Wanneer het tegenzit, schiet bidden er makkelijk bij in. Het wordt niet meer stil met al die problemen in je hoofd. Nikolaas Sintobin SJ geeft 3 gebedstips.
Nogal wat mensen stoppen met bidden als ze in moeilijk vaarwater terechtkomen. Of ze vinden het ten minste moeilijk om te bidden als de wind tegenzit. Waarom laat God toe dat ik ongelukkig ben? Waarom brengt Hij geen verandering in deze situatie? Deze drie tips kunnen je helpen om te (blijven) bidden in moeilijke omstandigheden
Als mensen hebben wij niet alleen een lichaam, wij zijn ook lichaam. Bidden doe je per definitie met je hele wezen. Met je hart, je verstand, je ziel. En met je lichaam. Een gespannen lichaam is daarom niet bevorderlijk om tot gebed te komen.
Bidden vraagt immers dat je tot op zekere hoogte stilvalt. Dat je de externe prikkels vermindert om toegang te krijgen tot je innerlijkheid. De daarmee gepaard gaande stilte kan je des te scherper confronteren met de spanningen in je lijf. Onaangenaam, en dus een reden om te stoppen met bidden.
Door meer thuis te komen in je lichaam, kun je het makkelijker openen voor Gods aanwezigheid.
Om dit vroegtijdige afhaken te voorkomen, kan het zinvol zijn tijd te nemen om te bidden met je lichaam. Door meer thuis te komen in je lichaam, kun je het makkelijker openen voor Gods aanwezigheid en het toevertrouwen aan zijn liefdevolle blik. Dat begint met rustig in- en uitademen. Een voor een de verschillende lichaamsdelen aanspannen en ontspannen. Wat ook kan is traag wandelen in de natuur en bijzondere aandacht geven aan wat je hoort, ziet, voelt, ruikt…
Deze lichaamsoefeningen zijn geen verloren tijd. In de mate waarin je probeert ze te doen in verbondenheid met God, kunnen ze een volwaardig gebed zijn.
Wie geconfronteerd wordt met moeilijkheden, heeft vaak spontaan de reflex om die moeilijkheden een grote plaats te geven in het gebed. Niet vreemd. Bidden is in belangrijke mate je gewone leven voor God brengen. Maar het is geen denkbeeldig gevaar dat het gebed snel gemonopoliseerd wordt door het probleem. Je gaat je als het ware verplicht voelen alle tijd, energie en aandacht die je aan het gebed besteedt, te richten op die ene vraag, situatie, relatie, persoon, enzovoorts.
In plaats van je vooruit te helpen, kan zo’n gebedstijd je eerder van God verwijderen. Het probleem komt tussen jou en God te staan. Bovendien, hoe dringend dit probleem voor jou ook is, God heeft jou op dit ogenblik misschien iets anders te zeggen.
Bovendien, hoe dringend dit probleem voor jou ook is, God heeft jou op dit ogenblik misschien iets anders te zeggen.
Daarom kan het zinvol zijn de moeilijkheden bewust niet in het gebed in te brengen. Je kunt ze simpelweg even benoemen aan het begin van het gebed, om er vervolgens bewust voor te kiezen ze los te laten en aan God toe te vertrouwen.
De ervaring leert dat het nogal eens gebeurt dat je na verloop van tijd vaststelt dat de vraag, die in de koelkast was gestopt, intussen vanzelf een antwoord heeft gekregen. Je bent er anders naar gaan kijken, de vraag werd geleidelijk aan minder dringend of allesoverheersend, de negativiteit is verminderd, enzovoorts.
Wie het moeilijk heeft, zoekt doorgaans naar verlichting, ook in het gebed. Je hoopt op een antwoord op je vraag, de oplossing voor een probleem, licht in de duisternis. Dit is niet meer dan normaal. Het probleem hierbij kan zijn dat we in ons gebed vaak niet alleen een vraag stellen, maar tevens de neiging hebben God ook het antwoord in te fluisteren. En daar dreigt het gebed spaak te lopen. Immers, God laat zich niet opsluiten in onze kaders. Hij antwoordt wel, maar vaak anders of elders dan wij gehoopt hadden.
Het probleem hierbij kan zijn dat we tevens de neiging hebben God ook het antwoord in te fluisteren.
Hier ligt een grote spirituele uitdaging voor wie bidt in moeilijke omstandigheden: het innerlijke vizier bewust openhouden. Om te onderscheiden waar en hoe de Geest in het gebed elementen van antwoord aanreikt. Meer in het bijzonder betekent dat vaak: bereid zijn om oog te hebben voor de subtiele en discrete ervaringen van vreugde, rust, vertrouwen en hoop, zoals die zich aanbieden in het gebed.
Ook al wijzen die gevoelens een andere richting uit dan verwacht. Het zijn immers de richtingwijzers naar het leven waartoe God je vandaag uitnodigt. Dit vraagt een reële innerlijke vrijheid en openheid. Maar ook de genade van het geloof dat God je blijvend nabij is en voor je zorgt, wat er je ook overkomt.