De financiële crisis werd veroorzaakt door de privésector, maar de publieke sector vangt nu de klappen op. De Franse econoom en jezuïet Gaël Giraud veegt de vloer aan met Europese bezuinigingsmaatregelen.
De Franse provincie van de jezuïeten telt in haar rangen een lid dat in zijn vorig leven makelaar in effecten en consultant voor investeringsbanken was en die thans als econoom verbonden is aan het ‘Centre d’économie’ van de Sorbonne. In zijn ophefmakend boek Illusion Financière geeft deze Gaël Giraud enkele heldere en vrijmoedige antwoorden op vragen die veel gesteld worden in deze tijden van financiële crisis.
Giraud herinnert eraan dat de crisis niet zijn oorsprong vindt in de openbare maar in de private (‘gedereguleerde’) financiële sector. Het probleem van de buitenmatige schulden van de publieke financiën is in overwegende mate ontstaan toen in 2008 de Europese staten meenden de banken te moeten redden. Daarbij hielden zij er geen rekening mee dat deze crisis teweeg was gebracht door het onverantwoordelijke werken van de privésector. Het probleem van de Europese schuld is dus niet ontstaan uit een plotseling uit de hand lopen van de openbare financiën. Het geval van Griekenland vormt daarop een uitzondering, dat van Ierland is daarvan een goede illustratie. In het zog van de financiële crisis van 2010 besloot de Ierse overheid zowat de hele schuld van de banken over te nemen. Met als gevolg dat de publieke schuld in één jaar steeg van 25 naar 100 procent.
Het alternatief volgens Giraud: investeren in grote ecologische projecten
Het zou dan ook fout zijn aan deze overheden strenge budgettaire versoberingen op te leggen. Die eis tot versobering kan hun schulden niet verminderen, maar enkel de economische groei fnuiken en zodoende op de duur een verdere toename van de publieke deficits veroorzaken. Met als verder gevolg dat allicht de verwezenlijkingen van de welvaartsstaat ontmanteld zullen worden. Maar misschien is dat wel bij sommige neoliberalen een bijbedoeling, zo oppert Giraud. In ieder geval treft zulk beleid van het Internationaal Monetair Fonds, van de Europese Centrale Bank en van de Europese Commissie zodoende de publieke sectoren die zij gemakkelijk kan treffen, veeleer dan de privésectoren die zij zou moeten treffen.
Van welk beleid zou hij dan zelf voorstander zijn? Van een beleid dat niet meer werkt met de klassieke keynesiaanse recepten, namelijk met ongerichte financiële investeringen door de overheid. Dat zou de schuldenlast slechts verhogen. Nee, er moet doelgericht geïnvesteerd worden in grote ecologische projecten. Die vragen veel middelen op lange termijn en daarom moet de overheid daarbij de leiding nemen. De maatschappij zou de fossiele energiebronnen moeten verlaten voor schone energieën. Zij zou ons kunnen bevrijden van een energielast die thans 170 miljard euro per jaar kost en die de dreiging meebrengt van een humanitaire ramp op het einde van de eeuw.
Dit ecologische beleid dient zich af te spelen op drie terreinen. Gebouwen moeten op een nieuwe manier verwarmd worden. Op dit ogenblik besteedt Frankrijk daaraan slechts een tiende van het geld dat daarvoor nodig is. Een tweede terrein ligt bij het verkeer: vliegtuig, auto, trein. In kringen van Franse economen wordt er momenteel gewerkt aan een concreet wetsontwerp dat hopelijk niet voortijdig zal worden afgeschoten… Een derde sector is die van de energievoorziening: de investering in koolstofvrije energiebronnen.
Op al deze gebieden kunnen bepaalde Europese instellingen creatief optreden en kunnen banken door grote leningen werk scheppen. De Europese Commissie rekent hierbij op 6 miljoen nieuwe banen. De kosten daarvan zouden tussen 50 en 100 miljard euro per jaar bedragen, een cijfer dat niet extravagant lijkt naast de 1000 miljard euro die tussen december 2011 en februari 2012 werden uitgegeven om de banken te redden.
Ondertussen komt het erop aan de oorzaak van de huidige crisis aan te pakken. De banken speculeerden (sommigen zouden hier gewag maken van ‘gokken’) op de financiële markten met het geld dat hun door hun klanten werd toevertrouwd. Die twee functies zouden voortaan strikt van elkaar gescheiden moeten worden. De Franse minister van Economische Zaken beweert een wetsontwerp ingediend te hebben dat daartoe strekt. Giraud heeft opschudding veroorzaakt door te laten weten dat het hier om gezichtsbedrog gaat. Hij schuwt het debat niet. Hij is er dan ook goed voor gewapend.
Gaël Giraud, Illusion Financière
Editions de l’Atelier, 2012, 172 blz., € 17,-, niet vertaald.
Meer informatie en bestellen via www.editionsatelier.com.