Tijdens de zogeheten ‘experience’-week van het WJD-voorprogramma Magis werkte Tijmen Kroon op een ecologische leerboerderij in Valladolid. Een verslag in woord en beeld.
Mijn eerste keuze voor de ‘experience’ was een pelgrimage of verblijf in een klooster. Toen ik hoorde dat ik naar een plek moest waar het erg heet was en waar ik lichamelijke arbeid moest doen en moest werken met dieren was ik daar nogal teleurgesteld over. Ik ben wel twee dagen bezig geweest om me neer te leggen bij het feit dat het gewoon zo was. Dat deed ik met de gedachte dat ik het in handen van God moest leggen en het gewoon moest accepteren.
De accommodatie bij aankomst bleek perfect. Iedereen kreeg zijn eigen kamer met wastafel en ik had een mooi icoon boven mijn bed hangen van Maria met kind. Uit de douches kwam overvloedig heerlijk warm water. Het bed was ook uiterst comfortabel. Rolluiken hielden de kamer op een aangename temperatuur. Tot mijn vreugde bleek er gewoon internet te zijn en televisie.
De alledaagse zaken konden dus gewoon door mij worden gevolgd.
’s Ochtends begonnen we in de kapel met gebed. Ik moest hard zoeken naar de tabernakel. Waar was Jezus? Mijn eerste gedachte was dat Hij er niet was. Bij navraag bleek de waarheid erg verrassend en leuk. Op een soort van commode stond een miniatuur Spaans stadje. In dit dorpje stond een klein rond hutje wat een typische Spaanse duiventil bleek te zijn. De priester tilde het dak van de duiventil en daar dan het Heilig Sacrament. Ik zag in gedachten de duiven van de Heilige Geest uit de duiventil in het stadje vliegen. Ik was gerustgesteld.
Na het ochtendgebed en de behandeling van de levensvragen die je overdag kon overdenken gingen we aan de arbeid. Ik was in eerste instantie bang dat we keihard moesten werken. Niets bleek minder waar. Het aantal werkers was overvloedig. De broeikas was overvol. De bedoeling was dat we bezig gingen met Gods schepping.
Alles wat we aten kwam van het land. De meesten van ons waren gewend om alles verpakt uit de supermarkt te halen en er werd ons nu geleerd dicht bij Gods schepping te verblijven en direct gebruik te maken van wat aarde ons gaf. Dit had als gevolg dat ik wel 5 kilo tomaten in een week op had.
Dit gold ook voor vlees en dat leverde wel wat schrikmomenten op. Ons was verteld dat als we een hongergevoel hadden het ons vrijstond zelf iets uit de koelkast te pakken. Het was immers ons eigen huis daar. Ik schrok me kapot toen ik de deur van de koelkast opentrok. Er lag namelijk een opengesneden compleet biggetje onder in de koelkast. Deze werd ’s avonds verder aan stukken gesneden en in de maaltijd verwerkt.
Het Spaanse werkschema, met een lange siësta ’s middags, gaf me alle tijd om kennis te maken met de andere mensen uit de groep. Naar wat ik hoorde bleek er in Hong Kong niet eens natuur te zijn. Alleen maar wolkenkrabbers en betonnen compartimenten. Beetje lastig om daar dan gelovig te zijn als volgens de priester God te vinden is in het ruisen van de wind.
Ik heb veel vrienden gemaakt. We hebben veel gelachen. Ik wist niet dat het zo makkelijk was om grappen te maken in een andere taal. Door de wat lastigere communicatie heb je ook vaak meer grappige momenten omdat je sommige zaken raar hoort of ze verkeerd voorstelt.
Iedereen in onze groep bleek uiterst gedreven te zijn om verder te komen met het geloof en bereid om zich er ook echt voor open te stellen. In de Magis-kringen waar we onze dag reflecteerden, lieten mensen openhartig hun ervaringen van die dag met God horen en probeerden ze te ontcijferen wat God hun die dag had willen vertellen.
Mijn mooiste ervaring was toch wel het stierrennen in Viena de Cega. Er werd gezegd dat we de stieren gingen zien rennen. Ik dacht dus dat we gingen kijken hoe een boer zijn kudde van de wei haalde. Er bleek een groot evenement gaande. Aan beide zijden van de weg waren blauwe hekken opgesteld die net groot genoeg waren voor mensen om er tussendoor te kunnen. De stieren konden dat niet. Een voor een werden de stieren losgelaten. Een grote ziedende vleesmassa rende door de straten. Veel mannen stonden al klaar om de strijd met het beest aan te gaan. Ze sprongen of snel tussen de spijlen door, maar er waren er ook die gewoon bleven staan en op het laatste moment aan de kant gingen. Samen met een Franse jongen een jongen uit Hong Kong en een Cubaans meisje deden we ook mee. De adrenaline gierde door mijn lichaam. Wat was dat spannend.
Een van de laatste dagen gingen we met z’n allen naar een speeltuin die was gebouwd rond de ruïne van een oud klooster. Van te voren werd ons verteld dat het absoluut niet voor kinderen was maar ik vraag me nog steeds af of dat wel zo is. Iedereen was helemaal door het dolle heen in de speeltuin. Gezamenlijk werden allerlei toestellen uitgeprobeerd. Regelmatig kwamen de opzichters even ingrijpen omdat we wel erg enthousiast bezig waren. Toch was het goed voor de groep. Het was ook goed om ons weer even kind te voelen. Als een schoolklas werden we de speeltuin uit begeleid.
Als afsluiting hebben we op het terrein van de jezuïeten een olijfboom geplant waar we onze gebeden in hebben gehangen en hebben we een soort totempaal beschilderd. De week was zalig.
Inmiddels ben ik in Madrid aangekomen. Ik moet even erg wennen aan de massaliteit hier.
Volgende week een verslag van de afsluiting van Magis en van de Wereldjongerendagen in Madrid.
Tijmen Kroon is informaticus. Hij werkt voor de KRO/RKK als webmaster van Katholieknederland.nl.