![God droomt van groen 1](https://igniswebmagazine.nl/wp-content/uploads/2014/12/saltoftheearth_640.jpg)
Een film over een fotograaf, bewegend beeld over stille beelden: kan dat? Ja, dat kan, heel goed zelfs, zo bewijst The Salt of the Earth.
Als God een moment zijn ogen dicht zou doen, moe, verdrietig, boos, na alweer een misdaad van de mens, zijn mens, tegen de mensheid, wat zou Hij dan zien, waarvan zou Hij dan dromen?
Zo’n moment is er in The Salt of the Earth, de documentaire van Wim Wenders over de Braziliaanse fotograaf Sebastião Salgado. Wie? De man die onder andere de klassieke zwart-witfoto’s van de mijnen in de Serra Pelada heeft gemaakt waarmee de documentaire begint, foto’s die doen denken aan de bouw van de pyramides, maar ook aan de steengroeven van het concentratiekamp Mauthausen. Alleen: de werkers in de Serra Pelada zijn geen slaven of gevangenen, maar vrije mensen die hopen daar hun fortuin te maken door goud te vinden.
De fotograaf kon het niet meer aanzien en ook de bioscoopbezoeker weet niet meer waar hij moet kijken
Sebastião Salgado laat ons de mens zien in waardigheid en schoonheid, foto’s die niet onder doen voor de staatsieportretten door Anthony Van Dyck. Maar waar Van Dycks modellen rijk en machtig zijn, zijn de mensen die Salgado fotografeert arm en machteloos, op de vlucht, stervend, dood. We zien ze voorbij komen op zwart-wit foto’s van 1973 tot 1999, een kwart eeuw lief en leed in Zuid-Amerika, Afrika, maar ook Europa (Servië en Kroatië, weet u nog wel?).
En dan komt er dat moment, verlossend welhaast, dat het filmdoek zwart wordt. De fotograaf kon het niet meer aanzien en ook de bioscoopbezoeker weet niet meer waar hij moet kijken. Salgado stopte even met fotograferen, keerde terug naar de ontboste, uitgedroogde landerijen van zijn vader en begon boompjes te planten. Zo’n twee miljoen staan er inmiddels, een getal dat doet denken aan die andere getallen: mensen op de vlucht in de Sahel, mensen uitgemoord in Rwanda-Burundi.
God droomt van groen, ongerept groen, van uitgestrekte bossen waar natuurvolken in vrede wonen, zoals de stam die we in het begin gefotografeerd zien worden in Indonesië, en de stam waarmee de documentaire eindigt, de Zo’é, ooit ontdekt door de jezuïeten in de bossen van Brazilië, uit het zicht geraakt en recent teruggevonden. God droomt van ongerept en onschuldig. Niet voor niets heet het laatste grote project van Salgado ‘Genesis’: de schepping tot kort vóór het moment dat de ene broer Kaïn de andere broer Abel vermoordt.
Een film over een fotograaf, bewegend beeld over stille beelden: kan dat? Ja, dat kan, heel goed zelfs, en de twee uur die The Salt of the Earth duurt, is geen minuut te lang. Wenders heeft voor eenvoud gekozen: het levensverhaal van Salgado, in grote lijnen, verteld door de fotograaf zelf, door diens vader, diens zoon, co-regisseur Juliano Ribeiro Salgado, en diens vrouw Lélia, afgewisseld met historische filmbeelden en met foto’s, heel veel foto’s, prachtig van compositie en vreselijk van onderwerp, die we nooit zo groot zullen zien als op het witte doek.
De afgebeelde mensen ‘geven’ hun portret aan de fotograaf, zegt Salgado, mits de fotograaf hen benadert met respect – en met talent natuurlijk, en met een goed geoefend oog. We mogen Wenders dankbaar zijn voor zijn filmportret van Sebastião Salgado, een man met ogen die alles gezien hebben en toch teder zijn gebleven. Met zulke ogen kijkt God naar de wereld, naar de mens, zijn mens.