Mariëlle woont in Berlijn en vindt het heerlijk om te wandelen op ‘Friedhof der Märzgefallenen’, een begraafplaats waaraan de politieke geschiedenis van Duitsland af te lezen is.
Wie weleens over een begraafplaats in Berlijn is gewandeld, is het misschien opgevallen: begraafplaatsen zijn er oasen van rust. De soms wat beladen sfeer die ik gewend ben van begraafplaatsen is hier ver te zoeken. Mensen komen ernaartoe om te wandelen, te bezinnen, te praten, of bij de ingang een kop koffie te drinken bij de plaatselijke koffiebar. Misschien komt het door het hoge aantal gesneuvelden in deze stad dat ‘de dood’ meer zijn plek mag hebben. Het leven gaat hoe dan ook verder en de aanwezigheid van de ‘doden’ lijkt alles meer zin te geven.
Veel begraafplaatsen zijn groot, ze bevatten al snel een oppervlakte van vijf hectare. En dan is de ontdekking van een kleine begraafplaats, verstopt in een hoek van het Volkspark am Friedrichhain in voormalig Oost-Berlijn, een verrassing. Het hek staat open en in het midden van een klein grasveldje bevindt zich een grote herdenkingssteen met een rode roos erop. Het heet ‘Friedhof der Märzgefallenen’, de begraafplaats van de mensen die op 18 maart 1848 tijdens de revolutie in Berlijn sneuvelden. In ieder geval een deel daarvan; de gesneuvelde ‘revolutionairen’. De gevallenen van de toenmalige gevestigde orde liggen ergens anders.
Mensen van allerlei rangen en geloofsovertuigingen liggen door elkaar
De Maartrevolutie was onderdeel van nationaal-liberale opstanden die in grote delen van Europa plaatsvonden. Door sommigen de lente van de volken, of de lente van de naties genoemd. We denken aan de Februari-revolutie in Frankrijk, Italië, het Duitse Habsburg en Pruisen. Maar ook in Nederland leidden de opstanden tot een representatieve democratie en tot een herziene grondwet, waarbij de persoonlijke regeermacht van de koning sneuvelde. Minder bekend is dat ook in deze tijd het Oekraïense volk, in het toenmalige Oostenrijk-Hongaarse rijk, meer zelfbeschikkingsrecht probeerde te verkrijgen en daarin kortstondig slaagde.
Op het Friedhof der Märzgefallenen liggen mensen van allerlei rangen en geloofsovertuigingen door elkaar. Iedereen heeft er een steen, die misschien iets in grootte verschillen, maar niets in vergelijking met de grafhuizenwedloop van die tijd. Bediende M. Cohn, boekbinder Theodor Mengel, leerling Herrmann Schulz, arbeidersvrouw Adeline Behm, Gustav von Lenski (zonder titel), ze liggen naast elkaar.
De begrafenis van de gesneuvelde revolutionairen werd in 1848 begeleid door een processie waaraan meer dan honderdduizend mensen deelnamen. Een vergelijkbare opkomst zagen we op 27 februari, toen rond de Brandenburger Tor werd gedemonstreerd tegen de Russische inval in Oekraïne. De begrafenis werd voorgegaan door een priester, een dominee, een rabbi, en de woordvoerder van de Berlijnse democraten.
Het bijzondere van deze begraafplaats, is dat die door zijn bijna 175 jaar bestaan verschillende keren van constructie veranderd is. Veranderingen die te linken zijn aan de schommelingen in het ontwikkelingspad van de democratie. Vanaf het begin is deze begraafplaats een politieke plek. In de beginjaren was het niet vreemd dat er soms meer dan tienduizend mensen naar de begraafplaats kwamen om op 18 maart de doden te herdenken en om het doel, de democratie, in gedachten te houden. Dat leidde soms tot rellen met de politie.
De namen op de graven duiden aan dat democratie niet vanzelfsprekends is
In 1918 kreeg de begraafplaats een sterk communistische lading door de bijzetting van de gestorven novemberrevolutionairen. Tijdens het nationaal-socialistische regime kwam het ‘Friedhof der Märzgefallenen’, tot verval. Vanaf de jaren zestig werd ze, in de DDR, opnieuw verbouwd en een herdenkingsplek van alle gestorven communisten. Sinds de val van de Muur krijgt ze steeds meer de algemene en minder de partijpolitieke betekenis van plek voor de democratie.
Ook afgelopen vrijdag 18 maart was er weer een herdenkingsmoment, welke door een kleine groep mensen werd bezocht. Kransen van alle politieke partijen werden neergelegd en de relevantie van de plek in de huidige context werd benadrukt. Dennis Buchner, voorzitter van het Berlijnse Huis van Afgevaardigden, wees op de tegenstelling tussen de mensen in de Oekraïne die nu voor de democratie sterven en de stemmen van de vertegenwoordigers in de discussie over het Covid-masker, bij wie ieder teken van solidariteit lijkt te ontbreken.
‘Friedhof der Märzgefallenen’ is een plek van rust, relativering, dankbaarheid, en ook van urgentie. Zij laat de schommelingen in de geschiedenis zien. De namen op de graven duiden aan dat democratie niet vanzelfsprekends is, maar beschermd moet worden. Zij laat ook zien dat de democratie toch elke keer weer opnieuw geboren wordt.