
Cape Cod Morning (ochtend in Cape Cod) luidt de titel van dit schilderij in het populaire vakantieoord in Massachusetts waar het schilderskoppel Edward Hopper en Jo Nivison een huisje hebben gebouwd en zich graag terugtrekken. Jo poseert aan het venster en samen met de meester van de ingehouden adem volgen wij haar blik door het onzichtbare, niet geschilderde venster achter het luik.
Met beide handen leunend op een tafel staat ze voorovergebogen en verwachtend uit te kijken naar iets dat of iemand die haar aandacht vraagt en onherroepelijk buiten ons gezichtsveld ligt.
Het werk zit vol innerlijke spanning tussen wat wij zien en wat onzichtbaar blijft
Dankzij haar meelevende blik en haar voorovergebogen houding zit het werk vol innerlijke spanning tussen veilig binnen en blootgesteld buiten, tussen rust en ingehouden verwachting, tussen innerlijk en uiterlijk, tussen de kleinheid van de mens en de weidsheid van de wereld, tussen de precieze, afgebakende rechtlijnigheid van menselijke constructies en de organische golven van de natuur, tussen wat wij zien en wat onzichtbaar blijft. De erker staat haar toe veilig binnen te zijn en toch omringd door de natuur, die nog iets onheilspellends heeft door het contrast met het felle licht dat op het huis valt.
Zonder haar uitziende aanwezigheid zou het maar een banaal schilderij zijn, niet meer dan een kleurrijke vingeroefening. Haar aandacht kleurt het werk met diepgang, legt het inherente mysterie bloot. Och, het is niet meer dan een vrouw die naar buiten kijkt. Ja, inderdaad. Dat is het precies. Kijk maar mee en erváár de spanning. Wees maar stil en aandachtig en hóór de stilte, vóel de aandacht. Je wordt er zelf aandachtig van, uitkijkend, verwachtend, verlangend, toelevend. Naar wie of wat? Wie zal het zeggen?
Beschenen door de zon geeft zij nu zelf licht
Als een schilderij binnen het schilderij, staat zij mooi ingekaderd in de rechtlijnigheid van het venster. Beschenen door de zon geeft zij nu zelf licht. Dat doet zij enerzijds door te verwijzen naar buiten het kader, maar anderzijds ook naar binnen, naar haar eigen onzichtbare diepte. Bezocht door de morgenstond alsof het een Aankondiging betrof is zij even ondoordringbaar als het donkere bos, even ongrijpbaar als de wind in het blonde gras en het zonlicht dat de boomtoppen streelt, even onbereikbaar als de wolken en de blauwe lucht, even geheimzinnig als het hermetische huis dat niets meer blootgeeft dan stukjes lamp, tafel en zetel.
Haar ondoorgrondelijke blik, zo scherp afgelijnd, is een venster op haar diepe innerlijk. Zijzelf is de blik die ons doet verlangen – al is het maar uit nieuwsgierigheid – naar wat onzichtbaar blijft. Toch is het daar, duidelijk aanwezig in haar houding, als popelend antwoord op wat niet zichtbaar is, als popelend borrelen van het onzichtbare. Zij is waar wij haar lichaam zien en toch is zij ook verlangend ver vooruit. Zij houdt ons toch niet voor de gek? Haar blik is niet troebel en rust niet op oneindig. Nee, zij is heel duidelijk gericht op iets of iemand.
Zuivere aandacht is eigenlijk bidden
Alles lijkt wel de adem in te houden. Alsof heel de wereld wacht en zich voorbereidt op een nakende ontmoeting. Zij is de aandacht zelve, zij heeft haar ogen gericht en haar oren gespitst. Simone Weil zegt ergens dat zuivere aandacht eigenlijk bidden is: “Elke keer dat we werkelijk aandachtig zijn vernietigen we een stukje kwaad in onszelf”. Dit schilderij gaat niet over eenzaamheid maar over kijken en zien, over de immense kracht van aandacht. Zó kijken naar mensen en dingen dat hun innerlijk licht op hun gelaat begint te (ver)schijnen. Het is ons allemaal werkelijk gegund.