Zichtbare tekenen van een onzichtbare geloofswerkelijkheid – dat zijn de zeven sacramenten van de Kerk. Het vormsel is bevestiging van het (volwassen) lidmaatschap van de geloofsgemeenschap.
Het Heilig Vormsel is het sacrament dat kracht geeft om het geloof zelfstandig te beleven en te belijden. De vormeling wordt na de toediening van het vormsel als volwassen gelovige beschouwd.
Door handoplegging en zalving met chrisma (een menging van olijfolie en balsem) dient de bisschop dit sacrament toe; hij kan de deken of de plaatselijke pastoor ertoe machtigen. Beide handelingen verwijzen naar overdracht van de kracht van de heilige Geest op de vormeling.
De vormeling wordt na de toediening van het vormsel als volwassen gelovige beschouwd.
Het vormsel is daarmee een van de zogenoemde initiatieriten van het christendom, zoals ook andere godsdiensten rituelen kennen om te markeren dat kinderen overgaan naar de volwassen levensstaat. Als een lid van een ander (christelijk) kerkgenootschap wil overgaan naar de katholieke Kerk, dan blijft het doopsel van kracht maar wordt de overgang bevestigd door de toediening van het vormsel.
Een geloofscursus in de Amsterdamse Krijtbergkerk trok de aandacht van Gerwin Roffel, die op zoek was naar iets wat zijn leven meer inhoud kon geven. “Het is een soort onbevredigd zijn met zoals je leeft. Ik raakte de kern nog niet, er miste iets.” Het ging daarna niet vanzelf: “Ik heb me verzet om weer met mijn religieuze wortels aan de gang te gaan. Het zit in het zoeken, vinden en weer opnieuw kwijtraken – maar ook keuzes maken.”
Hij besloot zich te laten opnemen in de katholieke kerk door tijdens de paasnacht het vormsel te ontvangen. Hij was al gedoopt in de gereformeerde kerk, en omdat het doopsel van christelijke kerken onderling wordt erkend, hoefde dat niet herhaald te worden. De geëigende manier van intreden in de katholieke kerk is dan het ontvangen van handoplegging en zalving: “Ik heb met overtuiging hier gestaan (in de Krijtbergkerk) en voelde me ook heel erg bevrijd in de paaswake als je gevormd wordt. Het was een feest en voelde als een bevrijding”. Gerwin werkt nu als koster in de Krijtbergkerk.
1. Doopsel. 2. Vormsel. 3. Eucharistie. 4. Priesterwijding.
5. Huwelijk. 6. Biecht. 7. Ziekenzalving.