Duurzame liefde, is dat versmelten met elkaar? Jan Stuyt zegt het met de dichter Rainer Maria Rilke een beetje anders: wil jij wachter bij mijn eenzaamheid zijn en blijven?
Bij het begeleiden van retraites mag ik mensen in hun hart kijken. Ze laten me toe waar ze onzeker zijn en alleen, en waar ze helderheid hopen te vinden door zich uit te spreken. Ik waak bij de worsteling die zij in hun eentje doormaken. Het herinnert me aan een huwelijkspreek van veertig jaar geleden.
De deken van Heerlen preekte in het oude kerkje van Geervliet bij Rotterdam. Hij zei: “Liefde is op wacht staan bij de eenzaamheid van de ander.” Ik was er door geraakt en ben het nooit vergeten. Toen ik het citaat – dat van Rainer Maria Rilke zou zijn – opzocht, bleek het origineel nog mooier te zijn. Het oorspronkelijke citaat luidt: “… ist die gute Ehe die, in welcher jeder den anderen zum Wächter seiner Einsamkeit bestellt und ihm dieses größte Vertrauen beweist, das er zu verleihen hat.” Vertaald wordt dat: … dit is een goed huwelijk, waarin elk de ander uitnodigt om wachter te zijn bij de eigen eenzaamheid, en daarmee geeft men de ander het grootste vertrouwen dat een mens een ander kan geven.
Wat je wel kunt doen, is die eenzaamheid onder ogen zien
Rilke erkent dat elke mens fundamenteel eenzaam is en alleen blijft. In een huwelijk kun je een tochtgenoot vinden, maar dat heft die eenzaamheid niet op. Wat je wel kunt doen, is die eenzaamheid onder ogen zien, en je echtgenoot vragen daarbij op wacht te staan.
Ook vertrouwenspersonen zoals pastores en psychologen kunnen worden uitgenodigd om iemand nabij te zijn, vlak bij de kern van de mens waar die uiteindelijk zijn keuzes alleen maakt. Als mij dat gegeven wordt in de rol van zielzorger, ervaar ik telkens dat het een heilig moment is. Heilig, omdat het een groter vertrouwen is dan je waard bent op grond van opleiding of aanstelling. Alleen God die in de harten van de mensen woont is dat vertrouwen waard.
Erover nadenkend ontdek ik dat het woord ‘liefde’, dat centraal stond in die huwelijkspreek, door Rilke niet genoemd wordt. Hij gebruikt het woord liefhebben slechts één keer in diezelfde brief, maar dan om te zeggen dat de echtgenoten de afstand tussen elkaar moeten liefhebben.
Rilkes sleutelwoord is ‘vertrouwen’. Dat zegt iets over de aard van het huwelijk, en over goede zorg voor de ziel. Waar dat vertrouwen in de zielzorg wordt geschonden spreken we van misbruik. Wie dat vertrouwen schendt, beschadigt de ziel van de ander. Waar dat vertrouwen in een huwelijk bestaat, gebeurt iets heiligs en begrijp je waarom het huwelijk een sacrament is: teken én werktuig van Gods nabijheid. Het is bovendien een sacrament dat niet wordt toegediend door een pastoor of bisschop, maar door de echtelieden zelf, aan elkaar. De pastoor is alleen maar de eerste getuige.
Elkaar nabij zijn en niet versmelten, elkaar behoeden en de wacht houden
Velen van mijn vrienden komen nu op een leeftijd dat ze veertig jaar getrouwd zijn; ook dat stel uit Geervliet. Ik mag ze feliciteren dat ze gedaan hebben wat Rilke aanduidde: elkaar nabij zijn en niet versmelten, elkaar behoeden en de wacht houden. Ondanks (of dankzij) de hobbels op de weg, zijn ze voor elkaar een genade geworden.