Jezuïet Dries van den Akker is al zijn hele leven bezig met Markus. In deze serie gidst hij ons in vier afleveringen door dit fascinerende evangelie en laat hij ons met nieuwe ogen naar Jezus kijken.
Geen podcast missen? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief. Of abonneer je op de podcast op iTunes, Soundcloud of Spotify.
Het tweede evangelie staat op naam van Markus. Lange tijd heeft men aangenomen dat hij een soort samenvatting had gemaakt van Matteüs’ evangelie. Daarom wordt vanouds in een bijbeluitgave altijd eerst Matteüs gepresenteerd en meteen daarna Markus. Maar intussen heeft men vastgesteld dat Markus de eerste was die een evangelie schreef over Jezus. Zo’n tien jaar later volgden Matteüs en Lukas, en weer tien jaar later Johannes.
Wat weten we over die Markus? Heel weinig. Het meeste komen we over hem te weten uit de kerkgeschiedenis van Eusebius, een bisschop van Caesarea in Palestina, geschreven aan het begin van de vierde eeuw. Dat is dus meer dan tweehonderd jaar na Markus. Maar Eusebius zegt zich te baseren op documenten die teruggaan tot de tweede eeuw.
Welnu, Eusebius vertelt dat Markus Jezus nooit persoonlijk gehoord heeft. Hij was een leerling van de apostel Petrus, de voornaamste leerling van Jezus. Dat klopt met wat Petrus zelf schrijft in zijn eerste brief: ‘U groet de zustergemeente in Babylon [bedoeld wordt de (verdorven) stad Rome], evenals mijn zoon Markus’ (5:13).
Petrus noemt Markus zijn zoon. Het kan zijn dat Markus de biologische zoon van Petrus was, maar dat lijkt onwaarschijnlijk. Dan was hij Jezus vast wel tegengekomen. Waarschijnlijker is dat Markus door Petrus was gedoopt en daardoor was opgenomen in de familie van de volgelingen van Jezus. Geestelijke zoon dus.
Wat Petrus verkondigde stelde Markus op schrift. Dit op uitdrukkelijk verzoek van degenen die Petrus gehoord hadden. Zij wilden een schriftelijke herinnering aan de mondelinge leer van Petrus; bovendien zou dat een houvast kunnen bieden in de wirwar van waandenkbeelden en vervalsingen van Jezus’ leer. Zij drongen er dus bij Markus op aan daar zorg voor te dragen. Petrus verkondigde al naargelang het uitkwam. Markus heeft daar één geheel van gemaakt, met vermijding van onjuistheden, en zonder iets weg te laten. Toen Petrus hoorde dat Markus daarmee bezig was, verbood hij het niet, maar moedigde het ook niet aan.
Tot zover Eusebius.
Wat weten we verder over Markus? Uit het citaat van Eusebius weten we dat Markus niet tot de volgelingen van Jezus behoorde. Zijn naam wordt in de vier evangelies niet genoemd. Maar elders in het Nieuwe Testament is er wel degelijk sprake van Markus. Of het steeds om dezelfde persoon gaat is niet duidelijk. Ook niet of het gaat om de schrijver van het evangelie.
In het boek dat volgt op de vier evangelies, de Handelingen van de Apostelen, wordt verteld dat Petrus eens door een engel werd bevrijd uit de gevangenis. Midden in de nacht ‘begeeft hij zich naar het huis van Maria, de moeder van Johannes, die ook Markus wordt genoemd’ (12:12). Daar waren talrijke volgelingen van Jezus bijeengekomen om te bidden voor een goede afloop van Petrus’ gevangenschap.
Het meningsverschil liep zo hoog op, dat ze uit elkaar gingen.
Is de zoon van deze Maria de latere schrijver van het evangelie? Dat zou goed kunnen. Als Petrus goed contact had met de moeder van Markus, kan hij haar zoon vertrouwd hebben gemaakt met de leer van Jezus en hem later hebben gedoopt.
Even verderop horen we hoe twee leerlingen, Paulus en Barnabas, ‘Johannes, die ook Markus genoemd wordt’ vanuit Jeruzalem meenemen naar Antiochíë (12:25). Deze Markus is hoogstwaarschijnlijk dezelfde als de zoon van Maria. In Handelingen 13:13 horen we hoe ‘Johannes’ zich afscheidt van Paulus en diens gezelschap, en naar Jeruzalem terugkeert. Is hij nog steeds ‘onze’ Markus? Ging hij terug naar het huis van zijn moeder in Jeruzalem?
In het vervolg horen we hoe Barnabas ‘Johannes’ (Markus) wil meenemen op de volgende verkondigingsreis. ‘Maar Paulus vond het beter iemand die hen eerder in de steek had gelaten niet meer mee te nemen. Het meningsverschil liep zo hoog op, dat ze uit elkaar gingen. Barnabas scheepte zich samen met Markus in om naar Cyprus te gaan’ (Handelingen 15:37-39). Daarna horen we in de Handelingen niets meer over Markus.
Maar Paulus noemt hem ‘de neef van Barnabas’.
Ook in een aantal brieven die op naam staan van Paulus, is er weer sprake van Markus. In de brief aan de Kolossenzen: ‘De groeten van Aristarchus, mijn medegevangene, en Markus, de neef van Barnabas…’ (4:10). Deze brief werd mogelijk geschreven toen Paulus in Rome in de gevangenis zat. In dat geval kunnen we concluderen dat Paulus en Markus zich intussen met elkaar hadden verzoend. Dat het om dezelfde Markus gaat, is niet zeker. Maar Paulus noemt hem ‘de neef van Barnabas’. Was dat niet dezelfde Barnabas die zich over hem ontfermde, toen Paulus even niets met Markus te maken wilde hebben? Zo valt de naam van Markus ook in Paulus’ brief aan Filemon (vss.23-24) en in zijn 2e Brief aan Timotheus (4:11).
Ik zie drie mogelijkheden:
Eusebius vertelt: ‘Men verhaalt dat Markus het eerst naar Egypte werd gezonden om het evangelie dat hij reeds geschreven had, te verkondigen.’ En dat hij daar de eerste was die een gemeente oprichtte. Verderop vermeldt hij dat Markus in Alexandrië werd opgevolgd door een zekere Ananias, ‘in het achtste regeringsjaar van keizer Nero.’ Welnu, Nero trad aan in het jaar 54. Dat zou betekenen dat Markus zijn evangelie schreef eind jaren vijftig, of in ieder geval vóór het jaar 62, het achtste jaar van Nero.
Als Eusebius gelijk heeft en Petrus inderdaad zijn goedkeuring hechtte aan het boek van Markus, moet het uiterlijk in het sterfjaar van Petrus geschreven zijn. Meestal neemt men aan dat Petrus de marteldood stierf in het jaar 67.
Even buiten de stad kwam hij de Heer tegen met het kruis op zijn schouders.
Eusebius meldt dat Petrus, toen hij van Markus’ schrijfarbeid hoorde, er zijn goedkeuring aan hechtte. Toen hij ervan hoorde…? Heeft Petrus de tekst van Markus dus nooit onder ogen gehad? Was Markus dan niet in Rome, toen hij de citaten van Petrus op schrift stelde? Petrus verbleef in Rome. Dat is nagenoeg een vaststaand feit. Waar was Markus dan?
Er is een oude overlevering, die zegt, dat hij zijn evangelie schreef in de Noord-Italiaanse stad Aquileia. Daar had Markus zijn leerling Hermagoras geïnstalleerd als eerste bisschop.
Bekend is de legende dat Petrus eind jaren zestig van de eerste eeuw de vervolgingen in de stad Rome ontvluchtte. Even buiten de stad kwam hij de Heer tegen met het kruis op zijn schouders. ‘Waar gaat u heen, Heer? Quo vadis?’ was de vraag van Petrus. ‘Ik ga naar Rome om opnieuw gekruisigd te worden.’ Dat was voor Petrus het signaal dat hij in Rome moest blijven, waar hij korte tijd later inderdaad gekruisigd zou worden. Zou Markus in diezelfde tijd de stad wél zijn ontvlucht? Naar Aquileia? Heeft hij daar zijn evangelie geschreven? Is dat de reden dat Petrus de tekst van Markus nooit onder ogen heeft gehad?
Met deze schamele gegevens zullen we het moeten doen.
Maar dat is dan weer moeilijk te rijmen met die andere mededeling van Eusebius dat Markus zijn evangelie al voltooid had, toen hij eind jaren vijftig (?) naar Egypte werd gezonden.
Of werd het evangelie toch afgesloten kort na de inname van Jeruzalem door de Romeinse veldheer Titus in het jaar 70? Die gedachte wordt ingegeven door de accurate beschrijving die Markus geeft van de ondergang van de tempel welke hij als een voorspelling Jezus in de mond legt (13:1-4.14-17).
Met deze schamele gegevens en veronderstellingen zullen we het moeten doen. De belangrijkste bijdrage van Markus is het feit dat hij ordening en structuur heeft aangebracht in de verhalen die hij van Petrus kende. Die structuur gaat schuil in zijn eerste zin (en daarover meer in de volgende aflevering).
Deze serie is gebaseerd op het boek dat Dries van den Akker voor Ignis webmagazine en Berne media schreef: Ga anders denken.
Dries van den Akker SJ. Ga anders denken – Jezus leren kennen door de bril van Markus. Ignis-Berne, Heeswijk, 2020. 176 blz. € 24,95. Bestel hier een exemplaar van het boek.