De vraag naar stilte is groot. ‘De behoefte aan stilte zegt: het is dáár dat God te vinden valt in deze tijd’, zegt Jos Moons. Dat roept wel een vraag op: besteedt de kerk voldoende aandacht aan dit verlangen van mensen?
Stilte is in. Het was een tijd geleden het thema van de Maand van de Spiritualiteit. Dagblad Trouw besteedde er toen een hele bijlage aan. Inclusief een interview met een zuster van de Clarissen in Megen. De film Into great silence, over het leven van de karthuizers, werd opnieuw uitgezonden. Een erg stille film, die populair blijft. In de kloosters merken ze ook dat stilte in is. De gastenverblijven van de meeste kloosters lopen goed. Er is vraag naar stilte.
Zo is de stilte: een plek om te herademen
Het is niet zo verrassend dat stilte in is. Wat wil je? Stilte is een vrijplaats. Stilte is wat in Parijs de ‘jardins publics’ zijn. Verspreid over de stad vind je kleine parken, met mooie bloemen, bankjes, gazons en een fontein. Oases in de drukte van de stad. Oudjes gaan er op een bakje zitten met de krant. Jonge moeder picknicken op het gazon met het kroost. Studenten studeren er en kletsen bij. Zo is de stilte: een plek om te herademen.
Ik vind het geweldig dat er behoefte is aan stilte. Het is een ‘teken van de tijd’, zoals het Tweede Vaticaans Concilie dat zegt. Daarmee bedoelt het Concilie dat we open moeten staan voor wat er gebeurt om ons heen. Dat moeten we wel ‘verstaan in het licht van het evangelie’. Maar dat lijkt me hier niet zo moeilijk. De behoefte aan stilte zegt: het is dáár dat God te vinden valt in deze tijd. Het is daar dat de weg voor Godzoekers ‘geopend en begaanbaar’ is, zoals we in de mis bidden.
Bijvoorbeeld: is er wel genoeg stilte in onze eucharistievieringen?
Het zou goed zijn eens na te denken of we dit teken wel genoeg verstaan. Bieden we als kerk, als gelovigen, genoeg stilte aan? Bijvoorbeeld: is er wel genoeg stilte in onze eucharistievieringen? Het Concilie onderstreept het belang van ‘een heilig stilzwijgen’. Maar we praten de tijd vaak vol, of houden ons vooral bezig met ‘hoe het moet’. Of ook: leven we zelf uit stilte, en stralen we iets van stilte uit? Kunnen mensen bij ons op adem komen, of zijn we voortdurend praterig en druk?
De EO gaf eens het goede voorbeeld. Ze maakten een programma over wat stilte met je doet. Vijf BN’ers brachten een week in een klooster door. Een goede poging om het geheim van de stilte te delen.
Want stilte is een geheim. Een goddelijk geheim. Een geheim om te delen.