Egypte is volop in het nieuws vanwege maatschappelijke en religieuze spanningen die aan de oppervlakte komen. Maar ook in dit door conflicten geteisterde land wordt hard gewerkt aan de interreligieuze dialoog. De Nederlandse jezuïet Christiaan van Nispen tot Sevenaer heeft een belangrijke rol gespeeld in dat proces.
Eind oktober 2010 vond in Egypte de eerste ‘Caïro-bijeenkomst’ plaats, met als onderwerp: ‘Schoonheid, ruimte voor culturele dialoog’. Deze bijeenkomst was geïnspireerd door de massale Rimini-bijeenkomsten in Italië, die daar al 30 jaar bestaan. Volgens Emilia Guarnieri, de voorzitster van de Rimini-bijeenkomsten, ligt een diep verlangen naar vrede en eenheid aan de basis ervan: “Elkaar leren kennen leidt tot vriendschap en die brengt ons dichter bij elkaar. Het is een katholieke geloofsovertuiging, dat de ander, die we zien als verschillend van onszelf, ons iets nieuws kan brengen, een nieuw gevoel voor de werkelijkheid.” Vanuit deze achtergrond werd in 2010 – het UNESCO-jaar van de interculturele dialoog – ook in Caïro een bijeenkomst georganiseerd.
Bij de openingszitting werd de Nederlandse jezuïet Christiaan van Nispen tot Sevenaer, die 40 jaar in Egypte heeft gewoond en gewerkt, plechtig geëerd. In de uitnodiging voor deze ontmoeting wordt hij omschreven als ‘de persoonlijkheid van het jaar’; de Egyptische krant Al-Ahram beschrijft hem als de spil in het proces van interculturele en interreligieuze dialoog in Egypte. Zijn rol werd gememoreerd door de oud-decaan van de faculteit religiewetenschappen aan de beroemde al-Azharuniversiteit, prof. Abdel-Moaty Bayoumi. Hij beschrijft, hoe hij jarenlang met Christiaan heeft gesproken over islamitische en christelijke theologie, en hoe Christiaan dan bijna dagelijks op zijn fiets door Caïro naar hem toekwam. Christiaan is wetenschappelijk een groot specialist op het gebied van de islamitische theologie; hij promoveerde daarop in de Sorbonne in Parijs en werd – mede op basis van zijn kennis – de belichaming van de islamitisch-christelijke dialoog. “Toen Christiaan in 1962 in Egypte arriveerde, was de toenmalige directeur van de al-Azharuniversiteit, Sjeik Ragab, de eerste om zijn deur voor Christiaan open te zetten. Christiaan kent de islam en deelt zijn leven met moslims. Op het (islamitische) Grote Feest vroeg hij me eens of hij zich bij ons kon aansluiten bij ons gebed in de moskee; hij zocht en vond er een persoonlijke geestelijke ervaring.”
In de voorbereidende brochure staat ook een korte tekst van Christiaan zelf, ontleend aan een interview uit 2009. “Wat ik het meest bewonder in de islam is de diepe godsbeleving. De moslim, beseft dat God aanwezig is in alle details van zijn leven; God is alles in zijn leven. Het tweede dat mij frappeert is de barmhartigheid, die direct aan de naam van God wordt verbonden: ‘God die barmhartig is en goed.’ Ik kan er echt bedroefd van worden, wanneer ik zie dat het beeld dat sommige van de islam hebben tot discriminatie van de ‘andersdenkende’ medemens leidt of wanneer de godsdienst wordt misbruikt om geweld te rechtvaardigen.”
“Zeggen dat de godsdiensten een bron van tweedracht vormen is een aperte contradictie; godsdienst is een manier om je geloof te leven, en geloof betekent je hart openen voor God en daarom ook voor elke andere mens. Persoonlijk beleef ik mijn christelijk geloof nooit als iets dat me tegenover mijn medemensen plaatst. De combinatie ‘intolerante gelovigen’ is volgens mij te vergelijken met die van ‘vierkante cirkel’. Men kan gelovig zijn of men kan intolerant zijn, maar nooit beide tegelijk. Intolerant gedrag is strijdig met het geloof.”
Afbeelding boven dit artikel: Een koptische jongen steekt een kaars aan in een kerk in Caïro. Foto: Christopher Rose/Flickr