Kunnen kerken die missionair actief willen zijn iets leren van het pinkstergebeuren? Henk Witte ziet een verrassende opening in het verhaal over de komst van de heilige Geest.
‘Op die dag breidde het aantal leerlingen zich uit met ongeveer drieduizend.’ Dat staat bijna aan het eind van Handelingen 2, vlak voor de schets van het leven van de eerste christengemeenschap. Het is de apotheose van een dag die begint met de komst van de heilige Geest. Vandaag de dag zouden de kerken willen dat zich op één dag drieduizend nieuwe leden melden. Alleen al het dopen. De apostelen toen konden het af met zijn twaalven, ongeveer 250 dopelingen per man, als zij al niet geholpen werden door andere leerlingen.
Wie waren het, die drieduizend? ‘Vrome Joden,’ aldus Handelingen 2,5. ‘Afkomstig uit ieder volk op aarde.’ Hun universele herkomst wordt onderstreept door de cataloog van Parten, Meden, Elamieten, enzovoort, tot en met de mensen uit Kreta en Arabië (Hd2, 9-11a). Maar het blijven Joden volgens Lucas. De kerk, zo wil hij laten weten, komt voort uit het jodendom. De anderen komen later. ‘Want voor u geldt deze belofte, evenals voor uw kinderen en voor allen die ver weg zijn en die de Heer, onze God, tot zich zal roepen”. Die belofte, dat is de gave van de Geest (Hd2,39).
Wees niet allereerst uit op vermenigvuldiging van wie je zelf bent
Meestal stellen wij ons het pinkstergebeuren zo voor dat de Geest eerst aan de apostelen en Maria werd geschonken en pas daarna aan degenen die zich lieten dopen. Maar was de Geest al niet in hen werkzaam toen zij op ‘het geluid’ (2,6) afkwamen? Toen ze samendromden en zich verbaasd afvroegen hoe het kon dat zij hun moedertaal hoorden uit de mond van een stelletje Galileeërs? Pas later merkten zij dat het geluid over ‘Gods grote daden’ ging (Hd 2,11b). Petrus zou dat in zijn toespraak – een typisch rabbijnse redenering – nog verder duiden. Het betreft Jezus uit Nazareth, door God tot Heer en Messias aangesteld, de naam waarin redding te vinden is.
Terug naar die drieduizend. In hun nieuwsgierigheid, verbazing en luisterbereidheid zijn zij eigenlijk een cadeau aan de apostelen. Zij zijn gave van de heilige Geest. Ze waren welkom toen en hoefden niet eerst gekneed te worden naar het model van de eerste leerlingen. Is dat een hint aan de kerken vandaag, die zo graag missionair actief willen zijn, maar niet weten hoe? Ontvang wie nieuwsgierig op je pad komt, is dan de boodschap, en wees niet allereerst uit op vermenigvuldiging van wie je zelf bent. Waar mensen elkaar als gave beleven, ontstaat vanzelf gemeenschap.
Prof.dr. Henk Witte is emeritus bijzonder hoogleraar aan de Tilburg School of Catholic Theology. Hij bekleedde daar de Xaverius-leerstoel voor theologie en spiritualiteit vanuit ignatiaans perspectief.