Als Jezus zegt: ‘Los van mij kunnen jullie niets’, is dat best even slikken. Maar Annemarie den Blanken weet dat deze afhankelijke relatie uiteindelijk vrijheid brengt.
Een meditatie over Johannes 15:1-10
‘Ik ben de ware wijnstok en mijn Vader is de wijnbouwer.’
In onze samenleving gelden zelfredzaamheid en zelfbeschikking als belangrijke waarden. Daarin voeden we elkaar op. We houden er niet van als iemand zich onnodig afhankelijk opstelt. Ons gevoel van waardigheid komt in het gedrang als we aangewezen raken op hulp van buiten.
Ook mensen in het ziekenhuis worstelen daarmee. ‘Wat is mijn leven nog waard als ik mezelf niet meer kan redden en afhankelijk word? Ik kost alleen nog maar geld’.
Het is niet moeilijk om te helpen maar wel om geholpen te moeten worden. Al vroeg leren we onze eigen boontjes te doppen, maar we leren niet onze eigenwaarde te behouden als het onmogelijk wordt die eigen boontjes te doppen.
We leren niet onze eigenwaarde te behouden als het onmogelijk wordt die eigen boontjes te doppen.
Jezus durft onze onafhankelijkheidsdrang behoorlijk te relativeren.
“Los van Mij kunnen jullie niets”, zegt Hij zelfs. Dat is dan wel even slikken.
Zijn wij dan zó afhankelijk van Hem? Ja, dat zijn wij.
Als we geloven dat God de Bron van ons leven is.
Als we geloven dat wij van God zijn uitgegaan en naar Hem zullen terugkeren.
Als we geloven dat Jezus in Gods Naam optreedt.
Ja, dan zijn wij afhankelijk van Hem én onlosmakelijk met Hem verbonden.
Dan kunnen we los van Hem helemaal niets.
Het is zoals het gaat in families met een sterke onderlinge band. Men voelt heimwee als er geen regelmatig contact is. Een Surinaamse vrouw vertelt dat ze al jaren in Nederland woont, hier een mooi bestaan heeft opgebouwd, maar dat ze altijd het gevoel heeft van thuiskomen als ze naar Suriname gaat. Waarom? vroeg ik. Omdat daar mijn familie is, was het eenvoudige antwoord. Haar gezicht klaart op alleen al bij de gedachte weer met haar familie te worden herenigd.
Tegelijk: hoe verloren kan iemand zich voelen als die familiaire verbondenheid ontbreekt of verbroken wordt. Dat doet altijd pijn.
Haar gezicht klaart op alleen al bij de gedachte weer met haar familie te worden herenigd.
Niet voor niets begint het gebed dat Jezus zijn leerlingen leert met: Onze Vader… Hij benadrukt daarmee de onderlinge verbondenheid tussen God en ons.
Jezus illustreert dat nog eens met een gelijkenis. Het beeld van de wijnstok is voor de toehoorders van Jezus vertrouwd. De wijnstok is een kostbaar maar bewerkelijk bezit. Zon en water zijn nodig. Insecten en vogels vormen een voortdurende bedreiging. En de ranken moeten op een speciale, zorgvuldige manier gesnoeid worden, zodat ze zich goed kunnen ontwikkelen.
Zo is de wijngaardenier de levensbron en liefdesbron voor de wijnstok en de ranken.
Als de ranken van hun levensbron worden afgesneden verdorren zij.
Ignatius van Loyola was een ambitieuze ridder die eer en roem zocht. Tijdens een gevecht raakt hij gewond. Zijn been wordt verbrijzeld, waarna deze trotse, onberispelijke man voor altijd mank zal lopen. Tijdens zijn ziekbed leest hij over het leven van de heiligen, dat diepe indruk maakt. Hij droomt er nog wel van om als ridder van de koning grootse daden te verrichten en een schone prinses te veroveren. Tegelijk ontstaat er een nieuwe droom: om ridder van Jezus te worden en een pelgrimstocht naar Jeruzalem te ondernemen.
Tegelijk ontstaat er een nieuwe droom: om ridder van Jezus te worden en een pelgrimstocht naar Jeruzalem te ondernemen.
Langzaam komt hij er achter dat die tweede droom hem uiteindelijk van binnenuit echt blij en gelukkig maakt, veel meer dan de eerste. En hij ontdekt dat naarmate zijn verbondenheid met God groeit, hij zich innerlijk vrijer gaat voelen.
Het klinkt zo tegenstrijdig: een afhankelijke relatie die vrij maakt. Een hulpbehoevendheid die sterker en vrijer maakt. Of we nu onze eigen boontjes kunnen doppen of niet, voor God zijn we allemaal gelijk.
In de grond van ons bestaan zijn we allen volstrekt afhankelijk. Dat is geen last maar een troost.
Los van Hem kunnen we niets. Gelukkig.
Verbonden met Hem mogen we tot bloei komen. Goddank.