Want het lijkt erop dat weer massaal gezocht wordt naar inspiratie, merkt Jan Peters links en rechts.
Bijna toevallig, zonder ernaar te hebben gezocht, stuitte ik op het congresverslag van de internationale organisatie van hoger onderwijsinstellingen van de jezuieten (IAJU). Een groot netwerk van rond de 200 instellingen, verspreid over heel de wereld. De UFSIA, de vroegere jezuïeten-universiteit in Antwerpen, was een actief lid van deze organisatie.
Bij het doorbladeren van het verslag viel mijn aandacht meteen op de passages over de werkgroep “Business Schools”. In het verleden heb ik me sceptisch uitgelaten over deze jezuïeten-instellingen, zeker die buiten Europa en de Verenigde Staten. Moesten we ons daarmee wel inlaten? Waren we daar als Sociëteit niet bezig een toekomstige leidende klasse te indoctrineren met ons westerse neoliberale maatschappijsysteem? Was het niet een vorm van neokolonialisme? Het leidde tot discussies met collega’s binnen UFSIA, dat ook actief was binnen dit netwerk.
Bij lezing van het korte verslag van deze werkgroep, en vooral van de achterliggende documenten, merkte ik hoe bevooroordeeld ik toen was (en misschien nog wel ben). Het thema van de werkgroep luidde: “An Inspirational Paradigm for Jesuit Business Education”. Het blijkt de benaming van een uitgebreid programma dat in 2020 van start is gegaan op basis van een document dat ook deze titel droeg. Het moest een brede herbezinning worden over de wijze waarop de nieuwe generatie businessleiders zou moeten worden gevormd.
Het werd een uitvoerig en intensief programma, waarin bestuurders en stafleden participeren. Als uitgangspunt werd genomen de extreme armoede in onze wereld en de afbraak van het milieu. Onze business schools zouden moeten werken aan mogelijkheden voor een betere toekomst. De encycliek Laudato Sí werd gebruikt als handleiding bij dit proces. Er werden middelen vrijgemaakt om de meningsvorming en de vernieuwing van het onderwijs te stimuleren. Dit jaar is al voor de derde keer geld ter beschikking gesteld voor goede initiatieven op dit terrein en ook hierna wil men daarmee doorgaan.
Centraal in dit wereldwijde proces staan, zoals uit de titel, blijkt het jezuïtische onderwijsconcept (de “Ignatiaanse pedagogiek”) en de jezuïtische inspiratie. De werkgroep blijkt heel positief over de reeds bereikte resultaten.
“An Inspirational Paradigm”, het is of ik dat momenteel op meer terreinen tegenkom. Wellicht is de tijd er rijp voor en zoeken mensen weer meer naar inspiratie. Paus Franciscus is daar een levende exponent van na een (te lange) kerkelijke traditie van formeel bestuur. Luister maar naar zijn woorden op de Wereldjongerendagen.
Ook de aardverschuiving binnen de Nederlandse politiek lijkt hierdoor mede gedragen te worden. Een afkeren van het functionele, bestuurlijke van de politiek, bij coalitie en oppositie, en een zoeken naar inspiratie, misschien zelfs wat los van de werkelijke grote problemen. De nieuwe partij van Pieter Omtzigt (Nieuw Sociaal Contract) kenmerkt zich hierdoor en wordt door tegenstanders dan ook wel aangeduid als een stap terug naar het (katholieke) verleden en de Katholieke Sociale Leer. Maar ook Caroline van der Plas met haar BoerBurgerBeweging toont hier kenmerken van. De verkiezingsprognoses laten zien dat een fors deel van de kiezers zich hierin herkent.
Vrienden bij het CDA zeggen: dit is eigenlijk ons gedachtegoed. De forse terugval van de partij in de peilingen (van… naar 3 zetels) geeft aan dat de kiezers die inspiratie daar niet meer herkennen. De partij is te lang een bestuurderspartij geweest en daarmee onderdeel van het systeem geworden, een systeem dat velen nu liever vervangen zien, hoe ingewikkeld dat ook zal zijn.
Als het waar is dat in de jezuïeten-universiteiten (en hopelijk ook andere Business Schools), in de politiek en in onze kerk een “Inspirational Paradigm”’ de toon gaat zetten, kunnen we met enig vertrouwen de nabije toekomst tegemoet zien.
Afbeelding: Deelnemer aan de Wereldjongerendagen tijdens een ecologische experience van Magis. Credits: Michael Carvalho.