De pas verkozen Dichter des Vaderlands Lieke Marsman (1990) heeft kanker en schrijft waar het op staat. Mariëlle ziet dat in haar werk steeds meer ruimte komt voor mystiek en genade.
Wat doet een Dichter des Vaderlands zoal? Sinds deze rol in 2000 in Nederland is geïntroduceerd, zien we dat een Dichter des Vaderlands bijvoorbeeld de dichtkunst promoot. Of een maatschappelijk-kritische blik werpt op de huidige samenleving die mensen tot nadenken stemt en andere perspectieven laat zien. Of mensen verbindt.
Lieke Marsman is eind januari (2021) verkozen tot de nieuwe Dichter des Vaderlands van Nederland. Een van de redenen dat ze is verkozen is haar maatschappelijk engagement. Maar ze heeft ons meer te bieden.
Lieke Marsman weet sinds 2017 dat ze kraakbeenkanker heeft
Zelf zegt ze de ‘wereld met poëzie een spiegel’ voor te willen houden. Ook wil ze in moeilijke tijden ‘troost bieden’ (Awater). In deze tijden van pandemie betekent dat voor haar een stem te zijn van het dorre hout (NRC). Met het ‘dorre hout’ bedoelt ze de zieke en zwakke mensen die dit afgelopen jaar zijn ‘afgeschreven’. Daarbij wil ze zich concentreren op vraagstukken van onrecht die ze tegenkomt, en eerder de kant van het volk kiezen dan de regering lof toe te zingen (NRC).
Een van haar eerste gedichten als Dichter des Vaderlands schrijft Lieke Marsman ter gelegenheid van Wereldkankerdag op 4 februari. Het gedicht heeft de titel ‘Een op drie’ en verwijst via andere situaties (zoals ‘een op de drie spraakberichtjes/ blijft onbeluisterd’) naar het feit dat een op de drie mensen kanker krijgt en te kampen heeft met het verwerken van slecht nieuws, zoals Lieke Marsman dat beeldend uitdrukt:
‘Ziet de arts de gang op komen,
weet eigenlijk de uitslag al.’
Deze keuze voor de Wereldkankerdag is niet toevallig. Lieke Marsman weet sinds 2017 dat ze kraakbeenkanker heeft (ze is dan 27). Na te zijn geopereerd, is vorig jaar de kanker teruggekomen. Ze zit de komende maanden weer aan de chemo.
Geen taboes, gewoon schrijven waar het op staat
Haar situatie heeft invloed op haar gedichten en zal de komende twee jaar ook invloed hebben op haar rol als Dichter des Vaderlands. Ze neemt dit duidelijk mee in haar werk. Geen taboes, gewoon schrijven waar het op staat. Dat geeft troost en erkenning. Weten als lezer dat je niet de enige bent die bijvoorbeeld jouw dromen ten onder ziet gaan als je het slechte nieuws op je af ziet komen (zoals de twee hierboven geciteerde zinnen suggereren), maakt het lijden misschien niet minder erg, maar wel minder eenzaam.
Troostend, kritisch. Het maatschappelijk-kritische is belangrijk, zoals Marsman in een interview met het NRC formuleert, juist doordat ze met haar sterfelijkheid is geconfronteerd. Het houdt haar overeind. De waarde van het leven brengt haar ertoe om alles wat dat leven bedreigt, onder de loep te nemen.
‘dat de kinderen niet/ zouden sterven/ dit keer’
Ook in haar derde dichtbundel In mijn mand, die eind januari verscheen, is het maatschappelijk kritische duidelijk aanwezig in gedichten met titels zoals ‘verzet’ geschreven ter gelegenheid van vrijheidsdag 2020, en ‘verlate kamervragen’ over het begin van de pandemie, waarin ook het vluchtelingenbeleid aan de kaak wordt gesteld:
‘in Moria sterft
een meisje
een klapperend tentdoek
als ventilator
terwijl ons beloofd was
dat de kinderen niet
zouden sterven
dit keer’
Uit deze nieuwe bundel, die haar ervaringen van het afgelopen jaar vertolkt, blijkt dat Lieke Marsman, naast het troostende en het maatschappij-kritische, ons ook laat zien hoe de confrontatie met de dood op haar inwerkt. Het leidt haar tot het eerlijk kijken naar begrippen als genade en mystiek. Uit haar gedicht ‘Universele esthetiek’:
‘Is genade dat je gegeven wordt dat je niet sterft
vandaag of dat je je aanstaande dood leert aanvaarden?
Ik ben bang voor het tweede, dus wil ik er
voorlopig niets van weten.’
En verderop in het gedicht:
‘Dit leven is lelijk, maar dragelijk.
Een verklaring voor het gebrek aan schoonheid
in deze wereld is dat de weg van de minste weerstand
in de praktijk soms de enige dragelijk is.
Maar pas op, ook op deze weg
kan een gemiste afslag zomaar tot genade leiden…’
Het leidt haar en ons naar een grijs gebied, waar de grenzen tussen geloven en niet-geloven niet duidelijk te definiëren zijn. De mystiek die Lieke Marsman ontdekt is niet zweverig maar grondt haar, zoals het ‘barmhartige vennetje’ (ook de titel van het laatste deel van de bundel) dat tijdens een wandeling haar verwondering wekt. Momenten dat alles klopte, wanneer de stukken waarin ze ‘uiteen dreigde te vallen weer bij elkaar kwamen.’ Alsof twee handen haar op aarde houden (NRC). Het tegendeel ervaart ze ook, dat religieuze beelden niet concreet genoeg zijn:
‘Is het mijn sterfdag?
Vergeet de psalmen en de engelen
Ik wil het vanille van een oud boek
[…]
Vergeet de vogels die zingen
ik wil mijn hond horen drinken’
(uit haar gedicht ‘in mijn mand’)
Niet wegzweven, maar steeds meer gronden. Daar gaat haar stem naar uit. Het lijkt erop dat de genade haar steeds dieper het leven inbrengt.
Lieke Marsman. In mijn mand. Uitgeverij Pluim, Amsterdam/Antwerpen, 2021. € 21,99