Kardinaal Wim Eijk heeft paus Franciscus van ‘religieuze misleiding’ beticht. Waar de paus naastenliefde en genade benadrukt, verlangt Eijk naar de heldere rechtlijnigheid van de Kerk. Dries van den Akker SJ reageert.
Eijk uitte zijn stevige kritiek aan de paus op de site van het conservatieve Amerikaanse National Catholic Register (lees hier zijn bijdrage in het Nederlands). Hij reageerde op het voorstel van de Duitse bisschoppen om protestantse echtgenoten van katholieken aan de eucharistie toe te laten. Paus Franciscus riep de verdeelde bisschoppen op hierover tot een gemeenschappelijk standpunt te komen. Daarover schrijft Hendro Munsterman in het Nederlands Dagblad.
Dat had de kardinaal liever anders gezien. Hij valt de paus openlijk aan als hij schrijft: ‘De Heilige Vader zou de Duitse bisschoppenconferentie hebben moeten vragen om heldere regels, gebaseerd op de heldere leer en praktijk van de kerk.’
En dat vind je niet bij de protestanten. En dus kunnen zij de communie niet ontvangen.
Volgens Eijk is de katholieke leer omtrent het toelaten van protestanten tot de eucharistie ‘volstrekt helder’. Intercommunie is ‘in principe alleen mogelijk met orthodoxe christenen, omdat de oosterse kerken echte sacramenten kennen en vooral een geldig priesterschap en een geldige eucharistie’. En dat vind je niet bij de protestanten. En dus kunnen zij de communie niet ontvangen.
Eijk verwijt Franciscus bovendien dat hij grote verwarring creëert onder de gelovigen. De paus zou tekort schieten in het ‘handhaven en doorgeven van het geloof’. Hij citeert verderop een paragraaf uit de katholieke catechismus die spreekt over de komst van de antichrist. Hij verwijt de paus ‘religieuze misleiding’ met ‘afvalligheid van de waarheid’ als gevolg.
Als kardinaal Wim Eijk over paus Franciscus beweert zoals het in het ND staat opgetekend, dan staan er volgens jezuïet Dries van den Akker twee visies op de belangrijkste inhoud van het katholiek geloof tegenover elkaar.
De kardinaal pleit voor heldere lijnen, het naleven van duidelijke afspraken en het bevorderen van een eenduidig, rechtlijnig geloof. Op zich allemaal eerlijke zaken. Paus Franciscus benadrukt vooral dat Jezus geestelijk voedsel geeft in de vorm van naastenliefde en barmhartigheid. Jezus kwam niet om te oordelen, maar om te redden. Hij gaf slechts één gebod: ‘Bemint elkander’.
Franciscus benadrukt niet de heldere rechtlijnigheid van de Kerk, maar de genade en de naastenliefde.
We herinneren ons dat Franciscus – gevraagd over het samenleven van homo’s – antwoordde: ‘Wie ben ik om te oordelen?’ In zijn brief over de Vreugde van het Geloof uitte hij zijn bezorgdheid over de houding van katholieken die vanuit een ivoren toren bij anderen precies weten aan te wijzen wat fout is, maar daarmee de naastenliefde vergeten. Franciscus benadrukt niet de heldere rechtlijnigheid van de Kerk, maar de genade en de naastenliefde.
Als het waar is dat hij een Lutherse gelovige uitnodigde tot de communie [in Rome 2015, red], omdat dat uiteindelijk een zaak is van het geweten van de betreffende persoon, dan zegt Franciscus daarmee niets nieuws. Dat staat – om zo te zeggen – op de eerste bladzijde van alle handboeken van kerkelijk recht.
Toch moeten we het geluid waar kardinaal Eijk woordvoerder van is niet gering achten. Immers, grote groepen mensen hebben in onze gecompliceerde wereld een stevig houvast aan de regels van de Kerk. Dat houvast is een zaak van levensbelang. Bovendien zijn die regels heilig doordat het over de dienst van en aan God gaat. Franciscus mag wel hopen dat ‘zijn’ gelovigen zich eerder aan de liefde toevertrouwen dan aan regels, maar zo gemakkelijk zal dat niet gaan.
Immers, grote groepen mensen hebben in onze gecompliceerde wereld een stevig houvast aan de regels van de Kerk.
Dat blijkt wel uit de toon die kardinaal Eijk aanslaat. Hij gaat niet in dialoog met zijn paus, maar bekritiseert hem vanuit een Amerikaans tijdschrift. We mogen hopen dat dat in ieder geval niet de toon zet voor de toenadering tussen groeperingen die het in de Kerk van de naastenliefde met elkaar oneens zijn.