Kan kunst de beschouwer optillen uit zijn gewone beslommeringen? De tentoonstelling Mystiek in het Limburgs Museum doet een geslaagde poging.
Tot 19 maart is in het Limburgs Museum in Venlo de tentoonstelling Mystiek te bezoeken en kan men er via de weg van rituelen en verstilling tot extase geraken. In drie ruimtes zijn religieuze werken uit de eigen collectie opgesteld, die zijn aangevuld en geconfronteerd met bruiklenen, grotendeels vervaardigd door toonaangevende hedendaagse kunstenaars, veelal afkomstig uit Limburg en België.
De eerste zaal is gewijd aan rituelen als weg waarlangs je, voorbij de alledaagse besognes, terecht kunt komen in een andere ruimte, waar dingen van een langere adem aan bod komen. Twee kerkbanken van Dom Hans van der Laan uit de abdij Sint Benedictusberg in Mamelis verwijzen naar gebed en contemplatie. Via haar portret met gesloten ogen en gekruiste armen (c. 1700) laat de heilige Johanna van Valois zien hoe je tot inkeer kunt komen.
Bij rituelen denk je ook aan kerken en kapellen. De glasramen van de stalen, gotische kapel van Wim Delvoye tonen röntgenfoto’s van skeletten van zoenende paren, verwijzend naar liefdesextase en tevens functionerend als memento mori. Koen Vanmechelen concentreert zich in zijn werk op de kip en het ei. De opstelling van twee gemummificeerde kippen en twee gebeeldhouwde sarcofagen, voorzien van het portret van een kip, brengen de bezoeker in contact met begrafenisrituelen. Het werk van Vanmechelen heeft als achtergrond het Laatste Oordeel (1557) van Hubertus Goltzius. Dit monumentale schilderij uit de eigen collectie van het museum is afkomstig uit het Venlose raadhuis, waar het diende als vermaning aan de leden van de schepenbank om rechtvaardig te oordelen.
De tweede, geheel verduisterde ruimte moet verstilling teweegbrengen als voorwaarde voor een spirituele reis naar binnen. In het midden bevindt zich een installatie van Hans Op de Beeck (2019), bestaand uit een slapende vrouw in bed, op een vlot in het water tussen waterlelies. We worden verplaatst in een onwerkelijke droomwereld, zonder kleur, beweging of geluid, er is alleen maar stilte. Het schilderij Rimpeling van Marcel van Hoef (2020) laat niet meer zien dan water dat zacht golft en waarop enkele blaadjes drijven. Deze kunstenaar is gegrepen door de verstilling in de natuur zoals deze in Japanse tuinen wordt gerealiseerd.
De derde ruimte wordt beheerst door de kleur rood, een verwijzing naar hartstocht en extase, toestanden waarin je buiten jezelf bent. Fake Paradise van melanie bonajo (2014) leidt via videobeelden de bezoeker binnen in een andere wereld waarin mensen rondlopen die in trance het gewone leven ontstegen zijn. Het zijn beelden van een alternatieve manier van omgaan met de natuur, ver verwijderd van de huidige kapitalistische consumptiemaatschappij.
Dat je ook buiten jezelf kunt raken door te dansen tijdens carnaval of door de liefde te bedrijven, wordt geïllustreerd aan de hand van onder andere carnavalsmaskers en enkele erotische tekeningen in een schetsboekje van Aad de Haas uit 1970-1972, de schilder van de verstilde, droomachtige kruisweg (1946-1949) in de Cunibertuskerk in het Limburgse dorp Wahlwiller.
Lang niet alle kunstwerken zijn hier genoemd, ook niet de verfilming – zwart-wit, zonder geluid, maar des te indringender – van de processie tijdens de kruisdagen in St. Odiliënberg (1938-1939) of de video van Julius von Bismarck, waarin de kunstenaar zich plaatst tegenover een overweldigende zee (Punishment, 2011).
Het is een tentoonstelling om zelf te gaan zien en te ondergaan. Het is niet altijd even duidelijk waarom bepaalde kunstwerken onder de noemer ‘rituelen’, ‘verstilling’ of ‘extase’ zijn geplaatst. In de zaal die aan de extase is gewijd is meer ruimte gegeven aan erotische dan aan religieuze vervoering. Maar al met al is duidelijk gemaakt dat kunst, ook werk van kunstenaars die een ambivalente houding innemen tegenover religie, de beschouwer kan optillen uit zijn gewone beslommeringen.
Afbeeldingen: Peter van Dael en Limburgs Museum (Levin de Boer).