In de katholieke Kerk wordt op 19 maart het liturgische feest van de heilige Jozef gevierd, de echtgenoot van Maria, die de moeder van Jezus was. Later werd hij in geheim ook ‘vader’ van vele jonge Jezuïeten.
De heilige Jozef wordt in het evangelie vermeld, maar niet uitvoerig. Er zijn dan ook in de loop van de eeuwen verschillende invalshoeken geweest om deze heilige te benaderen. In de zeventiende eeuw was de verering van de heilige Jozef zelfs controversieel, met name in de Jezuïetenorde. In 1629 vaardigde de algemene overste, pater Muzio Vitelleschi, zelfs een besluit uit dat jonge jezuïeten verbood om nog een bijzondere devotie tot de heilige Jozef te cultiveren. Wat was er aan de hand?
Neem dan maar de heilige Jozef
De achterliggende reden was dat die jonge jezuïeten vonden dat ze geen degelijke geestelijke leiding kregen van hun oudere medebroeders. Ze hadden een grote honger naar een dieper geestelijk leven, maar de Orde schoot daarin te kort. Deze jonge generatie herinnerde zich dat de grote Spaanse mystica Theresia van Avila in een van haar boeken vertelde over haar verering voor de heilige Jozef. “Indien je geen gids in het geestelijke leven kan vinden, neem dan maar de heilige Jozef,” zo zei Theresia. En zo begonnen deze jonge jezuïeten met elkaar te spreken over hun grote eerbied voor deze heilige. Jammer genoeg werd dit met argwaan aanzien door anderen.
Waarom juist de heilige Jozef? Een van de redenen is dat in het evangelie geen enkel woord van de heilige Jozef vermeld wordt. Hij neemt op cruciale momenten het initiatief voor de zorg van de jonge Jezus en zijn moeder. Hij neemt moedig zijn verantwoordelijkheid op wanneer nodig. Maar er is geen woord of zin van hem overgeleverd. Zo werd hij dan aanzien als een man van grote innerlijke stilte. Zoals een van die jonge jezuïeten, Jean-Joseph Surin, het verwoordde: “de heilige Jozef was een man van grote stilte; hij sprak weinig, Onze Lieve Vrouw sprak nog minder en onze Heer nog minder dan hen beiden – zijn ogen leerden hem genoeg.” Jean-Joseph Surin stelt zich het huisgezin in Nazareth voor als een plek van innerlijkheid en liefdevolle, stille aandacht voor het goddelijke mysterie. Dat staat natuurlijk in groot contrast met de cultuur van welsprekendheid (en bijbehorende zelfingenomenheid) die in de tijd van Surin zo hoog geprezen werd.
Er is een frappante overeenkomst met onze tijd. Die is zich ook aan het uithollen door eindeloos digitaal gepraat en gebabbel. Hier en daar hunkeren mensen – ook jonge mensen – naar echte innerlijke aandacht, aandacht voor elkaar en voor het goddelijke mysterie. Naar een kwaliteit van leven die niet voortdurend hoeft te praten en babbelen, al dan niet digitaal, maar die de gelukkige, stille diepte van het samenzijn waardeert. Misschien de heilige Jozef als geestelijke leidsman nemen?
Photo by Josh Applegate on Unsplash