Er zijn plekken waar je met grote vragen terecht kunt, ook al krijg je niet meteen antwoord. Jan Stuyt over zijn liefde voor begraafplaats Huis Te Vraag .
Begraafplaats Huis Te Vraag hoort bij de mooiste plekjes van Amsterdam. In de tijd dat ik in die stad pastoor was ging er ik wel eens broeden op een preek. Het kleine kerkhof is weggestopt tussen het Hoofddorpplein en Amsterdamse Bos. Dat woord ‘weggestopt’ is eigenlijk onzin want de begraafplaats is ouder dan het plein en ouder dan het Bosplan, die beiden dateren van tussen de wereldoorlogen. De eerste vermelding van een gebouw met de naam Huis Te Vraag is van 1632. Het lag op een kruispunt van wegen en mensen vroegen er vaak de weg: vandaar de naam.
Ik bezoek vaak begraafplaatsen. Er zijn er mooie, zoals St. Adelbert in Bloemendaal en de Heilig Landstichting in Groesbeek en het kerkhof aan de Hoge Hondstraat in Deventer. Ik kom er graag en breng er tijd door met slenteren, bidden en filosoferen. Op Huis Te Vraag in Amsterdam wordt sinds de jaren zestig niet meer begraven. Het is een oase van rust – al hoor je de auto’s van de Ring toch wel goed. De eenden die zwemmen in De Schinkel langszij hebben er hun nesten, de klimop wordt in model gesnoeid, de paden lijken wanneer je er komt de dag tevoren geharkt. De beheerders hebben liefde voor hun vak. Het licht is prachtig want de bomen zijn oud, de vogels weten de weg en er komen nauwelijks mensen meer.
Huis Te Vraag heeft me altijd geholpen bij mijn Paaspreek
Ik ging er ieder jaar naar toe op paaszaterdag. De Goede Week zit dan helemaal in je hoofd en je hart, en er moet nog een preek voor Paaszondag gemaakt worden – één van de drukst bezochte vieringen van het jaar. Huis Te Vraag heeft me altijd geholpen bij die preek: de mooie paden, de teksten op de stenen en de natuur die in april verrijst uit de winterslaap.
Op internet vond ik dit citaat onder de titel ‘Groene necropolis’:
De toegangslaan loopt op naar een plaatsje voor de aula dat opgefleurd wordt door talloze rode geraniums en andere potplanten. Het einde van de laan biedt uitzicht over een klein weiland, een relict van het typisch Hollandse polderlandschap. Het weiland hoort bij de begraafplaats; hier graasden de paarden die de rouwkoetsen trokken. De beheerder Leon Van der Heijden noemt dit ‘het weiland van het uitzicht’ – niet alleen op het Amsterdamse Bos dat in de verte aan de horizon verschijnt, maar ook op ‘gene zijde’.
Dominee Nico ter Linden schreef: “Een goede begrafenis, daar knap je van op, en een slechte begrafenis, daar knap je op af.” Zo is het ook met kerkhoven. Gelukkig zijn er plekken waar je met grote vragen terecht kunt, ook al krijg je niet meteen antwoord. Huis Te Vraag is zo’n plek.