Thomas Mertonkenner Kick Bras schreef een boek over de natuurmystiek van Merton. Hoe heeft dat zijn eigen kijk op klimaat, duurzaamheid en de natuur veranderd?
In de schriften van de beroemde Amerikaanse trappistenmonnik Thomas Merton (1915-1968) komen wij een natuurmystiek en een ecologische ethiek op het spoor. Die komen niet alleen tot uiting in de boeken die Merton schreef, maar vooral ook in zijn dagboeken die twintig jaar na zijn dood zijn uitgegeven. In lyrische bewoordingen beschrijft de monnik hoe hij de natuur beleeft en wat deze voor zijn contemplatieve leven betekent.
Al jong bleek Merton gefascineerd door de natuur. Deze fascinatie nam hij mee toen hij op 27-jarige leeftijd intrad bij het trappistenklooster in de staat Kentucky. In zijn dagboeken lezen we dat de toestemming die zijn abt hem gaf, om regelmatig de stilte van de bossen rond het klooster op te zoeken, dan ook veel voor hem betekende. Later werd er een kleine bungalow in het bos gebouwd waar hij zich mocht terugtrekken en uiteindelijk zelfs permanent als kluizenaar kon leven.
Hier buiten in de bossen kan ik aan niets anders denken dan aan God
Verschillende bronnen inspireerden Merton om te komen tot zijn ecologische mystiek en ethiek. Hij put uit de benedictijnse spiritualiteit, de woestijnvaders en middeleeuwse Franciscaanse denkers, maar ook uit de Keltische spiritualiteit, inzichten vanuit het zenboeddhisme en ook uit de visie van Amerikaanse natuurbeschermers.
Het onderzoek naar deze bronnen bevestigde de overtuiging dat er een diepe, door verschillende religieuze tradities gedragen, mystieke beleving van de natuur mogelijk is. En dat deze een belangrijke stimulans kan zijn voor onze verantwoordelijkheid voor een duurzame toekomst. De kern van natuurmystiek is gelegen in de ervaring van eenheid met de natuur en daarin met de goddelijke aanwezigheid in de natuur. Zoals Merton zelf schrijft: ‘Hier buiten in de bossen kan ik aan niets anders denken dan aan God en eigenlijk denk ik ook niet aan hem. Ik ben me net zo bewust van hem als van de zon en de wolken en de blauwe lucht en de dunne cederbomen.
We zien dat de natuur voor Mertons contemplatieve levensvisie verschillende betekenissen heeft. Gaandeweg ontwikkelde hij een lyrische, maar tegelijk diep doordachte, spirituele natuurvisie. Die wordt door Merton gekenmerkt door het belang dat hij aan de natuur toeschrijft met het oog op contemplatieve stilte en eenzaamheid. Maar ook wie niet zover gaat als het kluizenaarsbestaan, kan de diepe weldaad van stilte in de natuur ervaren. Die stilte helpt het hoofd leeg te maken, en om met aandacht en bewondering te genieten van bomen, bloemen, vogels en andere dieren. En daardoor tot gebed en aanbidding te komen.
Merton had sterke ervaringen van eenheid en verbondenheid met al het levende om hem heen. Hierover spreekt hij in aansprekende en diepdoorleefde taal, die helpt om te beseffen dat de mens een deel is van een ecologisch geheel. Dat wij mensen verbonden zijn met de rest van de schepping, niet in een positie van heersers die zich alles kunnen veroorloven, maar als onderdeel van een geheel waarvoor wij een bijzondere verantwoordelijkheid kregen van onze Schepper. Dan wordt onze beleving van de natuur ook religieus van aard.
Een correctie op het eenzijdige technologische en rationele wereldbeeld
Merton oefende zich in zuiver, contemplatief waarnemen van de goddelijke essentie in de werkelijkheid. De bomen en dieren die hij aandachtig waarnam, gaven hem een diep besef van Gods immanentie in zijn schepping. Deze mystieke eenwording met de in zijn schepping aanwezige goddelijke Geest leidt tot eerbiedige en verantwoordelijke omgang met de natuur. Een dergelijke religieuze visie is voor Merton een correctie op het eenzijdige technologische en rationele wereldbeeld dat de natuur als object benadert en exploiteert.
De ecologische ethiek van Merton kunnen we plaatsen in de context van zijn bredere betrokkenheid op maatschappelijke problemen, zoals de atoombewapening, de oorlog in Vietnam, het racisme en de roekeloze technologische ingrepen in de natuur. Bij Merton zijn mystieke natuurbeleving en protest tegen natuurvernietiging verenigd. Zijn spirituele visie op de natuur leidde uiteindelijk tot het propageren van een ecologische ethiek. Zo schrijft hij: We behoren bij een gemeenschap van levende wezens en we zijn onze medeleden in deze gemeenschap het respect en de eer verschuldigd die zij verdienen (…) Dit ecologische geweten kan worden samengevat in de woorden van Albert Schweitzer: ‘Het leven is heilig … dat van planten en dieren net zo goed als dat van onze medemens.’
Er gaat een enorme positieve energie uit van een dergelijke natuurbeleving.
Wat ik zelf van hem leerde, is het belang van de mystieke natuurervaring, waarbij men in de natuur Gods aanwezigheid ervaart en erkent. Merton vervalt daarbij niet tot een pantheïstische vergoddelijking van de natuur, maar voelt zich opgenomen in de ene grote lofzang van de Schepper door zijn schepping. Er gaat een enorme positieve energie uit van een dergelijke natuurbeleving. En die hebben we hard nodig in de strijd tegen machten die het voortbestaan van de planeet bedreigen.
Een strijd die voortkomt uit woede, verontwaardiging, maar ook uit inzicht in eigen falen, is een strijd vanuit negatieve energie. Die is en blijft belangrijk in de gigantische transitie die we moeten ondergaan. Maar zonder positieve energie vanuit een mystiek genieten van de natuur houden we het niet vol. Ik heb Mertons woorden ervaren als een injectie met dergelijke positieve energie. Mystiek kan op deze manier een belangrijke impuls geven aan duurzame levensstijl en inzet voor een duurzame samenleving.
Kick Bras. Onuitsprekelijk paradijs – De groene spiritualiteit van Thomas Merton. Berne Media 2021. 176 blz. € 19,95.
Het boek Onuitsprekelijk paradijs – De groene spiritualiteit van Thomas Merton ontstond uit colleges die Bras in juli 2021 gaf in de studieweek Mystiek van het Titus Brandsma Instituut te Nijmegen, over de natuurmystiek en ecologische ethiek Thomas Merton.