Bidden wij voor… Het zijn gevleugelde woorden, maar kan onze voorbede feitelijk iets veranderen in de wereld? Peter van Gool denkt van wel.
Telkens opnieuw wordt onze samenleving opgeschrikt door dodelijke terreuraanslagen, en telkens is onze reactie dezelfde: machteloze betrokkenheid, die zich uitdrukt in bloemen, kinderspeelgoed, emotionele teksten en vooral in veel kaarsjes en lichtjes. Op die manier kun je toch uiting geven aan je onmacht, en schep je ruimte voor je gevoelens van frustratie: het is een manier om tenminste iets van je betrokkenheid te laten zien.
Maar wanneer iemand uit je omgeving je vertelt dat er een moeilijk examen of sollicitatiegesprek aan zit te komen, en je reactie is dan: ‘Ik zal een kaarsje voor je opsteken’ of ‘Ik zal voor je duimen’ – dan is er van frustratie geen sprake. Het is een mogelijkheid om je sympathie te laten blijken, waarmee je feitelijk zegt: je zult het zelf moeten doen, ik kan je alleen maar helpen met mijn aandacht.
Op die manier kun je toch uiting geven aan je onmacht, en schep je ruimte voor je gevoelens van frustratie.
Maar er zijn ook mensen die dan zeggen: ‘Ik zal energie naar je toesturen’. En als je de ander vertelt dat het deze keer gaat om een moeilijk besluit, dan kan het ook nog zo zijn, dat zo iemand tegen je zegt: ‘Mijn zegen heb je’.
Maar een ander echt zegenen, de energie van de hemel naar de ander toesturen, als steun vanuit de Bron van alle energie, daar zijn we in het algemeen toch huiverig voor. Past het wel, is dat niet aanmatigend?
Jezus kon dat: energie van de Bron doorgeven. En de mensen voelden dat aan. Midden tussen de massa mensen die in hem geïnteresseerd waren, bevond zich een keer een vrouw met een gênante kwaal, waar je maar liever niet voor uitkomt. Die vrouw was zich bewust van Jezus’ uitstraling. Wellicht voelde ze aan hoe Jezus permanent verbonden was met de Eeuwige Bron van energie. En ze dacht: ‘Als ik maar zijn kleren aanraak…’ En Jezus werd er zich van bewust, dat er een Kracht van Hem uitging. Door die Kracht vond de vrouw genezing.
Soms ontmoet je van die mensen en je voelt hun enorme uitstraling. Primair is dat dikwijls fysiek, maar bijna steeds komt de kracht óók van binnen uit, psychisch. Bij Jezus was de uitstraling uitgesproken spiritueel. Tijdens zijn doop was de Geest over hem gekomen, en sindsdien was hij zich meer en meer bewust van de verbinding met zijn Vader, de Bron van alle energie. Hij ervoer het als zijn zending om in zijn spreken en met zijn handen die krachten door te geven.
En Jezus werd er zich van bewust, dat er een Kracht van Hem uitging. Door die Kracht vond de vrouw genezing.
De onophoudelijke en onvoorspelbare terreuracties in onze samenleving maken ons machteloos, frustreren en verlammen ons, en natuurlijk steken we dan kaarsjes aan. Dat schept ruimte. Maar zou het niet mogelijk zijn aan die lichtjes een meer positieve inhoud te geven?
En zou het niet nog beter zijn ons te realiseren dat we door een schijnbaar hulpeloos gebaar toch ook scheppende krachten kunnen inschakelen? Krachten ons toevertrouwd door een liefdevolle Oerbron, die via onze gebaren en woorden de samenleving bereiken. Als we bijvoorbeeld in onze gebedsbijeenkomsten voorbeden formuleren, zouden we dat toch niet méér vanuit het bewustzijn mogen doen dat dóór onze aandacht en ons verlangen naar heling de Bron gaat stromen? Zodat er ook feitelijk iets gaat veranderen in onze wereld?
Jezus heeft gezegd: waar twee of drie in mijn naam iets vragen, dan zal dat gehoord worden. Zouden we het uitspreken van voorbeden niet óók mogen beleven als een soort gezamenlijk zegenen? Zegenen is een oeroude gewoonte waarvan veel leken in de kerk denken dat die hun niet is toegestaan. Onze voorouders hebben vaak en véél gezegend. Er dreigt daar iets verloren te gaan.
Elke zegen wordt krachtiger naarmate het meer in gezamenlijkheid gebeurt. Samen bidden werkt anders dan alleen bidden. Nog beter: samen zingen, en nóg beter: samen dansen. Als je iets samen doet, wordt de energie die de Bron via onze aandacht door wil geven gefocust en versterkt.
Wanneer mensen, gedragen door vertrouwen, zó samen bezig zijn, mag je daarvan gerust zeggen: door de bundeling van aandacht gaat er een Kracht van ons uit. Een Kracht die heelt en geneest wat beschadigd en ziek was. Maar dan moeten we tegelijk ook voor onszelf bidden. ‘Heer, geef ons meer vertrouwen in Uw Kracht die door ons werkt.’