Jos Moons SJ richt zijn pijl haarscherp op een groot kerkelijke probleem van deze tijd: de territoriale parochie. “Net als bij de klimaatcrisis vinden we het moeilijk de werkelijkheid onder ogen te zien.”
Deze column is een noodkreet. De infrastructuur van de territoriale parochie staat op instorten. Alleen de façade staat nog recht. Het zou goed zijn als we de werkelijkheid onder ogen zien en een andere koers inzetten.
We stellen onze hoop op kerkopbouw, geloofsverkondiging, vernieuwing
De situatie is volop bekend. Overal is tekort aan kerkgangers, vrijwilligers, geld en voorgangers. Er zijn nauwelijks parochies die “de stresstest” overleven. Als je daar de factor “leeftijdsopbouw” bij neemt, wordt duidelijk dat het water ons aan de lippen staat.
Maar net als bij de klimaatcrisis vinden we het moeilijk de werkelijkheid onder ogen te zien. Priesters worden uitgesmeerd over enorme gebieden die soms meer dan vijftien kerken omvatten. (Arme priesters.) Deze en gene hoopt op priesters van elders, pastoraal werkers, of lekenvoorgangers, maar dat verlost ons maar van één van de problemen. We stellen onze hoop op kerkopbouw, geloofsverkondiging, vernieuwing, “de missionaire parochie,” enzovoorts. Die inzet is nodig en verdient lof, maar het zal de trend van de secularisatie niet ombuigen; dat is onmogelijk.
Beter zouden we radicaal anders denken, en het beeld van “de kerk overal” en “de kerk dichtbij” loslaten. Het wordt “de kerk als pleisterplaats”, en “de kerk her en der”. Een beetje zoals we nu al zien bij goedlopende parochies zoals de Maria Geboortekerk in Nijmegen of de Nicolaasbasiliek in Amsterdam. Mensen komen naar deze kerk vanwege de muziek, het soort verkondiging, de jongerengroep, … Beslissend is niet of je woont in de parochie (en dus behoort tot deze territoriale parochie) maar of je bij deze parochie wil horen (identiteitsparochie).
Als de kerk van de toekomst hoogstens her en der zal zijn, houden we beter op om het territoriale systeem in stand te houden. En in plaats daarvan voorsorteren in de richting van die toekomst. We – iedereen dus. Niet alleen de bisschop, ook u, jij, en ikzelf.
Dit was geen fijn verhaal
Wat zou het bijvoorbeeld goed zijn als kerkbesturen zélf het voortouw nemen om kerken samen te voegen en te sluiten, in plaats van daarover te ruziën met het bisdom. Wat zou het goed zijn als parochianen kleingeestigheid zouden afleggen en gerust op een andere plek naar de viering gaan, hun kinderen dopen, hun ouders begraven. (Die mensen in een andere wijk of parochie, dat zijn onze broeders en zusters; we zijn familie!) Wat zou het goed zijn als bisschoppen en priesters duidelijker het probleem zouden aankaarten. Een staatje met aantallen, leeftijdsopbouw, en ontwikkeling door de tijd heen verheldert veel. En ten slotte, wat zou het goed zijn als bisschoppen priesters niet meer uitsmeren en zo uitputten maar concentreren op een klein aantal plekken.
Dit was geen fijn verhaal. Noodkreten zijn dat zelden.