
Mirjam Meijer begint bevooroordeeld aan het boek van de zieke Lieke Marsman maar wordt al snel verrast. Het blijkt geen klaagzang maar eerder een levenslustige ontdekkingsreis waarin plotseling een Goddelijke aanwezigheid opgemerkt wordt.
Hoe bevooroordeeld kan een mens zijn? In dit geval, ikzelf. Ik had een en ander over Lieke Marsman gelezen, wist dat ze er lichamelijk niet al te best aan toe was. Dùs las ik de titel van haar onlangs verschenen boek als een klacht over haar leven, haar toekomst vooral, in de zin van: ‘Niemand in deze wereld kan mij nog redden!’ Maar ik was te vlug met mijn oordeel. Want dit mooie boekje over een zwaar onderwerp, is zo hoopvol en vol levenslust, zo geestig ook bij momenten: nee, met klagen, laat staan klagerige ziekteverhalen heeft het niets van doen.
Marsman is een geschoolde filosofe, en sommige hoofdstukjes zijn voor mij te moeilijk om te volgen, met name die over de kwantumtheorie. Maar het vele andere dat overblijft is zo de moeite waard en verrijkend, dat ik met spijt de laatste pagina heb omgeslagen.
Het boek komt over als een dagboek, al zijn er ook essays in opgenomen. En ja, uitgangspunt bij alles wat ze er schrijft, is de ongeneeslijke kanker die haar heeft getroffen. Toch is het niet die ziekte waar het in dit boek om draait. Uitgangspunt, kernpunt zelfs, is voor haar de botsing met het rationele denken van de wereld, ook van de medische wereld waar ze als patiënte tegen wil en dank deel van is gaan uitmaken.
Zij ontdekt onverwacht een Goddelijke aanwezigheid die het verdriet en de onmacht ‘zachte randen’ geeft.
Wetenschap, stelt ze vast, geeft veel feitelijke kennis, maar schiet tekort daar waar het de zaken betreft die ons echt ter harte gaan. Zoals die waarmee zij nu, in haar lijden wordt geconfronteerd, ervaringen van intense pijn en machteloosheid, maar ook van diepe liefde en vriendschap en grote hulpvaardigheid. Ja, zij, overtuigd atheïste, ontdekt tijdens een zompige wandeling in een regenachtig weekend op de Veluwe, onverwacht een Goddelijke aanwezigheid die het verdriet en de onmacht ‘zachte randen’ geeft.
En vanaf dan ervaart ze na moeilijke momenten regelmatig iets wat groter is, wat goéd is. Alsof achter alle menselijke plannen een groter plan is, waarop we kunnen vertrouwen: God, misschien. “Is dit nog kwaliteit van leven?”, vragen de dokters zich af, als ze haar arm en schouder wil laten amputeren om verlost te zijn van een tumor-uitzaaiing en zo wat jaren te kunnen winnen. “Mijn kwaliteit van leven wordt niet bepaald door de afwezigheid van lijden, maar door de aanwezigheid van hoop, stelt ze vast.”
Hoopvol, zo zou ik dit mooie boekje willen typeren. Marsman is er op indrukwekkende wijze in geslaagd haar ziekte op te heffen uit het hoogst persoonlijke, er een zoveel verrassender, ruimer perspectief aan te geven.
‘Op een andere planeet kunnen ze me redden’, Auteur: Lieke Marsman, Uitgeverij: Pluim, ISBN: 978 94 932 5698 9