Twee maal honderdvijftig jaar woonden en werkten er jezuïeten in Mechelen, een stad die in de religieuze en politieke geschiedenis van de Zuidelijke Nederlanden niet onbelangrijk is. Wat deden ze en wat blijft er over?
De Aartshertogen Albrecht en Isabella zorgden er rond 1600 zelf voor dat er in het oude Keizershof een gemeenschap gevestigd werd, met een college, een noviciaat en een drukbezochte pelgrimskerk. Mensen kwamen er van heinde en ver, om er een arm van Franciscus Xaverius te vereren. Naderhand bleek dat er ook een heilige gewoond had, Jan Berchmans. Maar bij de afschaffing van de jezuïetenorde door paus Clemens XIV in 1773, verlieten ook de Mechelse jezuïeten hun stad.
Er werd ook een grot gebouwd, zoals die van Lourdes, waar Onze Lieve Vrouw verschenen was
Pas in 1868 kon er opnieuw een jezuïetengemeenschap in Mechelen gesticht worden. Na wat zoeken werd een mooi pand gevonden langs de zich toen snel vernieuwende stadsboulevard, in de buurt van het nieuwe treinstation. De jezuïeten konden er een mooie “residentie” bouwen met een ruime kapel. Naast de devotie tot de toen pas zaligverklaarde Jan Berchmans werd er ook een grot gebouwd, zoals die van Lourdes, waar Onze Lieve Vrouw verschenen was.
Dertig jaar later kregen de paters de kans de historische barokke kerk van Onze-Lieve-Vrouw van Leliëndaal en het aanpalende gebouw te kopen in de binnenstad, op de Bruul. De lokale broederschap van het H.Hart ontwikkelde zich tot de Bonden van het Heilig Hart, waarvan het nationale secretariaat in Mechelen gevestigd werd. Vooral tussen de twee wereldoorlogen tot aan het concilie waren er in de meeste parochies in Vlaanderen dergelijke bonden, die het geloofsleven van mannen en vrouwen sterk aangewakkerd hebben. Vanuit het secretariaat in de Korte Schipstraat vertrokken maandelijks tienduizenden tijdschriften, brochures, zangboeken, prentjes, affiches naar alle hoeken van het land. Deze bonden hebben zeker een heel grote verdienste gehad toen de kerk in ons land toegroeide naar het tweede Vaticaanse Concilie.
Vanaf de jaren ’60 waaide er nog een andere wind in de communiteit. Net zoals in Brussel, Gent en Antwerpen kwam er meer aandacht voor het “sociale” apostolaat, door priester-arbeiders en voor wijkwerk. In Mechelen was er eerst pater Bellens die in een verpauperde wijk aan de noordkant van de binnenstad ging werken. Hij werd opgevolgd door pater Gilbert Boomgaert, die later ook gevangenisaalmoezenier werd. Hij werd in Mechelen op de handen gedragen. Hij was de medebezieler van het Marokkaanse jeugdwerk Rzoezie, dat sterk bijgedragen heeft aan het goede samenleven van de verschillende culturen in deze stad.
De vernieuwde ruimte vormde de aanzet om een geloofsgemeenschap gestalte te geven
Onder invloed van het concilie veranderden de Bonden in de jaren ’70 van naam en werden ze “Kerk en wereld”. Snel bleek dat de diepgaande ontwikkeling van de kerk en de samenleving grote gevolgen had voor de geloofsbeleving en de kerkverbondenheid van velen en ondanks sterke vernieuwingen van de gedrukte uitgaven, een begin van digitalisering en gebruik van audiovisuele middelen veranderde de massakerk in onze streken meer en meer in een keuzekerk. Dit maakte dat ondanks de kwaliteit de aantallen van de publicaties steeds maar verminderden. Zoals vele andere kerkelijke organisaties en uitgeverijen moest Kerk en Wereld in 2012 de deuren sluiten.
Halfweg de jaren ’90 werd er een kleine restauratie uitgevoerd in de kerk. Er werd een nieuwe vloer aangelegd, met een ruimer koor, aangepast aan een liturgie waar zowel aan het lezen van het woord als aan het breken van het brood aandacht gegeven wordt. De onlangs overleden Marcus Verschaeren tekende niet alleen het ontwerp van vloer, maar ook het meubilair, ambo, altaar, credenstafel en stoelen voor de voorgangers. Deze vernieuwde ruimte vormde de aanzet om een geloofsgemeenschap gestalte te geven, met veel aandacht voor liturgisch-spirituele kwaliteit en participatie.
Dertig jaar later is de jezuïetengemeenschap te klein en te oud geworden om huis en kerk nog te kunnen (bege)leiden. Toch zijn we blij en fier dat er twee belangrijke aandachtspunten van onze inzet kunnen doorgaan.
In het gebouw van Kerk en Wereld worden sinds een aantal jaren niet-begeleide jonge vluchtelingen opgevangen door een enthousiast team medewerkers van JUNECO, jeugdzorg van de vzw Emmaüs. Op deze wijze kan onze sociale inzet verdergezet worden.
En de afgelopen jaren hebben de gelovigen van onze gemeenschap in een soort synodaal proces gezocht hoe ze verder kunnen gaan. In het diocesane pastorale centrum is er ruimte gevonden voor samenkomsten, gebeden en vieringen van een ignatiaanse gemeenschap die zich niet afsluit van de andere parochies en gemeenschappen van de stad, maar bewust een actief deel is van het veelvormige Mechelse kerkgemeenschap.
Philip Debruyne SJ is een Vlaamse jezuïet. Hij was redacteur-programmamaker voor de Katholieke Televisie- en Radio Omroep, directeur van Kerk en Wereld en is thans communicatiedeskundige voor de Europese jezuïeten en freelance foto- en videograaf.