We geven onze sterren wat graag geschenken. Maar of ze zo blij moeten zijn met de mirre… Een column van cultuurtheoloog Frank Bosman.
Heel Nederland leefde de afgelopen week mee met de internationale voetbalster Rafaël van der Vaart en zijn alom bewonderde vrouw Sylvie. Het sterrenhuwelijk liep op de klippen na een huwelijk van acht jaar. Tien jaar waren ze een sterkoppel, tot de losse handjes van de international er een einde aan maakte.
We houden van sterren, en dan vooral als ze vallen. We houden van sterren als de Koreaanse Psy die met zijn belachelijk leuke Gangnam Style de magische grens van 1 miljard views op Youtube passeerde. Maar nog leuker vinden we steradvocaat Bram Moszkowicz, die keihard onderuit gaat vanwege onfrisse financiële zaakjes. Of Estelle Cruijff, die van Ruud Gullit scheidde en daarna verzeild raakte in de armen van weer een man met losse handjes, bad boy Badr Hari.
We zwelgen in elk detail van het leven van onze sterren, in goede en slechte tijden
We geven onze sterren wat graag geschenken. We geven ze goud, wierook en mirre. Net als die wijzen uit dat oude verhaal dat iedereen wel kent. We geven onze sterren uit de wereld van muziek, voetbal en showbusiness een onnoemelijke rijkdom: sterren zwemmen graag en vaak in bakken met geld. Dagobert Duck is er niets bij. We geven onze sterren ook graag wierook: we bewonderen ze, we juichen ze toe, en zwelgen in elk detail van hun leven, in goede en slechte tijden.
Eén cadeautje is echter minder prettig. We geven onze sterren immers ook mirre mee. Dat weten onze Rafaël, Sylvie, Estelle, Ruud en Bram vaak niet, dat ze dat krijgen. Maar het wordt er gratis bijgeleverd, net als in dat stalletje tweeduizend-en-nog-wat jaren geleden. De mirre staat voor de tijdelijkheid van alle rijkdom en roem van onze sterren. Nu staan ze hoog aan het firmament, maar stiekem verheugen we ons al op hun val. En als ze niet vallen, dan vervagen ze langzaam, net als old soldiers, they just fade away.
De wijzen uit het Oosten die het kerstkind in Bethlehem bezochten brachten ook goud, wierook en mirre mee. Ook de mirre was er direct bij, voor de duidelijkheid. Je ruikt als lezer dat het Jezusverhaal wel eens een bizarre wending kan krijgen. De wijzen deden echter na hun kraambezoek iets opmerkelijks: ze gingen via een andere weg terug naar huis. Er was in die stal iets gebeurd, dat hun leven drastisch veranderde.
Dat doen onze sterren niet. Ze bekeren ons niet, zetten ons nauwelijks in beweging. We scheppen hen naar ons eigen beeld en gelijkenis. We zien hun val, we doen een plas en alles bleef zoals het was. Maar die baby in Bethlehem was niet geschapen naar ons beeld en gelijkenis, maar naar die van een Ander. Vandaar dat zijn ster al tweeduizend jaar helder schijnt, en de andere sterretjes even snel verdwijnen als ze zijn opgekomen.
Afbeelding boven dit artikel: voetballer Rafaël van der Vaart. Foto: ANP.
Drs. Frank G. Bosman is cultuurtheoloog en verbonden aan de Tilburg School of Catholic Theology. Zie www.goedgezelschap.eu.