Wat als je wordt overgeslagen op Valentijnsdag? Een middelbare school bedacht een creatieve oplossing. “Ik hoef geen moeite te doen me de Valentijnsdag van de afgelopen jaren voor de geest te halen.”
Twee actieve leerlingen van de leerlingenraad kwamen mijn lokaal binnen, met een enthousiaste uitnodiging aan de klas: “Binnenkort is het Valentijnsdag. Wij gaan rode rozen verkopen. En zakjes suikerhartjes, die zijn goedkoper! Je schrijft er een kaartje bij voor je vriend of vriendin, stille liefde of favoriete leraar en wij bezorgen ze op 14 februari.” Er komt een vraag uit de klas: “Maken jullie winst?” “Nee, rozen zijn héél duur! Maar als we iets overhouden maken we dat sowieso over aan de vluchtelingen!”
Ik hoef geen moeite te doen me de Valentijnsdag van de afgelopen jaren voor de geest te halen. Het is jaarlijks een feestje voor de leerlingenraad. Op diverse momenten tijdens de lessen wordt er vanuit de deuropening geroepen voor wie er Valentijnsrozen zijn. Soms krijgt een leerling wel een hele bos! De gelukkige ontvangers proberen niet al te opvallend te laten zien dat ze er blij mee zijn, maar de roos blijft wel prominent op hun tafel liggen. En hun blik dwaalt tijdens de les steeds af….
We zorgen ervoor dat iédere leerling iets ontvangt dat hem het gevoel geeft gezien te worden
Wat ik als docent vooral zie is de quasineutrale blik van andere leerlingen, op het moment dat de deur wordt open geslingerd: “fijn voor mijn klasgenoot, maar ga nu maar weer gauw weg met je rozen. Voor mij is er toch geen bij, nú niet en vorig jaar ook niet. Zelfs geen zakje suikerhartjes. Het is niet erg hoor. Maar ga nu maar gauw weg…” Dan denk ik aan de uitspraak die ik eens hoorde: “Op Valentijnsdag zie je extra duidelijk dat je weinig of geen vrienden hebt.” Die uitspraak raakt me!
Een paar jaar geleden werden we op het idee gebracht om er op deze dag voor te zorgen dat iédere leerling iets ontvangt dat hem het gevoel geeft gezien te worden. En zo voerden we op onze school ‘Valentijnspasjes’ in, door sommigen ‘Valentijnspassies’ genoemd.
Leerlingen worden door hun mentor uitgenodigd na te denken over alle klasgenoten en van ieder een positieve eigenschap op te schrijven Niet ‘wel aardig ‘ of ‘best leuk ‘, maar persoonlijke eigenschappen of kwaliteiten. Vaak hebben ze daar niet eerder zo bij stilgestaan.
De mentor maakt voor iedere leerling een Valentijnspasje. Op zo´n pasje, dat de grootte heeft van een creditcard, is in het midden de naam van de leerling geschreven. Daaromheen staat een aantal van de genoemde positieve eigenschappen. Een paar dagen later, op Valentijnsdag, krijgt iedere leerling te midden van alle rozenhectiek zijn of haar gelamineerd Valentijnspasje overhandigd. Dat is echt een verrassing.
Ik vroeg aan een derde klas wat deze kaartjes vorig jaar voor hen betekenden. Een paar reacties:
Die persoonlijke aandacht doet leerlingen goed. Ze bewaren het kaartje vaak als een geschenk in hun portemonnee. Sommigen jarenlang. Om er af en toe even op te kijken en er weer van te genieten.
Vorig jaar besloten we met een groep collega’s op dezelfde manier Valentijnspasjes voor elkaar te maken. Ook ik bewaar nu mijn pasje in mijn portemonnee. En ik koester het.