
Een kleine waarschuwing wil Guido Kums wel geven: The Golden Notebook van Doris Lessing is geen wegleesboek. Een boek vol memorabele pareltjes is het wel.
In 1962 verscheen Lessings The Golden Notebook (Het gouden boek) en de roman werd onmiddellijk gezien als een moeilijk, maar belangrijk werk. Achteraf bleek het ook het centrale boek te zijn in het oeuvre van Lessing dat in 2007 met de nobelprijs bekroond werd.
Een schrijfster die lijdt aan writer’s block
Het hoofdpersonnage in de roman is Anna Wulf, een schrijfster die lijdt aan writer’s block omdat ze noch in haar eigen leven, noch in de wereld om haar heen genoeg zin en verstaanbaarheid vindt om een coherent verhaal te vertellen.
The Golden Notebook begint vrij traditioneel met een fragment getiteld “Free Women” waarin de vriendinnen Anna Wulf en Molly Jacobs over een bordje aardbeien met slagroom en een glaasje bubbels nieuwtjes uitwisselen en praten over hun niet erg geslaagde relaties met echtgenoten of vrienden.
Het fragment stopt en er begint een totaal ander verhaal in een zwart (notitie)boek. De jonge Anna Wulf is in Rhodesië in een kleine groep van (blanke) luchtmachtpiloten en vrienden die in de weekenden in een hotel samenkomen om te discussiëren over politiek en het koloniale leven. Ze zijn allemaal politiek links en zeer kritisch voor de geborneerde, racistische mentaliteit van de blanke “bazen”.
Het zwarte boek stopt en er begint een rood boek. Dat is een relaas van het engagement van de (rijpere) Anna in de communistische partij in Londen. Ze vertelt over de (ijdele) pogingen om iemand van de partij verkozen te krijgen in het district, over de eindeloze discussies en de interne verdeeldheid in de partij, over het enthousiasme van sommige leden en het cynisme van anderen.
Anna probeert via Ella haar eigen situatie te begrijpen
Het rode boek stopt en er begint een geel boek. Dat blijkt een soort roman te zijn waarin Ella probeert de ontgoochelingen van vorige relaties achter zich te laten en een nieuwe, zinvolle relatie op te bouwen. Het wordt snel duidelijk dat Ella een fictieve versie van Anna Wulf is en dat Anna dus via Ella haar eigen situatie probeert te begrijpen en een mogelijke toekomst tracht te projecteren.
Het gele boek stopt en er begint een blauw boek. Anna is in behandeling bij een vrouwelijke psychiater Mrs Marks, die ze ironisch “mother sugar” noemt. Anna voelt zich verward, depressief, heeft het gevoel dat haar leven één grote chaos is en dat ze er niet meer in slaagt alle verschillende persoonlijkheden die in haar zitten te begrijpen, laat staan de zin van haar leven te zien. Op aanraden van “mother sugar” houdt Anna dagboeken bij over haar dromen, haar emoties, haar frustraties en haar verwachtingen.
Het blauwe boek stopt en er volgt een (tweede) fragment van “Free Women” over de verdere problemen van Anna en Molly. Daarna komen, in dezelfde volgorde, fragmenten van het zwarte, het rode, het gele en het blauwe boek. Deze sequentie van “Free Women” en de vier gekleurde boeken wordt vier keer herhaald en dan volgt een gouden boek.
Anna is tot de constatatie gekomen dat haar verdeel-en-heers tactiek (de vier gekleurde boeken met elk een deelaspect van haar leven) haar geen stap verder naar inzicht heeft gebracht. Integendeel, elk van de vier boeken eindigt in meer verwarring, twijfel en ontgoocheling. Bijgevolg ziet Anna maar één oplossing: al haar problemen in één enkel notitieboek samengooien en kijken waar dit haar brengt.
Zeer geleidelijk dringt ook het besef door dat daartegenover een onverwoestbare levenswil staat.
Het gouden boek is dus een soort dagboek van Anna die in een diepe depressie verzinkt. Ze raakt verstrikt in een getormenteerde relatie met een Amerikaan, Saul Green, en beiden sluiten zich meer en meer op in hun innerlijke leefwereld. Het gouden boek wordt zo een mengelmoes van dromen, hallucinaties, vormen van buitenzinnelijke waarneming en wazige momenten van dagelijkse realiteit. Anna voelt aan dat er een “anarchistisch principe”, een “kwaadwillige kracht” aan het werk is in haar leven. Zeer geleidelijk dringt ook het besef door dat daartegenover een onverwoestbare levenswil staat. Mensen die zo verscheurd worden door tegengestelde krachten staan tenslotte open voor nieuwe ervaringen, goede en slechte, en vinden de moed om met een verdiept bewustzijn door te gaan, het koste wat het wil.
The Golden Notebook is zeker geen luchthartig wegleesboek, maar het boeiende is dat in alle boeken doorheen de ernstige problematiek pareltjes van inzicht en sfeerschepping staan die bijzonder memorabel zijn. Die lezer begint ook te merken dat de roman vol ironische resonanties zit. Fragmentering bepaalt de structuur van het boek, en toch is deze gebrokenheid strak geregisseerd en sluipen er subtiele echo’s en verwijzingen doorheen alle fragmenten, zodat de versplintering een vreemde soort gelijkaardigheid krijgt.
Doris Lessing gaf zelf aan dat The Golden Notebook het resultaat is van een crisistijd in haar leven en dat het schrijven ervan haar niet alleen enorme moeite heeft gekost, maar ook haar visie op het schrijven zelf heeft veranderd. Haar talrijke romans en verhalen na The Golden Notebook zijn vrijwel altijd een combinatie van scherpe observatie van de realiteit, maar doordesemd met hogere, symbolische dimensies die haar verhalen een haast mythische status geven. De nobelprijs was welverdiend.