Ben Frie was moe. Zo moe dat hij het advies kreeg twee maanden niets te doen. Maar hoe doe je dat: ‘niets doen’?
Steeds sneller schiet mijn scherpe schaartje door het papier. Zelfs details komen haarfijn onbeschadigd tevoorschijn, met lipjes om te vouwen die voor mijn dikke vingers soms te klein zijn om vast te houden. Af en toe een vloek als de lijm meer aan mijn vingers dan aan het dakkapelletje zit, wat ik vervolgens niet goed op zijn plek kan krijgen. Nog eens proberen, nog eens. Ja! Laten zitten! Niet meer aankomen.
Hoe liep ik dan voorheen door mijn wereld?
Toen mijn vermoeidheid onvermijdelijk tot het advies leidde om twee maanden niets te doen, zocht ik naar een middel om niets te doen. Zitten, in een goede stoel? Lezen, als je moe bent? Muziek? Ook te moe voor. Weet je wat, er is nog een papierwinkel die bouwplaten verkoopt, laat ik dat proberen. Uit vliegtuigen, molens, gemeentehuizen en kerken koos ik de Grote of St. Bavo in Haarlem.
Hoe verzinnen ze het om zo’n bouwwerk in elkaar te knutselen, het echte maar ook die bouwplaat. Ik word gedwongen om elke gril van de geschiedenis te volgen en moet knippend en plakkend de historische weg afleggen van alles wat tegen de kerk aanleunt: huisjes, kapelletjes, handel en wandel van een grote binnenstadskerk. Geen detail ontgaat me.
Als ik af en toe even wat ga wandelen (want dat is goed als je moe bent), merk ik ineens dat ik veel meer zie; diezelfde grillen in het neerzetten van huizen in stijlen en modes. Dakkapelletjes, aanbouwsels, maar ook imponerende gevels, soms heeft geld geen rol gespeeld. Dat is ook een ervaring: ik zie veel meer! Hoe liep ik dan voorheen door mijn wereld?
Naarmate mijn bouwwerk vordert, vordert ook mijn reflectie over vermoeidheid, de reden ervan en de remedie ertegen. Waarom heb ik het zo ver laten komen? Waarom heb ik niet naar mijn lichaam geluisterd, dat ik zo lang heb gebruikt als pakezel? Waarom verdoezel ik signalen dat er iets niet in orde is? En dan deze: waarom wil ik boven mijn vermogen presteren? Waarom moet er zoveel?
Ik herinner mij in dit verband ook een wandeling langs de zogenoemde Zuidas in Amsterdam, een modern kantorencentrum à la Wallstreet; een concentratie van geld, macht, handel en wandel maar dan niet tegen een kerk aan. Een en al mensen die meer willen dan ze kunnen, die spanning weten op te bouwen en er nog geld uitslaan ook. De burn–outs zijn aan de orde van de dag. Ik heb ze gezien, ze zijn met velen. ‘Legio’, zegt het evangelie, in een verhaal over bezetenen.
De Grote of St. Bavo is bijna klaar. Tot mijn verbazing valt de voltooiing zowat samen met mijn herstel. De modelbouw heeft me weer opmerkzaam gemaakt op zoveel details, in mijn agenda en in mijn dagorde. Het was een grote schoonmaak.
Al dat geknutsel was een weldaad
‘Heb je daar geduld voor?’, vroeg iemand die ik over mijn onderneming vertelde. De gebruiksaanwijzing op de bouwplaat was uiterst summier, maar had als belangrijkste aanwijzing: ‘Gun u de tijd.’ Weer iemand anders vroeg: ‘En wat ga je er nou mee doen, als die klaar is?’ Er met veel plezier naar kijken, dacht ik, van alle kanten, en mijn lessen over mijn levensritme herhalen. Al dat geknutsel was een weldaad, stel ik vast als ik nu mijn handel en wandel naga.
‘Gun u de tijd’. Er zijn bijna geen papieren bouwplaten meer te krijgen. Geen wonder. Maar ik weet ze nog te vinden.