Op Wereldlichtjesdag herdenken we overleden kinderen. Bruno van der Werff moest speechen tijdens een van de vieringen. En toen kwamen de stemmen in de nacht.
De rust van de nacht is om te slapen. Maar soms ook om wakker te liggen en de dingen tot je door te laten dringen. Ik ben 35 jaar huisarts geweest en ik heb in die tijd veel meegemaakt. Mij werd gevraagd namens de katholieke kerk iets bij te dragen aan een viering van Wereldlichtjesdag.
Ik had een gebed gekozen dat gebruikt werd bij het overlijden van één van de leerlingen op de middelbare school van onze kinderen.
Maar de stemmen van de overleden kinderen begonnen mij vanuit de donkere nacht te roepen: vertel over ons!
Vertel over dat jongetje dat onder een stapel rollende heipalen terecht kwam.
Vertel over Pieter die onder het zand kwam van de kuil die hij voor zichzelf gegraven had.
Vertel over het meisje dat midden in de nacht ziek werd en de volgende morgen dood in haar bedje lag.
Vertel over de dappere Jannes die geboren werd met een hartafwijking waar niets meer aan te doen was. Hij overleed na tien dagen in de armen van zijn ouders.
Vertel over de baby die je zelf ter wereld hielp komen en die na 6 maanden de wiegendood stierf.
Vertel over Gerard van 19 jaar die leukemie kreeg en uiteindelijk thuis in zijn eigen bed overleed. Bij de begrafenis was er een ongehoord lange stoet vrienden die hem naar de kerk begeleidden.
‘Het blijft tóch je kind, dokter’
Vertel over de jonge vrouw die veel te jong borstkanker kreeg en bij haar ouders thuis overleed. Op Kerstmis. Het feest van de geboorte. En iedere Kerstmis overlijdt zij weer.
Vertel ook over de man van 65 en zijn moeder van 85. Na een ongeregeld leven kwam hij te overlijden. En zijn oude moeder sprak de woorden die ik nooit meer vergat: ‘Het blijft tóch je kind, dokter’.
Vertel over de woede, het verdriet, de onmacht, de leegte, de hopeloosheid, de hulpeloosheid, de doofgeslagenheid van de ouders.
Vertel over hun wanhopige vraag: Waar is God nu? Mijn God, waarom hebt gij mij verlaten?
In het begin dachten de mensen dat de goden boze figuren waren die je te vriend moest houden. Die je straften als je niet offerde. Toen werden de eerstgeborenen ingemetseld bij de stadspoort om veiligheid voor de stad te bedingen.
Later kwam daar het beeld van één God voor in de plaats, die strafte als je verkeerd had gedaan of tegen zijn regels gezondigd had. Wanneer je kind stierf zou dat wel jouw eigen schuld als ouder zijn.
Ingewisseld voor het beeld van een God van liefde en vriendschap
Dat beeld is eeuwen voor onze jaartelling al ingewisseld voor het beeld van een God van liefde en vriendschap. Toch zijn velen van ons nog grootgebracht met dat oude beeld. Op dat vlak mag de kerk nog eens kritisch naar zichzelf in de spiegel kijken.
Vergeet dat alsjeblieft. De God van 2017 is liefde, de liefde zelf. God wil al dit lijden en al die overleden kinderen niet. Sterker nog, God lijdt met ons mee wanneer ons dit soort rampen overkomt. Niet uit medelijden, maar omdat hij onze pijn zelf ook voelt. In de Bijbel wordt hij niet voor niets Jahweh genoemd, dat betekent: ik zal er zijn voor jou.
In de Bijbel wordt hij niet voor niets Jahweh genoemd, dat betekent: ik zal er zijn voor jou.
Wanneer je als ouder je kind verliest en wanhopig van verdriet bent, mag je vragen: God, ik weet niet meer waar ik het zoeken moet. God, mag ik even bij je komen? Mag ik even naast je zitten? Wil jij je arm om mij heen slaan?
Zo ja, zo is het beter. Dát is onze God. En iedereen is welkom.