In zijn privéleven is Joe Biden katholiek, en zelfs een goede katholiek. Heeft dat betekenis voor zijn optreden als president?
Dat Joe Biden een goede katholiek is kan nauwelijks betwist worden. Hij is een trouwe kerkganger. Rond zijn pols draagt hij dikwijls een rozenkrans die hij geërfd heeft van zijn in 2015 overleden zoon Beau. Zijn geloof werd niet aangetast maar verdiept door tragische beproevingen. Naar eigen zeggen was dat geloof voor hem een grote steun toen in 1972 zijn eerste echtgenote en zijn dochter omkwamen in een verkeersongeval. En opnieuw toen zijn zoon Beau overleed aan kanker.
Hij spreekt graag over zijn warme ontmoetingen met paus Franciscus
Nee, hij stopt zijn geloof niet weg. Hij spreekt graag over zijn warme ontmoetingen met paus Franciscus en over hun beider bekommernis omtrent de problemen van de armoede in de wereld en de klimaatverandering.
De vraag is dan of het katholieke geloof van Joe Biden belang heeft voor zijn optreden als politicus, vroeger als senator en straks als president. Die vraag is te beantwoorden aan de hand van zijn daden en niet enkel van zijn woorden. Hij heeft immers een carrière achter de rug van niet minder dan 36 jaren als senator voor de staat Delaware en meerdere campagnes voor het presidentschap. Daaruit zouden wij kunnen opmaken wat hij beloofd heeft en wat hij in feite gedaan heeft.
Heel gemakkelijk zal dat niet zijn. Joe Biden is een ijverig senator geweest die meegewerkt heeft aan tal van wetten en wetsvoorstellen. Een ware professional, geen amateur zoals zijn voorganger. De eerste indruk is dan ook dat hij een gematigd politicus is geweest, lenig in het aanpassen van zijn opvattingen en in het sluiten van compromissen. Maar bij nader inzien blijkt hij toch een politieke hoofdkleur te hebben, een centrumlinkse die gelijkt op die van Europese christendemocraten en op de in voege zijnde opvattingen van de kerkgemeenschap.
Hij sluit zich van harte aan bij de zorg om het klimaat en belooft al op de eerste dag van zijn presidentschap opnieuw aan te sluiten bij het akkoord van Parijs (dat door Trump werd opgezegd). Hij wil dat de overheid opnieuw de strijd aanbindt met de armoede in eigen land en daarbuiten en wil daarvoor middelen inzetten door de belastingen op hogere inkomens op te trekken (die door republikeinse presidenten verminderd werden). Hij wil een meer humane behandeling van de immigranten. Hij wil de last minderen van de leningen waartoe studenten van instellingen van hoger onderwijs gedwongen worden. Hij is een groot voorstander van de Affordable Care Act, de ziekteverzekering die door Barack Obama werd ingevoerd (en die Trump wilde afschaffen). Hij wil die ziekteverzekering zelfs nog verder uitbreiden. In tegenstelling tot Trump is hij een tegenstander van de doodstraf.
Helaas, dan is er nog dat bijzonder heikele punt van de abortuswetgeving.
Op al deze punten kan de grote meerderheid van de katholieken met hem meegaan. Zij zullen een president krijgen die niet enkel als individu een goede katholiek is en die zich als symbool van de republiek waardig en wellevend zal gedragen. Zij zullen tevens een president krijgen die een beleid zal voeren dat in de katholieke gemeenschap veel bijval en weinig tegenstand zal oogsten.
Helaas, dan is er nog dat bijzonder heikele punt van de abortuswetgeving. Dat is nu volgens de pro-life beweging te laks en volgens de pro-choice beweging te strak. Biden laat horen dat voor hem het menselijk leven begint vanaf de conceptie, dat hij het beëindigen van dit leven in de moederschoot beschouwt als een tragedie, dat hij een ambitieus sociaal beleid wil dat de ontwikkeling van dit leven bevordert voor en ook na de geboorte. Niettemin verklaart hij zich huiverig om abortus bij wet te verbieden.
Waarom? Omdat hij zijn persoonlijke opvattingen niet wil opdringen aan anderen. De keuze om abortus te plegen meent hij te moeten overlaten aan de moeder en alleen aan de moeder. Zo neigt hij naar het radicaal individualistische standpunt, pro-choice, van zijn partij.
Zij zouden een ingrijpend sociaal beleid moeten voorstaan.
Dat nemen vele katholieken niet. Waarom zou een pro-life standpunt niet bij wet mogen worden opgelegd? Zou dit enkel gelden voor katholieken en niet voor anderen? Ook niet-katholieken en niet-gelovigen kunnen immers pro-life zijn.
Het is waar dat de aanhangers van de pro-life beweging, ook de katholieke, dikwijls te weinig inzien welke de consequenties zijn van hun standpunt. Zij zouden een ingrijpend sociaal beleid moeten voorstaan. Zij zouden de eerbied voor het menselijk leven moeten volhouden in alle fasen van dat leven. Trouwens, in dat geval zou de verleiding om over te gaan tot abortus, bijvoorbeeld omwille van schrijnende armoede, heel waarschijnlijk afnemen. Tot dat inzicht zijn alle pro-choicers echter nog niet geraakt. Hun voorstellen blijven al te dikwijls beperkt tot een zuiver repressief beleid.
Hopelijk kan Biden een niet al te repressieve wetgeving koppelen aan een doeltreffend sociaal beleid. In dat geval zal na enige tijd een grote meerderheid van de katholieken hem erkennen als een waarachtig katholieke president.