Ben Frie sj valt van de ene verbazing in de andere tijdens de opening van het jubileumjaar van Amsterdam. De seculiere burgemeester Femke Halsema roemt de gelovige geschiedenis van de stad en pleit voor geloof, hoop en liefde.
Met veel klatergoud werd in Amsterdam het 750-jarig jubileum van de stad geopend. Het betrof een pontificale eucharistieviering in de basiliek van de heilige Nikolaas (stadspatroon) met bisschop Hendriks van het bisdom Haarlem-Amsterdam en de nuntius, Zuid-Koreaanse aartsbisschop Paul Tschang In-Nam, en de Amsterdamse emeritus bisschop van Burgsteden. De KRO zond de viering uit met fraaie camerabeelden en veel aandacht voor het grote koor met Engels beïnvloede muziekkeuze en deze keer gesteund (om niet te zeggen overvleugeld) door professionele blazers – door sommigen beoordeeld als instrumenten die in protestantse kerken thuishoren. Ik was daarentegen geroerd door het enorme effect van de feestelijkheid en het plechtige karakter dat de viering daardoor des te meer kreeg.
Aanwezig waren ook – en dat is bijzonder – de burgemeester van Amsterdam, de voorzitter van de Eerste Kamer en minister Mona Keijzer (katholiek want afkomstig uit Volendam) naast allerlei andere leden van kerkelijke en bestuurlijke organen. Het genie hierachter is toch deken Eric Fennis, die al snel na zijn nog recente aantreden contact zocht met de burgemeester om haar de betekenis duidelijk te maken van de kerken in de stad, naast andere geloofsgroepen. De burgemeester heeft een geschiedenis als Groen Links politica en is zelf niet religieus geëngageerd. Toch opende ze de viering met een toespraak met een herinnering aan majoor Bosshardt, een gerespecteerd lid van het Leger des Heils, die zich ontfermde over een vierjarig jochie dat een zoontje bleek van een beschonken prostituee. Het was het begin van een pleidooi voor menselijkheid, verdraagzaamheid en – zoals de wapenspreuk van Amsterdam vermeldt – barmhartigheid. Halsema schetste de geschiedenis van de stad als sterk bepaald door godsdienst en noemde uitdrukkelijk katholieken en joden als onderdrukte groepen in die geschiedenis. Zij pleitte voor geloof, hoop en liefde in de stad. Wij wisten niet wat we hoorden.
De Raad van Kerken was vertegenwoordigd, de migrantengemeenschappen, de pas gedoopten en de eigen parochiegemeenschap van de Nicolaasparochie in de binnenstad. Pastores en bestuurders van al die organen waren aanwezig, ook die van de kerken in het centrum (ja, de jezuïetenkerk de Krijtberg uiteraard ook). Er was een uitgebreide receptie (waar de burgemeester zich dan weliswaar niet meer liet zien), waardoor ook het kerkelijk milieu er van doordrongen is dat Amsterdam 750 jaar bestaat.
’s Avonds werd de opening van het jubileumjaar voortgezet in het grote Ziggo Dome, een megatheater waar een avond was aangekondigd ‘die je maar één keer kunt beleven’. Klatergoud waar de Nicolaasbasiliek bij in het niet verdwijnt door alle moderne visuele effecten. Slechts in de drie Andreaskruisen uit het stadswapen die groots aan het plafond zichtbaar waren zou je misschien een kleine religieus ‘restant’ kunnen opmerken. Dit soort evenementen zijn vaker aangeduid als ‘religieus’. En niet helemaal zonder reden zou ik zeggen. Ook wierook en kaarslicht, maar dan wat groter. Zangers, muziek – ook ontroerend, maar dan weer voor een andere doelgroep. Ook geloof, hoop en liefde – maar ook daar weer anders. Opnieuw een lof aan de veelzijdigheid van de stad. Opnieuw een uitnodiging of liever uitdaging tot verdraagzaamheid. De burgemeester heeft er – zoals de bisschop haar toedichtte – een zware verantwoordelijkheid voor. Maar ze draagt die dan ook.
Wie gaat, naar aanleiding van deze events, het essay schrijven over het verschil tussen religieus en seculier?