“Ik ben geen vrede komen brengen, maar een zwaard.” Hoe vaak zijn deze woorden van Jezus niet verdraaid en misbruikt? Guido Dierickx SJ pleit voor een Bijbels blunderboek.
Het is altijd opletten wanneer een vers uit de Bijbel geciteerd wordt door lieden die daartoe niet opgeleid zijn. Bijvoorbeeld door vele katholieken en nog meer door ex-katholieken. Een voorbeeld? Enkele maanden geleden citeerde een Antwerps hoogleraar uit Matteüs, tiende hoofdstuk: “Denk niet dat ik op aarde vrede ben komen brengen. Ik ben geen vrede komen brengen, maar een zwaard.” Dat om te argumenteren dat Jezus niet die vreedzame profeet was waarvoor christenen Hem graag houden.
Je moet geen deskundige zijn om te weten dat dit argument heel erg fout is. Maar een fout om zwaar aan te tillen? De professor in kwestie geniet immers gezag als kenner van de moderne Engelse maar niet van de oude Bijbelse literatuur.
Nu lees ik echter iets van dezelfde strekking in het kersverse boek van Steven Pinker (The Better Angels of Our Nature) over de afname van de gewelddadigheid in de geschiedenis. Die Pinker is niet de eerste de beste. Neuropsycholoog aan de universiteit van Harvard, gevierd wetenschapper en auteur. Weliswaar ook geen bijbelkenner, maar toch een heel geleerd man die kon rekenen op het advies van vele heel geleerde mensen.
Het is altijd opletten wanneer een vers uit de Bijbel geciteerd wordt door lieden die daartoe niet opgeleid zijn.
Ook hij leest dat vers van Matteüs als een oproep of toch als een excuus voor geweldpleging door zijn volgelingen. Was er dan niemand onder zijn vele adviseurs om het hem uit te leggen? Dat dit vers oorspronkelijk bedoeld was om te waarschuwen voor het geweld, beter: voor de onenigheid, als een ongewenst maar voorspelbaar neveneffect van de boodschap van Jezus? Dat zien wij toch ook nu nog gebeuren? Dat wie de vrede wil prediken dikwijls geweld zal oogsten? Of mag je geen vrede meer prediken uit vrees voor de averechtse effecten van die boodschap? De foute interpretatie van Matteüs 10:34-35 door een Vlaamse professor is dus geen loslopende anekdote.
En nu even praktisch. Moeten de gelovigen geduldig alle fouten corrigeren van lieden die luchthartig en/of onwelwillend omgaan met hun Heilige Schrift? Op alle slakken zout strooien zou veel werk vragen, te veel werk. Gelovigen hebben nog wat anders te doen.
Mij lijkt maar één werkwijze mogelijk: een blunderboek samenstellen van de meest misbruikte teksten. Die werkwijze volgen we ook om te wijzen op veel voorkomende taalfouten van onze scholieren. In het Bijbelse blunderboek zou dat zwaard in het tiende hoofdstuk van Matteüs een prominente plaats krijgen. Wie daarop niet wil wachten, kan zich alvast behelpen met Google.