Ondanks eenzaamheid en lijden bleef het leven van koningin Fabiola tot het einde toe getekend door een diep doorvoeld geloof. Pater Charles Verhezen, die haar de afgelopen twintig jaar van dichtbij meemaakte, vertelt over haar intense geestelijke leven.
Vlak na het overlijden van haar man, einde 1993, werd mij gevraagd of ik bereid was om regelmatig de eucharistie te vieren bij koningin Fabiola. Bij mijn eerste kennismaking in januari 1994 heb ik aan de koningin gezegd dat ik koning Boudewijn helaas nooit persoonlijk had ontmoet. Dat was geen bezwaar, antwoordde Fabiola: “Ik zal u zelf de koning laten kennen.” Het klonk als een belofte en die heeft zij nageleefd. Jaren later, toen zij de brieven en geschriften van haar man had doorgenomen, vertelde zij hoeveel beter en dieper zijzelf haar man had mogen begrijpen. Voor haar is zijn persoonlijkheid onuitputtelijk gebleven.
Fabiola was altijd van goed humeur. Dat hoort zo bij de gastvrouw die ten huize ontvangt. Het belette haar niet om ook afkeer uit te drukken, rechtuit en helder. Zij was niet neutraal, maar wel ‘onverschillig’ in de ignatiaanse betekenis van het woord: het voorwerp van haar oordeel maakte het verschil niet. Zij gaf haar mening vlot en spontaan, met overtuiging. In alles was de waarheid haar criterium. Zij ontmaskerde de leugen waar die zich schuil hield. Een tikje overdreven zelfzekerheid was haar niet vreemd. Zij luisterde naar tegenargumenten, maar week niet af van haar lijn.
Het kasteel van het koningspaar ademde de sfeer van een klooster.
Eerst moest ik haar religieuze achtergrond begrijpen, het kader waarin zij tot aan de dood van haar man had geleefd. Zij sprak letterlijk over haar communauteit: kardinaal Suenens, de koning en de Ierse zuster Veronica O’Brian. “Ik ben omgeven geweest door drie profeten”, herhaalde zij met dank en bewondering voor de drie genoemden. De huidige koning Filip, die als kroonprins enkele jaren bij het koningspaar heeft ingewoond, vond de sfeer op het kasteel van Laken hartelijk en aangenaam, maar toch iets te veel als die van een klooster.
De charismatische en Mariale invloeden wogen daar sterk door. Boudewijn was pas vijf jaar toen hij zijn moeder Astrid verloor. Als bedroefd en zoekend kind heeft hij een tweede moeder gevonden in Maria. Daarom schrijft hij in tedere bewoordingen tot Maria als tot zijn moeder Astrid. De ene vond hij bij de andere: beide moeders verwezen naar elkaar. Niet elke volwassen gelovige kan hem daarin volgen. De menselijke aanleiding van Boudewijns geloof in de verrijzenis vindt haar oorsprong in het tragische ongeval in het Zwitserse Küssnacht waarin zijn moeder om het leven kwam. In dit harde verlies heeft God de kiem gelegd van zijn latere begenadiging. In die genade heeft Fabiola mogen delen.
In dit harde verlies heeft God de kiem gelegd van zijn latere begenadiging.
Nog andere tekenen van goddelijke bijstand hebben beiden met elkaar gedeeld. Het mooiste is wellicht geweest dat Fabiola intuïtief en geestelijk Boudewijn nabij was toen hij stierf, in de overgang zelf van dood naar leven. Zij heeft aangevoeld en ervaren dat haar man bij God belandde en Hem mocht aanschouwen. Koningin Astrid had gewenst om tijdens haar zwangerschap van Boudewijn naar de katholieke kerk over te gaan, met de hoop dat die genade ook het kind dat zij droeg ten goede zou komen. Wij mogen ons verwonderen over de spirituele weg die deze man heeft mogen volgen van de moederschoot tot zijn laatste uur.
De onthechting van dit koningspaar aan wat wel ‘de wereld’ genoemd wordt, de wereld die graag genoeg heeft aan zichzelf, was een getuigenis voor hun omgeving. Hun soberheid en geestelijke gerichtheid waren onthutsend voor een ‘wereld’ die zodoende werd tegengesproken op het hoogste, op koninklijk niveau. Die tegenspraak was niet bedoeld als een aanklacht, niet als een provocerende agressie. Zij werd niettemin opgemerkt en begrepen. Niemand kon optornen tegen het moreel gezag van Boudewijn.
Voor Fabiola was er geen weg terug naar Madrid: haar missionaire opvatting van haar echtelijke roeping hield haar bij ons.
Fabiola sprak kort voor haar dood haar afkeer uit voor “les apparences”, de schone schijn. Omdat zij nooit een kind tot aan de geboorte heeft mogen voldragen, besefte zij meer dan wie ook de broosheid van het leven. Niets is waardevoller dan het leven te mogen verwelkomen. Als dat telkens mislukt, wordt een vrouw in haar ziel geraakt. Dientengevolge kon geen enkele vertoning van schijn haar troosten. In het veertigste jaar van zijn koningschap heeft Boudewijn onthuld dat het koningspaar alle kinderen van het land in zijn hart had opgenomen.
In haar laatste jaar is haar vrijwillige afzondering mij opgevallen. Behalve koning Filip, koningin Mathilde en hun kinderen kwamen eigenlijk alleen nog neven en nichten uit Spanje haar verlatenheid verzachten. Die vereenzaming door lichamelijk en moreel lijden was als een fatum. Moreel, omdat zij het sociaal effect van haar schenking verkeerd had ingeschat en nadien zo onheus door de politiek werd behandeld. (Noot van de redactie: De koningin had een deel van haar vermogen via een speciaal fonds nagelaten aan haar verwanten in Spanje. Die wettelijk zuivere operatie werd door sommigen beschouwd als een belastingontwijking en vormde een voorwendsel om haar dotatie fors te verminderen. Met als gevolg dat zij haar sociaal secretariaat sterk moest inkrimpen.)
Help mij mijn angst overwinnen, zonder mij iets anders te geven dan Uzelf…
Ik voelde bij haar niet alleen de gevolgen van een kinderloos huwelijk. Zij had met spijt aan de Spaanse cultuur verzaakt omwille van ons volk, maar heeft hier niet de warme opvang genoten die zij van sommige verwanten in haar nieuwe familie had verwacht. Er was echter geen weg terug naar Madrid: haar missionaire opvatting van haar echtelijke roeping hield haar bij ons.
Het gebed dat hier volgt heeft de koningin geschreven op 25 oktober 2014:
Heer, wij zijn niemand, wij zijn niets. Gij alleen zijt alles, morgen, in de tijd, in de opvolging van de jaren, in eeuwigheid. Help mij mijn angst overwinnen, zonder mij iets anders te geven dan Uzelf, Gij die mij hebt geschapen en mijn leven in uw hand bewaart.
De invloed van de spiritualiteit van de karmelieten klinkt er duidelijk in door. Haar meest geliefde heilige was Theresia van Avilia en haar familie heeft meerdere karmelietessen geteld.
Week na week stelde ik vast dat de koningin verzwakte. Toch heb ik dikwijls verwonderd opgekeken toen haar geest opflakkerde. Maar het einde kwam onvermijdelijk naderbij. Op 29 november gaf ze aan dat het niet meer ging, op 5 december 2014 overleed zij. Haar laatste verzoek aan mij was: “Bid voor mij.”