In Afrika moest André Cnockaert afstand doen van het sentimentele kinderfeest dat Kerstmis in onze streken geworden is. Maar hij leerde er het kerstmysterie ook dieper verstaan.
Hebben we van Kerstmis niet het tegenovergestelde gemaakt van datgene wat dit groot mysterie van ‘God met ons naar zijn manier’ ons tracht bij te brengen? Werd het meest verwonderlijke van de boodschap niet afgezwakt tot sentimentele zoeterigheid? Een kindje, in een stal, een kribbe zo zacht als een wiegje, herdertjes bij nachte, schaapjes met een dikke vacht en een os en een ezel om het kindje warm te blazen. Kerstmis met licht en muziek in de straten om de winterkou te doen vergeten. Mensen die dure geschenken kopen en bij de beste traiteur een rijkelijk kerstfeestmaal bestellen.
Te midden van de rook, de modder en de misselijke geuren van vluchtelingenkampen in de nasleep van de Rwandese genocide (1994-1996), heb ik afstand moeten doen van al het licht en klankspel en een aandoenlijk kinderfeest. Ik kon alleen nog met Jesaja naar de hemel schreeuwen:
(Jes. 45:8)
Heer, scheur toch uw hemel open en laat de wolken gerechtigheid dauwen!
In de kerstnacht werd die hemel open gescheurd. Voor herders! Herders zonder dak boven hun hoofd. Alleen maar een sterrenhemel. Maar ze hoorden hem zingen. Herders, zij waren niet precies de meest gewaardeerde groep van de bevolking. Het waren eerder een soort paria’s die maar buiten moesten slapen met hun beesten, zoals daklozen vandaag met hun hond. Zij werden niet naar een paleis geleid waar een God die wij almachtig noemen hen ontvangen zou in al zijn koninklijke waardigheid. Zij werden naar een stal gezonden waar een onaanzienlijk echtpaar op verplaatsing een pasgeboren kind in een voerbak had gelegd. De evangelist Lucas legt er de nadruk op. Tot driemaal toe in het korte verhaal:
Ze wikkelde (het kindje) in doeken en legde het in een voerbak…
U zult een kind vinden dat … in een voerbak ligt.
Ze vonden Maria en Jozef en het kind dat in een voerbak lag…
(Luc. 2:7-16)
Een jonge man uit Kameroen zei me ooit: “Kon het anders dan in een voerbak? Hij kwam toch om zichzelf als voedsel te geven.” Dat deed Hij inderdaad. En Hij zei erbij:
Ik heb jullie het voorbeeld gegeven, je moet doen zoals ik voor jullie heb gedaan.
(Joh. 13:15)
Laten we dit voor ogen houden als we Kerstmis vieren. En laat dit kerstmysterie zich ook in ons voltrekken. Immers, zo stelde een anonieme schrijfster uit de 16de eeuw:
De hoogste eer die wij God kunnen bewijzen is dat hij altijd geestelijk in ons allen wordt geboren.
Afbeelding boven dit artikel: Ntarama Church Genocide Memorial, Rwanda. Foto: Dave Proffer via Flickr.com (creative commons)