MAG+S begon als voorprogramma van de Wereldjongerendagen. Dit jaar komt het ignatiaans jongerenevenement op eigen benen te staan, met programma’s in Dublin en Boedapest. De Belgische MAG+S-routinier Pascal Calu vertelt over zijn ervaringen en verwachtingen.
“Ik had het gevoel dat het ‘nu of nooit’ was.” Het was 2011, Pascal Calu was 26 jaar en al weer een tijdje afgestudeerd. De Wereldjongerendagen – het internationale evenement voor katholieke jongeren, dat jaar gehouden in Madrid – lonkten. De Belg ging op zoek naar een reisgezelschap om zich bij aan te sluiten, en kwam uiteindelijk uit bij MAG+S, het voorprogramma van de jezuïeten. “Dat sprak mij het meeste aan, omdat het een internationale insteek had en op mij een professionele indruk maakte. Ik kende de jezuïeten voordien enkel van naam en de ignatiaanse spiritualiteit kende ik zelfs helemaal niet. Eerlijk gezegd wist ik niet goed wat ik moest verwachten, maar ik wilde mij openstellen en me laten verrassen.”
Na een gezamenlijke aftrap in Loyola splitsten de deelnemers zich op in kleinere groepen voor een zogeheten ‘experiment’, waarbij zij zich inspanden voor een maatschappelijk, cultureel of religieus project. Calu kwam met een dertigtal anderen terecht in een gevangenis in het Spaanse stadje Daroca. “Samen met de gevangenen bereidden we een toneelstuk voor, dat op de laatste dag voor de andere gedetineerden werd opgevoerd. Dat toneelstuk was uiteraard slechts een excuus om gewoon met die mensen om te gaan.”
“Voor mij persoonlijk is MAG+S het hoofdgerecht en de Wereldjongerendagen een dessert”
“Ik moet toegeven dat ik vooraf wat beangstigd was. Ik was nog nooit in een gevangenis geweest en zat met clichés over gevangenen. Ik kan achteraf zeggen dat ik God nooit sterker en duidelijker ervaren heb dan daar, in die gevangenis en vooral in de gevangenen. Dat blijft mij altijd bij. Ook het samenleven met de kleine internationale groep deelnemers en de dagelijkse eucharistievieringen waren enorm krachtig. Voor het eerste ervoer ik daar het echte gemeenschapsgevoel en Christus die aanwezig kwam. Sindsdien heeft de eucharistie voor mij een veel grotere waarde gekregen dan voorheen.”
Verrijkte dit voorprogramma inderdaad ook de ervaring van de daaropvolgende Wereldjongerendagen? Calu aarzelt. “Het contrast tussen de WJD en MAG+S vond ik erg groot. De WJD zijn een massamanifestatie – persoonlijk hou ik al niet van grote massa’s – en na een zo diepgaand voorprogramma ervoer ik het als oppervlakkig. MAG+S is daarentegen een intiem programma dat zeer sterk naar de diepte gaat. De eerste dag van de WJD in Madrid was ik echt overdonderd en ook de rest van de week ben ik er niet echt bij geweest. Mijn hoofd en hart zaten nog in Daroca.”
Overweldigend was de hele ervaring zeker, maar de grote vraag is: wat beklijft ervan? Immers, zoals begeleider Walter Ceyssens schreef bij de vorige editie op Ignis: “De WJD moeten ook na thuiskomst verder gaan. Vanuit de ignatiaanse spiritualiteit streven we naar duurzame troost die langer blijft dan een strovuur dat opflakkert en dan weer snel verdwijnt.”
Pascal Calu bij een gebedsviering in het kader van MAG+S 2013.
Voor Pascal Calu was MAG+S zeker meer dan een strovuur. “Voordien noemde ik mij wel katholiek en gelovig, maar dat was toch vooral een intellectuele houding en keuze. MAG+S heeft werkelijk mijn hart bekeerd. Ik ben mij na die eerste MAG+S-ervaring gaan verdiepen in de spiritualiteit van de jezuïeten, ben lid geworden van een ignatiaanse lekengroep. Ook ben ik in 2012 meegegaan met de Loyolatocht, en in 2013 opnieuw met MAG+S naar de WJD, toen in Brazilië. Als experiment werkte ik daar in een sloppenwijk in São Paolo, in een educatief centrum voor de minstbedeelden. De vreugde en de blijdschap van de mensen ter plaatse waren aanstekelijk, de contrasten enorm. Ook dat was dus, weer op een andere manier, een indrukwekkende ervaring, waar ik nog steeds de vruchten van pluk.”
“Ik kan me geen zomer meer voorstellen zonder herbronning en verdieping”
“Sindsdien ben ik meermaals vrienden gaan bezoeken in het buitenland, en zij mij. Ik ben trouwens ook terug naar Spanje gegaan, ben daar opnieuw de gevangenis gaan bezoeken – zowel voor de gevangenen als voor mij een erg belangrijk moment. Kortom: MAG+S zorgt niet enkel voor spirituele diepgang, het smeedt ook sterke internationale vriendschappen die verder gaan dan de oppervlakte.”
Voor het eerst wordt MAG+S dit jaar ontkoppeld van de WJD, die immers pas weer in 2016 plaats zullen vinden. Deze zomer zijn er zelfs twee zelfstandige edities van het ignatiaanse programma, in juli in Boedapest, Hongarije en in augustus in Dublin, Ierland. Kan dat, MAG+S zonder WJD? Is dat niet een beetje een voorgerecht zonder hoofdgerecht? Calu: “Zoals wel blijkt uit wat ik eerder zei, zijn de WJD voor mij eerder iets wat er nog maar snel bij moeten worden genomen, dan echt de kern van de zaak. Voor mij persoonlijk is MAG+S zeker het hoofdgerecht en de WJD een dessert.”
Pascal Calu verheugt zich daarom op MAG+S 2014 – en zal zelfs bij beide edities van de partij zijn. “Ik heb de indruk dat zowel MAG+S Ierland als Hongarije ook op wat jongere deelnemers mikt dan de voorbije edities. Dat zal alvast een andere dynamiek geven. Elke MAG+S is enigszins anders, elke cultuur is anders en elke groep is anders. Maar ik hoop ook nu weer op een diepgaand experiment, verzorgde liturgie, een sterke gemeenschap met de andere deelnemers en de internationale ontmoeting. Bovenal verwacht ik een kans tot herbronning en verdieping. Ik kan me geen zomer meer voorstellen zonder zo’n kans.”
Meer informatie: www.magis14.org.