Geweldloosheid is geen wereldvreemd wensdenken, maar een politieke strategie die werkt. Hoogste tijd dat de kerk haar leer over de ‘rechtvaardige oorlog’ herziet.
In Rome vond in april een conferentie over ‘Geweldloosheid en rechtvaardige vrede’ plaats. Een op het eerste oog nogal wereldvreemd initiatief van de Pontificale Raad voor Rechtvaardigheid en Vrede en Pax Christi Internationaal. Zo werd de in aanvang geweldloze Arabische Lente door machthebbers met geweld gesmoord. En in Europa pleiten regeringen voor verhoging van de defensie-uitgaven om de strijd met het terrorisme aan te gaan. Kan in deze tijd de evangelische geweldloosheid een passend alternatief bieden voor ongebreideld gewapend geweld?
Geweldloze actie heeft een lange traditie. In Rome waren daarover veel aangrijpende getuigenissen te horen. Aangrijpend, omdat de prijs voor geweldloosheid te midden van geweld vaak zo pijnlijk hoog is. Zo vertelde vice-president van Pax Christi Internationaal bisschop Kevin Dowling hoe hij zijn kerk openstelde voor protesten tegen de apartheid in Zuid-Afrika. Het leidde tot een gewelddadige confrontatie en een bomaanslag op zijn kerk. Bisschop Dowling is nooit vergeten hoe een jonge geweldloze demonstrant door politiekogels werd getroffen en in zijn armen stierf.
Al te vaak is de kerkelijke leer misbruikt om een onrechtvaardige oorlog te rechtvaardigen
De discussie over geweldloosheid is lange tijd gedomineerd door pacifisten. Daar lijkt echter verandering in te komen. De keuze voor geweldloze actie is niet langer enkel gebaseerd op principes maar komt steeds meer voort uit strategische overwegingen. Uit onderzoek blijkt dat geweldloze actie tegen repressieve regimes en militaire bezetting veel effectiever is dan gewelddadig verzet. Geweldloze campagnes blijken in 57% van de gevallen de beoogde doelstellingen te realiseren, bij gewelddadige acties is de succesratio slechts 27%.
Wereldwijd lijkt de interesse voor geweldloosheid als politieke strategie toe te nemen. De kerk kan door morele en praktische steun aan geweldloze actie voor gerechtigheid en vrede een enorme bijdrage leveren aan het terugdringen van ongelijkheid, onderdrukking en geweld.
Veel conferentiegangers uitten zich in Rome kritisch over de kerkelijke leer van de rechtvaardige oorlog. Deze kritiek is begrijpelijk. Al te vaak is deze leer politiek misbruikt om een onrechtvaardige oorlog te rechtvaardigen. De gevolgen daarvan zijn pijnlijk zichtbaar. Vooral in het Midden-Oosten waar op de puinhopen van mislukte militaire interventies nieuw geweld floreert.
Het valt niet te ontkennen dat de leer van de rechtvaardige oorlog juiste kritische voorwaarden stelt bij het gebruik van militair geweld. Is er sprake van een rechtvaardig doel? Is er een legitieme machtiging? Is het doel van het geweld realistisch? Is het geweld een laatste redmiddel en proportioneel? Deze restrictieve voorwaarden vormen geen rechtvaardiging van het oorlogsgeweld. In tegendeel. In de huidige omstandigheden zijn deze voorwaarden dermate restrictief dat militair geweld enkel in zeer uitzonderlijke omstandigheden is te rechtvaardigen.
Zonder verzoening vallen samenlevingen vaak weer terug in geweld
In geval van oorlog hebben staten een legitiem recht op zelfverdediging. Bovendien hebben staten bij de dreiging van bijvoorbeeld genocide of etnische zuiveringen een verantwoordelijkheid om burgers te beschermen. De kritische vragen afkomstig uit de leer van de rechtvaardige oorlog zullen bij het gebruik van militair geweld, mits oprecht toegepast, hun nut bewijzen.
Toch heeft de leer van de rechtvaardige oorlog wel degelijk beperkingen. Hij is vooral toepasbaar bij oorlogen tussen staten maar verliest zijn toepasselijkheid bij conflicten waarbij niet-statelijke actoren betrokken zijn. Bovendien fixeert de leer zich te veel op de oorlog zelf. Steeds opnieuw blijkt dat militaire interventies mislukken omdat ze geen rekening houden met het verleden en de toekomst. Zonder verzoening vallen samenlevingen vaak weer terug in geweld. En zonder langdurige inzet voor het opbouwen van een rechtvaardige en inclusieve vrede is het met militair geweld beslechten van conflicten tot mislukken gedoemd.
Het pleidooi voor een rechtvaardige vrede moet misschien vooral begrepen worden als een oproep veel meer aandacht te besteden aan het (preventief) aanpakken van de grondoorzaken van gewapende conflicten en aan het opbouwen van een inclusieve en rechtvaardige vrede.
In de slotverklaring vragen de conferentiegangers paus Franciscus een nieuwe encycliek over geweldloosheid en rechtvaardige vrede op te stellen. Zo’n oproep lijkt misschien wereldvreemd. Maar welbeschouwd getuigt zo’n pleidooi juist van realiteitszin. We moeten immers onder ogen zien dat de humanitaire catastrofe in het Midden-Oosten nauw verbonden is met militaire interventies en dat terreur een wraakmachine is die door oorlog en onrecht wordt gevoed. Het is kortom de hoogste tijd voor een andere, geweldloze aanpak op weg naar een rechtvaardige vrede.