Marc Desmet leest het bizarre verhaal waarin Jezus een legioen onreine geesten uit een man drijft en ze intrek laat nemen in een kudde varkens. Hoe doet Jezus dat?
Bizar verhaal, toegegeven. Ik begrijp er ook niet alles van. Ik word hier vooral door één aspect ‘geboeid’: hoe komt het dat die waanzinnige wildeman tot rust komt bij Jezus? Misschien opent zich iets van het mysterie van Christus.
Zo geboeid dat hij zich vrijwillig wil binden aan Hem en meegaan.
Jezus vaart naar ‘de overkant’ die bol staat van de symbolen van onreinheid en dood: land van Geraseense heidenen, grafspelonken, een legioen onreine geesten, een paar duizend per definitie onreine varkens, en in dat midden een man die niet te ketenen valt. Hij is letterlijk en figuurlijk ont-ketend. Hij kwetst zichzelf, ontwikkelt enorme krachten in zijn razernij.
En toch: de man zal veranderen van iemand die vruchteloos geboeid wordt door ketenen naar iemand die met vrucht geboeid wordt door Jezus. Zo geboeid dat hij zich vrijwillig wil binden aan Hem en meegaan. Maar Jezus zendt hem de vrijheid in om in de Dekapolis – ook een tiendelig verdeeld heidenland blijkbaar – de heling en barmhartigheid te verkondigen die hij zelf ontvangen heeft. Wat is daar gebeurd?
Tijdens de overvaart naar ‘de overkant’ zijn de leerlingen in een storm terecht gekomen die door Jezus gestild werd. Dat vervulde de leerlingen met ontzag. Bij het aanmeren stormt de woeste Geraseen Jezus tegemoet. Ook hij wordt ‘gestild’, ook daar vervult het optreden van Jezus de mensen vol ontzag. We bewegen van intrige naar geïntrigeerd, van eindeloos verdeeld naar geheeld, van angstwekkend naar ontzagwekkend.
De ontmoeting met Jezus brengt de uitzinnige man tot vrede, tot zijn ware zelf.
Herkennen wij ons in de woeste man? Een mens kan zoals we zeggen wel ‘duizend angsten doorstaan’, wel een legioen… Angstige en verwarde mensen kunnen enorme krachten ontwikkelen. Denk aan de legioenen fake tweets die over mensen worden uitgestrooid. Ze (ver)leiden tot de bestorming van het Capitool door gelovigen van de complottheorie over fake verkiezingen. Denk aan de wilde protesten tegen de avondklok. Het heeft iets dierlijks. Zijn dit mensen?
Maar de ontmoeting met Jezus brengt de uitzinnige man tot vrede, tot zijn ware zelf. Er wordt niet gezegd hoe. Ongezien en ongehoord is wat Hij doet, letterlijk en figuurlijk, en dat intrigeert: wat en hoe doet Hij dat?
Jezus scheidt de vele onreine geesten ten opzichte van de ene gezonde geest in de mens. Jezus doet wat God doet in den beginne: God schept de wereld door in de chaos door water van land te scheiden, duister van licht, nacht van dag. Zo herschept Jezus de mens door datgene wat onrein is te scheiden van wat rein is. In onze oorlogen daarentegen wordt de vijand ‘geneutraliseerd’, geëlimineerd, weggedreven, en dat betekent dat de hele mens wordt geneutraliseerd, geëlimineerd, weggedreven. In het Rijk Gods worden de vijandige krachten in de mens onderscheiden en afgescheiden van de goede krachten.
Die kwade krachten worden dus erkend. Ze worden benoemd, Jezus richt zich tot die krachten: ‘Onreine geest, ga weg uit die man.’ Het is belangrijk niet te verhelen dat in ieder mens onreine, kwade krachten leven. In die zin bestaan er geen slechte mensen. Er bestaan wel mensen waarin de onreine krachten vrij spel krijgen, hun chaotisch spel kunnen spelen. En er bestaan ook mensen waarin die onreine krachten buitenspel werden gezet. Als we onrein niet onderscheiden van zuiver, dreigen we de ander te identificeren met zijn onreine krachten, alsof dat zijn ware identiteit zou zijn. Vervolgens gaan we de ander totaal elimineren. Zo worden vreemdelingen herleid tot ‘illegalen’ en vervolgens buitengezet.
Daarom vlucht de liefdevolle mens niet weg
De vraag is hoe Jezus dat doet, dat onderscheiden. Dat wordt niet verteld. We kunnen het onderscheidende liefde noemen; liefde die weet te onderscheiden, liefde die helemaal niet blind is. Een liefdevol mens kan in een ander mens met fragwürdige gedragingen het onderscheid maken tussen het onreine gedrag en het reine potentieel. Daarom vlucht de liefdevolle mens niet weg, ondanks het afschrikwekkende misschien in de ander, en drijft daardoor het onreine uit. En omgekeerd doet de genezen ander misschien hetzelfde met de liefdevolle mens die zijn of haar eigen onreine geesten ontdekt. Zo’n liefde is een gave van God. Het is een Ander die onze ogen opent, die ons niet doet wegvluchten voor het schrikwekkende.
Als Hij het gezonde deel heeft blootgelegd, wordt de gezonde persoon gezonden naar anderen om daar dat wonder te verkondigen en te verrichten.
Marc Desmet SJ is regionale overste van de Vlaamse en Nederlandse jezuïeten. Hij studeerde filosofie aan het Centre Sèvres te Parijs, geneeskunde en theologie aan de K.U. Leuven.