De onlangs heilig verklaarde Moeder Teresa worstelde met eenzaamheid, wanhoop en ongeloof. Juist dat maakt haar een heilige voor onze tijd.
Ik ben geen heilige. Als ik denk aan een ‘heilige’, dan denk ik aan een heilig iemand, dicht bij God. Als ik aan mijzelf denk, denk ik aan iemand die heilig probeert te zijn, iemand die redelijk dicht bij God staat…
De wereld van 2016 heeft vele fracturen
Maar wat is een heilige? Misschien voelen heiligen zich lang niet altijd dicht bij God. Misschien worstelen zij ook met de vraag waar het eigenlijk allemaal om gaat. Misschien lijken ze meer op jou en mij dan wij ons realiseren.
Daarom denk ik dat het belangrijk is om Moeder Teresa en haar donkere nacht te blijven respecteren. Deze heilige vrouw verwierf internationale faam zelfs onder ongelovigen voor haar inzet voor de armen van India, en toch kon ze God jarenlang niet in haar nabijheid voelen. Zoals pater James Martin het uitdrukte: “Ze doet het met een lege tank.”
Een ‘lege tank’ is helaas een ervaring van velen in onze dagen. De wereld van 2016 heeft vele fracturen, waarin elke politieke, sociale, economische en spirituele aanwijzing de indruk wekt dat velen van ons kwaad zijn, zich niet meer verbonden voelen en gefrustreerd raakten. Mensen voelen zich vervreemd van het politieke discours, dat nieuwe niveaus bereikt van rancune en verdeeldheid. Ongelijkheid en armoede groeien. Het moet ons niet verbazen dat ongelooflijk veel mensen ervan overtuigd raken dat we werkelijk de verkeerde kant opgaan.
De georganiseerde godsdienst heeft het er niet veel beter van afgebracht. Het is moeilijk zicht te krijgen op de toename van het ongeloof, maar zeker is dat velen zich niet meer verbonden voelen met religieuze instanties die toch lange tijd een verbindend element waren in de samenleving. Het moet ons niet verbazen dat mensen ondanks alle nieuwe communicatietechnologie eenzamer zijn dan ooit.
Moeder Teresa was zich diep bewust van haar spirituele gebrokenheid
In onze tijd twijfelen velen aan de bestaande instituties, zijn ze bang voor hun buren en maken ze zich zorgen dat er geen zinvolle principes meer zijn om onze levensstijl van onderaf te steunen. We voelen ons kwetsbaar. Als we eerlijk zijn kunnen de meesten van ons zich herkennen in gevoelens van eenzaamheid, verwarring en verdwaald zijn.
Precies daar was Moeder Teresa met ons verbonden. Juist toen zij het meest actief was als religieuze heeft ze lang gevochten met gevoelens van eenzaamheid, zich niet geliefd wetend, niet in staat te zien of gezien te worden, te spreken of gehoord te worden. In een van haar brieven schrijft ze: “Je hebt geen idee hoe ellendig en nietswaardig ik mij voel.” Ze voelde geen geloof, liefde of vertrouwen, maar veeleer de pijn van niet welkom te zijn.
Het dienstwerk van Moeder Teresa was getekend door een diep bewustzijn van haar spirituele gebrokenheid: zij wilde mensen dichter bij God brengen maar voelde haar hypocrisie omdat ze zich zelf zo ver van Hem voelde. Het genademoment in dat lijden is dat ze niet verviel in trots of arrogantie. Zij kon zichzelf overstijgen in het besef dat “Calcutta overal is”.
Ook al voelde zij innerlijk een grote dorheid, kon zij uiterlijk toch de vruchten zien van haar inspanningen. Zij kon de realiteit van de wereld recht in de ogen kijken, met alle chaos en hopeloosheid. Ze kon dat uithouden en overgaan tot het helpen van anderen omdat ze ook vreugde wist te vinden tussen al dat leed. Maar daarnaar blijven kijken is werkelijk geen rozengeur en maneschijn.
We moeten de duisternis en pijn van onze tijd onder ogen willen zien
Moeder Teresa is een heilige voor onze tijd. Zij kende net zoveel troosteloosheid, gebrokenheid en dorheid als wie dan ook. En wij kennen dat ook, maar we kunnen de duisternis en het lijden van anderen niet ontkennen om zo onze eigen verlangens naar geborgenheid te beschermen. Echte betrokkenheid vraagt het binnengaan van de duisternis. Geloof is even uitdagend als troostend.
Om vrucht te dragen en bron van hoop te zijn in een wereld die ons vaak troosteloos en wanhopig maakt, moeten we de duisternis en pijn van onze tijd onder ogen willen zien, meer dan ons te verliezen in afleiding en de bedwelming door ideologie, consumentisme, vluchtgedrag en andere opiaten van onze tijd. We moeten “de chaos van anderen binnen willen gaan”, zoals James Keenan SJ het zegt. Ook als we onszelf in een chaos bevinden. Misschien voelen we ons eerst nog alleen en kwetsbaar, maar we zullen ook ontdekken dat we daarmee niet op onszelf aangewezen zijn. Dat alleen-zijn is een gemeenschappelijke ervaring bij alle verdeeldheid en zal ons juist verbinden op manieren waar we nooit aan hadden kunnen denken.
James Martin SJ merkt op dat Moeder Teresa soms de “uiterlijke tekens van Gods aanwezigheid” over het hoofd leek te zien die velen in haar omgeving wel zagen. We hoeven chaos en duisternis niet opgelost te hebben voor wij God kunnen vinden. We kunnen het lijden binnengaan en onze vrees erkennen dat we waardeloos zijn, ver van God en andere mensen verwijderd, zonder liefde. Zoals Moeder Teresa kunnen we ons wel onze gebrokenheid bewust zijn, maar hoeven daarom nog niet bang te zijn.
Dit artikel verscheen eerder in America Magazine. Vertaling en bewerking: Ben Frie SJ.