Door iets te doen voor een mens in nood treden wij in relatie met Christus zelf. Ondanks gewetensvragen (doe ik wel genoeg?) heeft Pieter-Paul Lembrechts SJ dat altijd een troostvolle gedachte gevonden.
In het evangelie zegt Jezus: ‘Ik had honger en jullie hebben Me te eten gegeven, Ik had dorst en jullie hebben Me te drinken gegeven, Ik was vreemdeling en jullie hebben Me opgenomen. Ik was naakt en jullie hebben Me gekleed, Ik was ziek en jullie hebben naar Me omgezien, Ik zat in de gevangenis en jullie kwamen naar Me toe.’ De mensen in het verhaal zijn verrast en vragen: ‘Wanneer hebben wij dat voor U gedaan?’ En Jezus antwoordt: ‘Alles wat je voor één van deze minste broeders of zusters van Mij hebt gedaan, heb je voor Mij gedaan’ (Matteüs 25,35-40).
Tegelijk gaf dit stukje evangelie mij een slecht geweten
Ik heb dit altijd een troostvolle tekst gevonden. God komt naar ons toe in de nood van onze medemens. Door iets te doen voor een mens in nood treden wij in relatie met Christus zelf. God is dichtbij, in de minsten onder ons. Tegelijk gaf dit stukje evangelie mij een slecht geweten. Doe ik wel genoeg? Draag ik voldoende zorg voor de armen, de vreemdelingen, de zieken, de gevangenen? Ik had het gevoel dat mij de verantwoordelijkheid voor alle mogelijke noodlijdenden op de schouders werd gelegd. Ik voelde mij overvraagd.
Nochtans, als je goed luistert, klinkt de tekst heel anders. Jezus zegt: ‘Alles wat je voor één van deze minste broeders van Mij hebt gedaan, heb je voor Mij gedaan.’ Hij zegt: ‘één’, niet ‘al mijn broeders’. Van ons wordt niet gevraagd dat wij de armoede uit de wereld zouden bannen, dat we alle leed zouden verzachten of het migratievraagstuk zouden oplossen. Dat is inderdaad te veel gevraagd: je kunt niet alle mensen helpen. Maar je kunt wel één mens die honger heeft te eten geven, één vreemdeling opnemen of één gevangene bezoeken. Enkele jaren geleden voerde Jesuit Refugee Service International een campagne met als motto #Do1Thing. Je hoeft niet alles te doen, één ding volstaat. Door één ding te doen kun je het leven van een ander mens ten goede veranderen.
Zo eenvoudig als iemand die dorst heeft te drinken geven
Dit is eigenlijk goed nieuws. Het evangelie vraagt van ons geen onmogelijke dingen. Het legt ons geen ondraaglijke lasten op. Wat het evangelie vraagt is eigenlijk heel eenvoudig, zo eenvoudig als iemand die dorst heeft te drinken geven, ‘al was het maar een glas koud water’ (Matteüs 10,42). Just do one thing.
Foto: Jonge vluchtelingen uit Myanmar in een school van de JRS. Foto door Don Doll SJ.