Verraad en opportunisme in de PVV: kunnen wij als argeloze televisiekijkers nog weten wat er écht aan de hand is?
Als iemand zegt, zoals bij naderende verkiezingen, dat iets waar is of niet, zullen we nooit weten of het waar is of niet. Bij een communicatietraining ben ik een keer echt verrast geweest: er zijn drie waarheden, en ze zijn geen van alle absoluut. De eerste waarheid is datgene wat op een bepaald moment gebeurt op een bepaalde plek. Een ongeluk, een persconferentie, een beslissing in de Raad van Bestuur van een bank. Als je erbij bent, let goed op, want even later is dat wat er gebeurde geen waarheid meer. Onmiddellijk gaat de oorspronkelijke gebeurtenis over in interpretaties, die onvermijdelijk gekleurd zijn door de karakteristieken van de waarnemers, zoals de secretaresse die het verslag maakt, op de voet gevolgd door mediaberichten. Ik ben al tijden bevriend met de bestuursvoorzitter, dus hij geniet meer vertrouwen dan die vent naast hem die ik nooit gemogen heb. Pownews ziet iets anders dan Nieuwsuur. Daar speelt zich de tweede waarheid af. Media zenden hun berichten uit, waarnemers vertellen bij thuiskomst over hun ervaringen en Henk en Ingrid zitten op de bank. Wat zij ontvangen, dat is de derde waarheid. De kiezer, zullen we maar even zeggen. Of de belastingbetaler. Of die mensen met hun hypotheek. Grieken, Spanjaarden. Allemaal filters.
Ik maak me graag wijs, en ik ben met velen, dat ik in ieder geval nog een redelijk beeld heb van wat er aan de hand is. Ik weet wel zo’n beetje wat Roemer waard is, of Pechtold. Sap weet ik zo gauw niet, Samson is duidelijker maar niet sterk. Dan komen de berichten over de persconferentie die gekaapt werd. Kapen en gijzelen liggen dicht bij elkaar. Wilders dacht de media-aandacht te kapen maar werd onmiddellijk in gijzeling genomen door twee dissidenten uit zijn achterban die – dat zal toch wel waar zijn, want ik heb het zelf zien gebeuren, ja ja, via de televisie, maar toch – heel het mediaverhaal aan flarden schoten met emoties en waarheden (?) over hun partijleider.
PVV’ers Kortenoeven en Hernandez bij de persconferentie waar zij hun vertrek aankondigden. Foto: ANP
Het trieste is nu, bij alle verraad en opportunisme, dat ik écht niet meer weet wat er gaande is in de PVV. Ik wens niemand zo’n smadelijke afgang toe als deze, die veroorzaakt werd door mensen uit eigen gelederen. Maar als dan het stinkende braaksel op straat ligt, mag ik toch vragen: hebben ze iets verkeerds gegeten? Hadden ze te veel gedronken? Is het een maagzweer? Wie moet dit nou toch in godsnaam weer komen opruimen? Bah.
Ferry Mingelen en die andere mevrouw in Den Haag praten meestal wel zo dat ik denk: ja, zo is het. Waarschijnlijk, want zij zijn ook van de getrapte waarheidswaarneming. Wat ik niet wil is wegzakken in radeloosheid. Dus wat doe ik? Ik ga iets hopen. Ik hoop, tijdens de Olympiade met zijn duizendste seconden, dat de winnaar niet aan doping heeft gedaan. Ik hoop dat de snelle leugens zelfs zonder journalisten door de waarheid achterhaald worden. Ik hoop dat een rijk dat innerlijk verdeeld is inderdaad geen macht zal gaan uitoefenen. Maar bovenal hoop ik, dat we niet allemaal ondergedompeld raken in egocentrisch opportunisme. Ik hoop ten slotte dat ik zelf authentiek ben als ik naar de waarheid ga zoeken. Zal ik dat ooit kunnen zijn in dit land? We zullen het nooit weten.