mensen in de kerk dan in Europa. De christelijke kerken zijn onstuimig gegroeid, vooral de protestante huiskerken. Maar van mijn bezoek aan Beijing in 2003 herinner ik mij ook de lange rij met volwassen doopleerlingen voor één van de katholieke kathedralen van de stad. Die honderd mensen waren de groep van de Adventstijd, in alleen al die ene kerk.
al zitten er plaatselijk bisschoppen en priesters gevangen onder huisarrest
Op dit moment worden christenen in China nog steeds gediscrimineerd en lastiggevallen. In dat enorme land met rond 1,4 miljard inwoners verschilt dat nogal per provincie. Omdat het een land is met één partij is het als buitenstaander lastig de nuances waar te nemen. De nuances in de standpunten van verschillende partijen die je elders zou zien, zijn hier verscholen in het immense ambtenarenapparaat en binnen de partij zelf. Waar de islamitische Oeigoeren – een grote Turkse minderheid in het noordwesten van China – werkelijk vervolgd worden, ligt dat voor christenen anders, al zitten er plaatselijk bisschoppen en priesters gevangen onder huisarrest en worden nieuwe kerken platgewalst.
In de negentiende eeuw is de basis gelegd voor het wantrouwen van China. Er werden in het land twee opiumoorlogen uitgevochten, rond 1840 en rond 1860, en er was de Bokseropstand rond 1900. In alle gevallen leed China nederlagen tegen Europeanen, met name de Engelsen en de Fransen. Dat zijn, vanuit Beijing gezien, bij uitstek christelijke naties. Hun soldaten hebben er nogal onchristelijk huis gehouden, onder andere met strafexpedities. Dat zijn ze in China nog lang niet vergeten, getuige de talrijke bordjes bij de ruïnes van het in 1900 verwoeste zomerpaleis.
Daarnaast heeft het christendom in China de reputatie te leiden tot onafhankelijk denken, zelfvertrouwen en verzet. Twee grote revolutionaire leiders bekeerden zich tot het christendom. Niet oppervlakkig of opportunistisch, maar uit innerlijke overtuiging. Dr. Sun Yat Sen werd in 1912 de eerste president van China en wordt erkend als “voorloper van de democratische revolutie”. Hij werd in 1888 op 22-jarige leeftijd gedoopt in Hong Kong, waar hij medicijnen studeerde. Wikipedia zegt daarover dat zijn bekering verband hield met zijn revolutionaire ideeën. Het is begrijpelijk dat de Chinese overheid van vandaag niet gediend is van revolutionaire ideeën; al wordt dr. Sun Yat Sen nog altijd in ere gehouden in de Volksrepubliek
Dat kan niet gezegd kan worden van die andere christelijke opstandeling, de leider van de Kuomintang. General Chiang Kai-shek bevocht jarenlang het Rode Leger van Mao en moest in 1949 de wijk nemen naar Taiwan. Ook hij is als volwassen man christen geworden – hij werd in 1930 methodist en nam dat zeer serieus. Dagelijks las hij de Bijbel. In 1931 zei hij dat hij hoopte dat het christendom zou bijdragen tot meer vrede en rechtvaardigheid.
Ze wisten niet hoe snel ze mij van het erf af moesten jagen
Met zulke prominente revolutionaire christenen is het niet vreemd dat Chinezen met argwaan naar de christenen kijken. De protestante huiskerken zijn niet centraal georganiseerd en daardoor vrijwel ongrijpbaar. De katholieke kerk heeft bisschoppen, seminaries, zichtbare kerkgebouwen en duidelijke banden met het buitenland; waardoor het dus makkelijker is om het de katholieke kerk lastig te maken. Het wantrouwen wordt niet minder door het lied dat de twee miljoen demonstranten in Hong Kong onlangs zongen bij hun demonstraties: “Sing Halleluja to the Lord”.
Tijdens mijn bezoek aan Peking 2003 kwam ik langs een kantoorvilla waar ik op een bordje las: “Katholieke bisschoppenconferentie van China”. Nieuwsgierig wandelde ik naar binnen. Ze wisten niet hoe snel ze mij van het erf af moesten jagen: ze hadden kennelijk al problemen genoeg zonder mij.
Bekijk ook deze korte (Engelstalige) documentaire over de kerk in China, gemaakt door America Magazine.