Kun je Kerst vieren terwijl de wereld in brand staat? Ja, juist, zegt Dries van den Akker. Hij hoort Jezus hoopvol zeggen: ‘Die narigheid, die heeft niet het laatste woord.’
Kerstmis. Lichtjes, bomen, rendieren, kerstman, koopavonden, besneeuwde dorpjes in de bergen – ‘reserveer nu uw tafel voor uw kerstdiner in ons eerste-klasrestaurant’. Onlangs was er een kapelaan in Ierland die voorstelde dat gelovigen het woord Kerstmis niet meer moesten gebruiken om het feest van Jezus’ geboorte mee aan te duiden. Kerstmis is gegijzeld door de commercie en de toeristenindustrie.
Enerzijds de loze glamour van de kerstindustrie. Anderzijds de barre werkelijkheid die elke dag op ons afkomt. Je hoeft er de krant maar op na te slaan. Of houd voor de aardigheid bij wat er allemaal op Facebook en Twitter passeert. Kijk tv. Wat moet je dan met die vromige liedjes, kerkklokken, engeltjes, een schattig, zielig kindje in een stal? Ja, dat Kerstfeest: wat moeten we ermee?
Laten we teruggaan naar de bron, het evangelie. Maar dan niet naar de Kerstverhalen, maar naar de volwassen Jezus. Hij geeft antwoord precies op deze vraag. Aan het eind van zijn openbaar leven is er een moment dat hij met een handjevol leerlingen tegenover de tempel zit. Dan voorspelt hij dat van al dat schoons niets overeind zal blijven. De leerlingen reageren geschrokken met de vraag wanneer dat zal plaats vinden. Op die vraag geeft hij geen antwoord. In plaats daarvan geeft hij antwoord op de vraag: ‘Als al die dingen om je heen gebeuren, hoe blijf je dan als goed mens overeind?’
Enerzijds de loze glamour van de kerstindustrie. Anderzijds de barre werkelijkheid die elke dag op ons afkomt.
Jezus somt een reeks van narigheden op: mensen die anderen op een dwaalspoor brengen, pest, hongersnood, oorlog – nu hier, dan daar. Misschien willen mensen hun recht halen ten koste van jou of heb je te lijden onder de liefdeloosheid van anderen. Lees hoofdstuk 21 van Lucas maar eens rustig door. En vervang de actuele gebeurtenissen die daar de revue passeren door actuele gebeurtenissen van nu.
Misschien zou Jezus nu zeggen:
‘Er zullen dagen komen, dat volkeren agressieve taal tegen elkaar uitslaan: Noord-Korea tegen de omringende landen. Syrië, Rusland, Pakistan en India. Ten hemel schreiende armoede en uitbuiting in Afrika. Een president van Amerika die voor velen het beeld van de verloedering van de politiek belichaamt. Politici die sjoemelaars blijken te zijn of zelfgenoegzaam in hun eigen kringetje ronddraaien en de gewone man niet wensen te horen. Vluchtelingen die elders een goed heenkomen zoeken, en die daar niet worden ontvangen, omdat ze een bedreiging vormen voor ‘onze’ welvaart. Bedragen voor sportlieden waar wereldproblemen mee zouden kunnen worden weggewerkt. Bloedige terreuraanslagen in de naam van een God die door anderen vereerd wordt als ‘de barmhartige Erbarmer.’
“De mensen zullen het besterven van schrik over alles wat de wereld overkomt” (Lucas 21,26).
Hoe actueel kan het evangelie zijn. Leg Jezus al die woorden maar in de mond. Vul de lijst maar aan met alles wat je om je heen hoort, met wat je dwars zit, beangstigt of bedreigt.
En dan? Dan hoor ik Jezus zeggen: ‘Dit alles schijnt eerst te moeten gebeuren, maar het einde volgt niet terstond’ (Lucas 21,09). Ik hertaal: ‘Maar die narigheid: die heeft niet het laatste woord over de mensen. Dat is niet hun eindbestemming.’
Laat je niet uit het veld slaan. Er moet meer mogelijk zijn… Er is meer mogelijk dan dat alleen. Richt daar je aandacht en je hoop op. Op dat ‘méér’. En leef naar wat je dan verlangt.
‘Maar die narigheid: die heeft niet het laatste woord over de mensen. Dat is niet hun eindbestemming.’
Dat heeft Jezus zelf ook zo gedaan. Te midden van een liefdeloze cultuur, waarin de godsdienstige mensen – soms met goede redenen – elkaar veroordeelden, isoleerden en discrimineerden, liet hij zien dat het anders kon. Je kunt ook bidden voor je vijanden. Je kunt de ander ook vergeven. Ondanks de pijn die daarbij hoort. Je kunt ook genade voor recht laten gelden. Je kunt de ander gunnen wat ook aan jou gegund werd. Je kunt de ander beminnen als jezelf.
Het is hem door velen niet in dank afgenomen. Het heeft hem heel wat pijn, tegenwerking, vernedering en zelfs zijn leven gekost.
Ik zie het terug in het verhaal van zijn arrestatie. Op het moment dat hij door één van zijn vrienden verraden wordt (ooit gevoeld?), op dat moment geneest hij een verwonding bij één van zijn agressors. Bovenmenselijk bijna. Maar zo kan het ook. Gaat niet zonder pijn.
Hijzelf zei dan dat je je kruis moest opnemen. Omwille van de liefde. Zijn leerlingen hebben er de weldaad van ondervonden. Zij herinnerden zich hoe hij al de narigheid al had voorzien. Niet als dreigement, maar als constatering van de realiteit.
Hoe blijf je dan als goed mens overeind? Door de dingen te doen die Jezus ons heeft voorgedaan.
Kerstmis is hard nodig. Meer dan ooit.