Maria buigt zich over onze wereld en laat haar Kind zien wat de mensen ermee gedaan hebben. Een overweging over de in de Eerste Wereldoorlog verwoeste basiliek Notre Dame de Brebières.
De paus sprak van ‘het Lourdes van het Noorden’. Maar wie had er ooit gehoord van het Franse dorpje Albert met zijn imposante basiliek Notre Dame de Brebières? In oude tijden was een herdersjongen uit het naburige gehucht Brebières bij het graven op een Mariabeeldje gestoten. Dat beeldje was intussen verloren gegaan en vervangen door een gouden beeld boven op de spits van de kerk. Als een trotse moeder hield Maria haar kind Jezus hoog voor zich uit, zodat iedereen er naar kon opzien en gered zou worden.
Ze werd pas beroemd nadat de Eerste Wereldoorlog was uitgebroken. In januari 1915 werd de kerk getroffen door een granaat. Het beeld verloor zijn evenwicht en Maria met haar Kind helde vervaarlijk voorover, maar viel niet. Zo werd ze een toeristische trekpleister voor de soldaten. Ze werd zelfs tot ansichtkaart gepromoveerd. Legenden ontstonden. Als zij zou vallen, zou de oorlog voorbij zijn. De kant waar zij neer zou komen, zou de oorlog winnen.
Foto van de verwoeste basiliek in Albert.
De Engelse jezuïet Leslie Walker, die als aalmoezenier diende in het leger, maakte er een tekening van. Walker moet geschokt geweest zijn. Niet alleen stierven in die oorlog miljoenen mensen. Als ik het goed zie, staat er geen levende ziel op de afbeelding! Maar fungeert hier ook het kerkgebouw niet als symbool voor het geloofsleven? Werd met de mensen ook niet het (christelijk) geloof aan flarden geschoten? Is dat wat Walker ons te zeggen heeft met deze tekening?
Dat blijkt dan niet uit de bijna lieflijke, naïeve stijl van dit werk. De verwoesting is nauwkeurig weergegeven. Zij klopt precies als men haar vergelijkt met de foto’s uit die tijd. En boven op de toren het voorover hellende gouden beeld. Duidelijk is te zien hoe Maria haar kind boven zich houdt met twee uitgestrekte armen. Hoe bijna idyllisch ook weergegeven, het effect is dramatisch.
Tekening van Leslie Walker.
Maria buigt zich over onze wereld en laat haar Kind zien wat de mensen ermee gedaan hebben. Zou Walker gedacht hebben aan de Geestelijke Oefeningen van Ignatius van Loyola, de stichter van de jezuïetenorde? Daarin wordt de bidder uitgenodigd met de goddelijke personen mee te kijken over het aardoppervlak, en te zien hoe vele mensen de weg kwijt zijn, en verloren lopen; “naar de hel gaan”, zegt Ignatius. Als er iets te zien was van boven op die toren was het dat wel: hoe hele kolonnes en pelotons soldaten opmarcheerden naar de hel van de oorlog…
Hoezeer dat kind daar boven op die toren onder de indruk is, wordt duidelijk als het straks een man is van zo’n dertig jaar oud. Dan blijkt het naar beneden gekomen te zijn om zich onder de mensen te begeven. Om ze een weg te wijzen. Die ‘hel’ uit. De evangelieverhalen vertellen erover. Met Hem zal het net zo gaan als met die kerk op de afbeelding… Menselijkerwijs gesproken.
Wie hier toekomst wil zien, moet dieper kijken en luisteren naar de stem van zijn of haar verlangen: “Dit kan de bedoeling niet zijn. Er móet méér zijn…” Zij herkennen hun verlangen in de eerste woorden van de Bijbel: dat er uit de chaos en de wanorde iets nieuws kan ontstaan, een nieuwe schepping. Op de tekening zijn er geen mensen te zien die achter dit verlangen aan leven. En in de realiteit?